Diversiteit en inclusie verdelen de Hogeschool Rotterdam, blijkt uit een enquête die Profielen naar de hele hogeschoolgemeenschap stuurde. Studenten en medewerkers die niet tot de norm behoren vragen om begrip en acceptatie terwijl anderen zich niet aan willen passen voor ‘0,00001 procent van de samenleving’.
‘Hoe ervaar jij diversiteit op de Hogeschool Rotterdam?’ vroeg Profielen in oktober 2022 via e-mail aan alle studenten en medewerkers. Het onafhankelijk nieuwsmedium deed samen met negentien andere hogeschool- en universiteitsmedia onderzoek naar diversiteit en inclusie in tijden van polarisatie. Redacties voelden dat er binnen hun instellingen van alles rond die onderwerpen speelde, maar er was nog nooit degelijk onderzoek gedaan naar de beleving van diversiteit en inclusie in de onderwijsinstellingen.
De dataverzameling van de enquête is mislukt (zie kader) maar de open antwoorden die met Profielen zijn gedeeld vóór het onderzoek werd afgekapt, hebben we in dit artikel gebruikt. Kleine kanttekening: De antwoorden die we in dit stuk aanhalen, komen van mensen die al snel op onze e-mail hebben gereageerd. Diversiteit en inclusie zijn waarschijnlijk belangrijke thema’s voor hen. Hierdoor zijn mensen die de hogeschool niet inclusief genoeg vinden én de mensen die de hogeschool veel te inclusief vinden waarschijnlijk oververtegenwoordigd ten opzichte van ‘het gematigde midden’.
Geen aandacht = geen probleem
De honderden verhalen die de hogeschoolgemeenschap met ons deelde over discriminatie, pestgedrag, racisme en uitsluiting zijn niet representatief, lang niet iedereen zal ermee te maken krijgen, maar wel indrukwekkend. Ze schetsen een beeld van twee kampen die elkaar niet lijken te vinden: mensen die zich gediscrimineerd of uitgesloten voelen en gehoord willen worden en een andere groep die de oproepen tot inclusiviteit zo beu is dat ze er helemaal niks meer over wil horen.
Een student schrijft: ‘Als je geen aandacht besteedt aan de verschillen, heeft ook niemand er last van.’ Een ander tikt: ‘Niet meegaan in die WOKE ONZIN, dit is bewezen polariserend.’ Weer een ander schrijft: ‘Geen teringlinkse pleuris-indoctrinatie wat nu constant gebeurt. Diversiteit is helemaal niet zo geweldig. Donder op, ik voel me als Nederlander tegenwoordig door die buitenlanders onderdrukt op deze school. En flikker op met je pride vlaggen, dat boeit misschien twee mensen.’
‘Klasgenoten weigerden met mij en een andere student met hoofddoek samen te werken’
De roep om ‘neutraal onderwijs’ zonder aandacht voor ‘identiteitspolitiek’ en ander ‘woke gedoe’ komt in vele vormen terug in de antwoorden op de enquête. Studenten en medewerkers hebben het idee dat de polarisatie groeit wanneer er aandacht aan de verschillen wordt besteed en dat het daarom maar beter is om die verschillen niet te benadrukken. Een student schrijft: ‘Als minderheidsgroepen binnen de samenleving zich geaccepteerd willen voelen, moeten ze niet alles uit de kast trekken om zich te onderscheiden van anderen en de aandacht op zichzelf te vestigen. Acceptatie middels assimilatie.’ Een ander schrijft: ‘Laten we niet overal dingen voor aanpassen. Straks ben je als heteroseksuele witte man/vrouw in de minderheid op school, gaan we daar dan ook dingen voor aanpassen?’
Maar wat als die verschillen het onderwijs in de weg zitten? Een student vertelt: ‘Ik kreeg een 5 voor een meewerkstage. Ook andere studenten van kleur kregen dat cijfer, gebaseerd op dezelfde argumenten. Onze leerdoelen zijn vaag, het is moeilijk om een scherp weerwoord te leveren op dit subjectieve gedrag.’ ’Ik ben gedwongen van minor te veranderen omdat mijn klasgenoten weigerden samen te werken met mij en een andere student met hoofddoek. Ze bedachten steeds smoesjes, lachten ons uit bij een suggestie voor een eventuele samenwerking. Na overleg met docenten zijn we van minor veranderd’, vertelt een student. Een andere student schrijft: ‘Ik zie dat dames met hoofddoekjes elkaar opzoeken binnen onze studie waardoor ze niet in contact komen met mensen van andere achtergronden.’
Aanpassen om geaccepteerd te worden
Studenten en medewerkers die tot een minderheid behoren, geven aan dat ze hun gedrag aanpassen om geaccepteerd te worden. Studenten schrijven: ‘Ik ben me netter gaan kleden en vertel niemand over mijn muzieksmaak of hobby’s.’ ‘In mijn klas zitten studenten die openlijk homo- en transfoob zijn. Ik hou me stil, terwijl ik normaal een spraakzaam persoon ben, want ik ben bang gepest te worden om wie ik ben.’ ‘Ik ga over m’n eigen grenzen heen om conflict te vermijden.’
Dat studenten zich genoodzaakt voelen hun gedrag aan te passen om geaccepteerd te worden, is invoelbaar wanneer je leest hoe anderen over diversiteit denken. Een student schrijft: ‘Er heerst in naam van tolerantie een zeer uitgesproken intolerantie op de hogeschool. Inclusiviteit en de bevordering van diversiteit die worden gepropageerd vanuit de Hogeschool Rotterdam, maken dat er geen ruimte is voor meer traditionele zienswijzen. christelijke en islamitische studenten voelen zich hierdoor uitgesloten en dat werkt polariserend.’
‘Ik voel me als christen buitengesloten op de hogeschool’
Een ander schrijft: ‘De hogeschool gedraagt zich heel inclusief, maar geforceerde inclusie zorgt voor uitsluiting van bijvoorbeeld christelijke studenten. De afgelopen jaren heb ik de business-schoolstudenten een fijn Chinees nieuwjaar, holi en ramadan zien wensen. Maar als het Kerst wordt, wensen ze mensen “fijne feestdagen”. Als christelijke Iraki die de horror van IS heeft meegemaakt, voel ik me gediscrimineerd. Wat is het probleem met christelijke feestdagen bij hun naam noemen? Wat er nu gebeurt is polariserend. Ik voel me als christen buitengesloten op school.’
De groepen ‘niet inclusief genoeg’ en ‘veel te inclusief’ zitten met elkaar in klassen, waar de tegenstellingen niet bespreekbaar worden gemaakt. Een student schrijft: ‘Als studenten tijdens de les racistische grappen maken, worden ze hier door docenten niet op aangesproken. Ook wanneer duidelijk is dat ze het wel hebben gehoord.’ En medewerkers onderling ervaren dezelfde problemen: ‘Ik hoor collega’s negatief praten over donkere mensen, homoseksualiteit en “hoofddoekjes”. Ik heb er een keer wat van gezegd, dat is me niet goed bevallen. Nu doe ik alsof ik het niet hoor.’
Grijp alsjeblieft in
Veel studenten geven aan dat ze niet weten waar ze met hun issues naartoe moeten. Er wordt meermaals gevraagd om ‘een duidelijk punt waar studenten terechtkunnen als ze klachten rondom diversiteit en inclusie ervaren’. Met daarbij ook het verzoek: ‘zorg dat er ook mensen van kleur zijn waar je je problemen met discriminatie en uitsluiting kan melden. Het is heel awkward om als zwart persoon je beklag bij een witte docent te doen.’
Studenten zouden graag hulp van docenten en andere medewerkers krijgen. Een van hen schrijft: ‘Zorg dat mensen zich veilig voelen om zich uit te spreken, ik voel me op de hogeschool niet veilig genoeg om discriminatie of uitsluiting te melden omdat het op zo’n grote schaal geaccepteerd wordt.’ Studenten willen graag dat docenten ingrijpen wanneer studenten gepest of uitgesloten worden en dat daar dan ook naar gehandeld wordt. In de klas en online.
‘Ik denk dat een grote groep medewerkers onbewust onbekwaam is’
Veel studenten én medewerkers vragen of álle docenten een unconscious bias training kunnen krijgen, een training waarin ze leren over vooroordelen en hoe ze daarmee om moeten gaan. Een student schrijft: ‘Docenten zeggen wanneer ze een klas binnenkomen “Goedendag dames en heren’’, ik voel me dan als non-binaire student uitgesloten. Vooral omdat m’n docenten en klasgenoten weten hoe ik me identificeer.’ Daar zou zo’n training bij kunnen helpen. Een medewerker schrijft: ‘Ik denk dat een grote groep medewerkers onbewust onbekwaam is. Het is een uitdagend en doorlopend proces om inclusief te zijn.’
De medewerkers wijzen naar het college van bestuur voor sturing. Een van hen schrijft: ‘Ik vind dat de hogeschool zich meer mag laten zien. Schrijf op wat je normen en waarden zijn en durf daarvoor uit te komen en je uit te spreken. Durf aan te geven dat je echt voor iedereen opkomt, voor iedereen die uitgesloten wordt en maak je eens wat minder druk over beeldvorming.’ En een ander schrijft: ‘Wat ik mis is een standpunt van de hogeschool. We willen graag dat iedereen zich welkom voelt, maar er wordt niet benoemd voor welk gedrag/opvattingen geen plaats is. We moeten benoemen wat we willen uitsluiten om te zorgen dat iedereen zich welkom voelt. Dat hoeft niet te betekenen dat iemand die bijvoorbeeld homofoob of racistisch is geen onderwijs krijgt, maar het betekent wel dat diegene dat op school niet mag uiten.’
Pride-vlaggen
Als het cvb meer sturing zou willen geven, heeft ze hier een moeilijke taak. Wanneer ze inclusief handelt voor de ene groep, geeft ze andere groepen het gevoel dat ze uitgesloten worden. En andersom geldt hetzelfde. Ooit besloot de hogeschool de regenboogvlag niet te hijsen omdat ze de groep die er moeite mee heeft niet uit wilde sluiten. BOOS-presentator Tim Hofman kwam langs en zorgde ervoor dat de regenboogvlag nu op alle gebouwen wappert tijdens pride-dagen. Maar niet tot plezier van iedereen. Een student schrijft: ‘De regenboog is een teken van Gods trouw, ik vind het pijnlijk dat regenboogvlaggen worden ingezet voor diversiteitsdoeleinden.’
En dan hebben we nog de huisregel dat Nederlands de voertaal is op de hogeschool, een regel die in ieder geval bij een docent voor ongemak zorgt: ‘Ik zie dat studenten die op de gang of in de lift een andere taal met elkaar spreken soms heel vinnig “hee, spreek Nederlands” krijgen toegebeten van collega’s. Dat doen ze misschien met de beste bedoelingen, maar ik weet niet of die studenten zich bewust zijn van de regel. Zorg dat dit duidelijk gecommuniceerd wordt en spreek ook met elkaar af hoe je handelt als iets niet volgens “de regels” gaat.’
Het is niet makkelijk om een hogeschool te creëren waar iedereen zich welkom voelt. Maar zo lang deze student: ‘Diversiteit en inclusie horen net als alle andere politiek gemotiveerde activiteiten niet thuis op een school. Het boeit me ook niet hoeveel unconscious bias training ze me aanbieden, ik moet straks een constructie kunnen doorberekenen’, de klas deelt met deze: ‘Als transgenderpersoon doe ik heel erg m’n best om niet op te vallen’, moeten we het in ieder geval blijven proberen.
Reactie college van bestuur: ‘Herkennen het beeld van twee kampen niet’
‘Hogeschool Rotterdam streeft ernaar om een hogeschool te zijn waar iedereen zich veilig, gewaardeerd en gezien voelt. We willen een leeromgeving creëren die zowel voor de medewerkers als studenten een plek is van leren en ontwikkelen en van jezelf kunnen zijn. Juist wanneer je elkaar ontmoet, de dialoog aangaat en van elkaar leert, ontstaat er begrip voor een ander perspectief. Een gesprek haalt de tegenstellingen of een diep gevoelde pijn niet weg, maar kan wel leiden tot bewustwording en begrip voor een andere mening.
We erkennen dat dit niet altijd makkelijke gesprekken zijn, maar zeker wel nodig, want diversiteit is een gegeven en de samenleving wordt hoe dan ook inclusiever. Daarom is een van de pijlers van het actieplan diversiteit & inclusie het ‘Open maar niet vrijblijvende gesprek’. Om docenten hiermee te helpen heeft de expertisegroep inclusie de handelingsperspectieven inclusieve leeromgeving gemaakt.
Binnen de hogeschool herkennen we ons niet in het geschetste beeld van twee kampen die recht tegenover elkaar staan. Uit verschillende kwantitatieve onderzoeken (nationale studenten enquête, ons eigen werkbelevingsonderzoek en het imago-onderzoek) laten onze studenten en medewerkers vooral een positief beeld zien met betrekking tot inclusie. Wel herkennen we dat er mensen zijn die graag alles bij het oude laten, mensen die openstaan voor een geleidelijke verandering en mensen voor wie verandering niet snel genoeg gaat.
Als hogeschool gaan we onze maatschappelijke verantwoordelijkheid niet uit de weg en maken we een inhaalslag op het gebied van inclusie voor een brede groep studenten. Voor een bepaalde groep studenten en medewerkers is aandacht en ruimte voor een ander perspectief enorm wennen. Daar hebben we begrip voor, want wat betekent een meer inclusieve hogeschool voor jou als mens en voor jouw belangen? We maken binnen onze hogeschool ruimte voor een ieder om je eigen “ik” te zijn en doen daarbij ons best om het “wij” ook overeind te houden. Een inclusieve hogeschool betekent aandacht voor eenieder waarbij niemand achtergesteld wordt, ook niet mensen die vinden dat zij tot de oorspronkelijk normatieve groep behoren. We willen juist met diegenen die dit wel zo ervaren ook in dialoog.’
Hoe zat het nou met die enquête?
Op 12 oktober 2022 deelde Profielen een vragenlijst over diversiteit en inclusie met de hogeschoolgemeenschap, voor een onderzoek van negentien hogeronderwijsmedia met een subsidie van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek. Omdat vrijwel geen van de deelnemende onderwijsinstellingen hun e-mailbestanden wilde delen met het onderzoeksbureau, werd er gekozen voor open enquêtelinks die gedeeld werden onder studenten en medewerkers van de deelnemende instellingen.
Op 19 oktober stopte het onderzoek na een publicatie op GeenStijl. De website publiceerde een artikel waarin werd opgeroepen de diversiteitsenquête in te vullen. In het artikel stond de link naar de vragenlijst van de Hogeschool Rotterdam. In de reacties onder het artikel werden ook al snel de links naar de onderzoeken van de achttien andere deelnemende hogescholen en universiteiten gedeeld. Vanaf het moment dat GeenStijl publiceerde, zijn er veel reacties van buiten de hogeschool binnengekomen. De enquête-data is onbruikbaar geworden, de open antwoorden die mensen uit de hogeschoolgemeenschap hebben ingevuld (voor de publicatie van GeenStijl), gebruikten we voor dit verhaal.
Als wit persoon ben ik zo blij en voel ik mij zo welkom door het continue benadrukken dat ‘omgekeerd racisme’ niet bestaat en dus racisme tegen witte/blanke mensen niet mogelijk is.
Hoe inclusief! echt verwelkomend!
Misschien bevind ik mij nu wel op glad ijs om als CMR lid hier openlijk en niet-anoniem te reageren. Maar het onderwerp staat mij dusdanig aan dat ik dat risico best wil nemen.
Diversiteit, inclusie en WOKE! De drie hoofdtermen die in elk van de soms wat felle discussies altijd naar boven komt. En heel vaak door elkaar wordt gehaald.
te beginnen bij diversiteit. We zijn als Hogeschool zonder enige discussie al heel divers. Dat is een feit, omdat ik op de wandelgangen studenten tegen kom van alle posturen, alle haarkleuren, alle huidskleuren en alle religies. Divers betekent namelijk niets anders dan veelzijdig.
Inclusie betekent dan weer iets anders. Inclusie betekent namelijk dat alle diverse doelgroepen worden betrokken bij de organisatie. Iedereen doet mee, ongeacht hoe divers je bent! Of de Hogeschool echt inclusief is weet ik niet. Dat is echt aan een ieder om voor zichzelf te bepalen. En aangezien er meer dan 40.000 studenten en 4000 medewerkers rondlopen, variërend van neo-nazi tot extreem communistisch, denk ik dat een gemiddelde uit deze zeer diverse groep trekken ook niet te doen is.
En tot slot de term WOKE. Wat is WOKE? Kan ik daar wel een mening over vormen? Uiteindelijk strijden zij voor hetzelfde doel als ik, namelijk een eerlijkere en rechtvaardigere maatschappij. Alleen verschilt de manier om daar te komen. En op de vraag wat eerlijk en rechtvaardig is hoeft ook niet iedereen hetzelfde antwoord te geven. Zo vind ik het onzin om zogenaamd “bevoorrechte” mensen te straffen omdat ze het “makkelijker” zouden hebben in het leven. En ik doe bijvoorbeeld ook niet mee aan Paarse Vrijdag. Neo-nazi, homofoob, en allemaal andere waardeoordelen krijg ik dan naar mijn hoofd geslingerd. Ik zou de onderdrukking van homoseksuele mensen onderschatten, of zelfs ontkennen! Maar die mensen die mij een homofoob noemen zien niet dat ik op vrijdagavond in mijn knalroze polo in een gay-bar de 25e verjaardag van een homoseksuele vriend aan het vieren ben.
Als CMR lid moet ik waken voor discriminatie. Ik vul dat zelf in als “niet strijden voor gelijkheid, maar wel voor KANSEN gelijkheid!” Zorgen dat elke student dezelfde kans krijgt, en wat de student ermee doet is aan de student zelf! We kunnen moeilijk eisen dat iemand die 24 uur per week werkt hetzelfde per maand verdient als iemand die de volle 40 uur maakt. Zolang het uurloon per werknemer maar wel eerlijk is. Ik zal mij daarom ook snoeihard uitspreken tegen targets zoals “In 2025 moet 35% van de werknemers allochtoon zijn!” Want sollicitanten beoordeel je op talent, en niet op kleur. “Positieve discriminatie is ook discriminatie!” en daar zal ik mij dan ook altijd tegen uitspreken. Net als discriminatie tegen “minderheden” uiteraard, want uiteindelijk zijn we allen gelijkwaardig!
Als blanke hetero seksuele man ben ik in een rolstoel terecht gekomen, met beperkingen, waarbij ik zo zelfstandig mogelijk probeert te zien.
Waarbij alle aanpassingen die voor deze minderheid zijn en worden gemaakt heel erg gewaardeerd worden. Het maakt het mogelijk dat ik nog kan werken.
Het inclusiviteitsdebat wordt voornamelijk gevoerd door specifieke emancipatiegroepen studenten en medewerkers. Ze hebben gelijk dat er zaken voor hen echt anders moeten. En het is mooi dat iedereen in principe welkom is om mee te praten. Maar: de hogeschool mag zich bewuster zijn van nieuwe uitsluitingmechanismen die dit debat aanzet. En hoeveel het daarmee eigenlijk wel niet uitsluit. Laten we nou eens beginnen bij ‘gedrag’ dat we niet tolereren. En daar ook naar handelen, niet lullen maar poetsen. Bijvoorbeeld op schelden, pesten, bewuste uitsluiting, stagediscriminatie etc. Daar valt zo te lezen genoeg te doen.
Yoeri, als cmr-lid ben je door je achterban toch op persoonlijke titel gekozen? Waarom zou je je dan op glad ijs begeven?
Interessant artikel. Ik vind het persoonlijk jammer dat de term `woke` te pas en te onpas wordt gebruikt wanneer het in de kern vaak gaat om verantwoordelijk burgerschap en respect in het algemeen.
Het woordje en alles wat ermee te maken heeft is volledig gepolitiseerd en het wordt nogal eens als ´sticker` gebruikt om iemand of iets in diskrediet te brengen.
In een eerdere reactie las ik: “ik vind het onzin om zogenaamd “bevoorrechte” mensen te straffen omdat ze het “makkelijker” zouden hebben in het leven.”, en ik vraag me af of de auteur een concreet voorbeeld heeft van hoe zo’n “bestraffing” er (hier op school of in het algemeen) dan uit zou zien.
Als er één persoon in een lift past en er is iemand in een rolstoel dan ga je als iemand met gezonde benen ook met de trap. Ik kan me niet voorstellen dat er iemand is die dit ziet als “bestraffing voor het bevoorrecht zijn” i.p.v. simpelweg “je verantwoordelijkheid nemen”.
Is het echt zo’n probleem om in andere opzichten ook een paar extra stappen te zetten zodat iedereen zich welkom voelt en goed kan functioneren?
Concreet: een lunch waarbij iedereen kan kiezen wat hij/zij eet, een genderneutraal toilet in een gigantisch gebouw vol met andere toiletten, een taal spreken die iedereen begrijpt, ervoor zorgen dat elke student zichzelf bij tijd en wijle terug kan zien in het lesmateriaal, etc..
Niet eens zo gek veel moeite en niemand raakt ervan buiten adem, toch?
Eindelijk een keer de andere kant van de medaille.
Tuurlijk, wanneer je buitengesloten wordt en niemand met je wilt samenwerken omdat je Islamitisch bent dan is dat echt vreselijk en die studenten moeten aangesproken worden op dat gedrag. En het aanbieden van koosjer/halal/vegan/vega/etc voedsel vind ik ook niet meer dan logisch. Net als het toegankelijk maken van het gebouw voor mensen met een handicap.
Ik heb bij de LERO soms het gevoel dat ze meer bezig zijn met ons op te voeden tot grijze ”pseudo diversiteits” NPC dan ons leren hoe wij les moeten geven. Ja, pseudo diversiteit, want als het gaat om andere standpunten of visies behalve het links progressief-liberale denken over actuele kwesties dan is daar weinig ruimte voor. Als ik D66/GroenLinks praatjes wil horen ga ik wel naar een congres van die partijen toe.
De woke cultuur is ons opgedrongen door een te kleine groep met een veel te grote bek en een bestuurslaag zonder ruggegraat die alles maar over zich heen laat komen omdat ze bang zijn voor de verbaal en fysiek aggresieve horde die op hen afkomt via de social media platforms.
Goed, ik ben afgestudeerd dus heb niet meer met deze onzin te maken. Want buiten het onderwijs is de wereld gelukkig nog relatief normaal.
Waar slaat dit laatste stuk eigenlijk op: ”Het is niet makkelijk om een hogeschool te creëren waar iedereen zich welkom voelt. Maar zo lang deze student: ‘Diversiteit en inclusie horen net als alle andere politiek gemotiveerde activiteiten niet thuis op een school. Het boeit me ook niet hoeveel unconscious bias training ze me aanbieden, ik moet straks een constructie kunnen doorberekenen’, de klas deelt met deze: ‘Als transgenderpersoon doe ik heel erg m’n best om niet op te vallen’, moeten we het in ieder geval blijven proberen.”
Net of het (terecht) niet willen volgen van een ”unconscious bias training” onverenigbaar is met het accepteren van een transseksuele medestudent.
‘Het (terecht) niet willen volgen van een ”unconscious bias training” onverenigbaar is met het accepteren van een transseksuele medestudent.’
Dat is volgens mij geen conclusie die ik heb getrokken in dit stuk.
Mooi artikel. Dit is wel ongeveer hoe ik het ervaarde, met nadruk op “ongeveer” aangezien er ook een groep is die zich neutraal houdt, die volgens mij niet zozeer in dit artikel wordt genoemd als de twee uitersten. Natuurlijk is dit logisch, omdat wordt afgegaan op een onderzoek dat vroegtijdig is beeindigd en het grootste deel van de informatie verworpen moest worden: zij die meer voor het onderwerp voelen zijn eerder geneigd te reageren, en dat zijn dus (vaak) de twee uitersten.
Het blijkt wel dat het een gevoelig onderwerp is, aangezien het niet meer ter sprake is gekomen sinds een incident dat vergelijkbaar is aan een die in dit artikel is genoemd. Maar het zou ook kunnen dat mijn SLC het niet nodig acht omdat de klas behoorlijk is gekrompen en wij als klas heel hecht zijn geworden. Soms valt er nog wel een woord dat misschien kwetsend is in de context, maar je moet een beetje veerkrachtig zijn, anders ga je het niet maken in de maatschappij, toch? Natuurlijk moet ergens een grens worden getrokken, maar hoe ver moet je daarin gaan?
Nederland was ooit een zeer tolerant land voor LHBT groepen. Hoe erg de blanke hetero man ook als boeman word neergezet heb ik mij nog nooit onveilig bij ze gevoeld. Ook niet bij de Christenen. Het zijn andere bepaalde groepen die er voor hebben gezorgd dat deze school de regenboogvlag niet uithing en het dagelijks leven compleet onveilig maken voor ons. Dezelfde groepen die ons langzaam vervangen in ieder instituut. De Hoge School moet een ruggengraat krijgen en een keuze maken in plaats van doen alsof het om ons geeft met hun genderneutrale toiletten.
Altijd mooi om te horen hoe je het als Nederlandse blanke heteroseksuele cis-gender man te lijden hebt wanneer je een keertje niet wordt voorgetrokken.
Echt fijn dat er zoveel reacties in het onderzoek en sommige reacties zijn die het lijden van deze groep duidelijk maken, anders had ik niets om over te klagen. Ach en wee.
Goed, nu ik geinformeerd ben over mijn benarde situatie kan ik me eindelijk gaan inzetten voor natuurlijke fenomenen claimen voor exclusief gebruik en het benadrukken dat Oud & Nieuw toch echt een Christelijke feestdag is.
@ S.Heikamp
Wat nu als we hetzelfde omgaan met ieder andere groep? Ohwnee. dan heet het ineens discriminatie of racisme.
Fijn dat het wel mag naar de witte mensen (mannen) van jou. Heel inclusief!
@Jasper., je bent aan het projecteren, vrees ik. Je conclusie volgt niet uit mijn opmerkingen.
Ik weet dat je dit bot tussen je tanden hebt en ik heb nooit beweerd dat discriminatie jegens witte mensen niet mogelijk is of nooit voorkomt maar de sociale fenomenen waar jij consistent mee wappert zijn geen discriminatie.
Deze zijn discriminatie op dezelfde wijze dat schadevergoeding discriminerend is voor de veroorzaker of rechtsspraak discriminerend is voor de crimineel. M.a.w., totaal niet. Ja, het is onderdeel van hetzelfde discours en proces, en daar stopt het wel. Je noemt zelfverdediging ook geen aanval omdat het allebei een vorm van geweld is.
De paar domme uitspraken van individuen die je soms aankaart kunnen discriminerend zijn maar hoe hard je het ook probeert je kan die niet gelijk trekken met de sociale fenomenen puur omdat ze je allebei ergeren. Je totale redenering is dit:
1) Er bestaat discriminatie tegen witte mensen.
2) Er bestaat een politieke inclusiviteitsagenda.
3) Jasper. ergert zich aan 1).
4)Jasper. ergert zich aan 2).
dus:
C) 1) en 2) zijn hetzelfde.
Deze redenering is ongeldig en totale onzin. Zelfs als we de ontbrekende premisse toevoegen om de redenering geldig te maken, zijnde:
5) Alles waar Jasper. zich aan ergert is hetzelfde
zien we een stelling die simpelweg niet waar is. Het feit dat discriminatie naar witte mensen bestaat leidt niet tot de conclusie dat inclusiviteit discriminatie is. Het volgt er gewoon niet uit.
Wat mid wel sorgen baart is als me kijkt naar hoe mensen “woke” gebruiken. Het had ooit een andere betekenis maar je ziet dat het voornamelijk in Amerika gebruikt wordt voor veranderingen waar mee een bepaalde groep mensen niet blij mee zijn. Toeval wilt hebben dat het dezelfde groep mensen zijn die controle willen hebben over alles en zich bedreigt voelen door de vele veranderingen. Zijn verspreiden veelal misinformatie over bepaalde groepen mensen (zoals transgender mensen) en klagen veelal over dingen die niet eens gebeuren. En diezelfde dingen worden hier ook verspreid door bepaalde politici.
@Heikamp.
Ik zeg helemaal niet dat inclusie en discriminatie tegen witte mensen hetzelfde zijn.
Ik zie inclusiviteit alleen vaak doorschieten waardoor er ongegronde discriminatie gebezigd wordt, tegen witte mensen.
Inclusiviteit zorgt ervoor dat er, bijvoorbeeld, een team uit meer bestaat dan witte mensen (in dit geval). Maar ik heb het al zovaak zien doorschieten, waardoor zelfs witte mensen niet worden aangenomen omdat ze wit/inheems nederlands zijn, en dat terwijl het betreffende team geen witte mensen in het team hebben.
Dat noem ik wel doorgeschoten inclusiviteit en ongeoorloofde discriminatie op basis van huidskleur. Vandaar dat ik weleens vraag (maar nooit antwoord op krijg): Wanneer schiet iets als inclusie of diversiteit door??
Overgens zit jouw riedel ook vol met projecties en foute invullingen, maargoed.
——————————————————————————
– Het claimen van wit privilege is discrimineren op basis van huidskleur.
– Racisme heeft niets met machtstructuren te maken.
– Niet alle witte mensen zijn racistisch
– impliciet (onbewuste) racisme bestaat niet en is het jagen op spoken.
Zomaar wat sociale stellingen die mainstream zijn geworden door ‘social justice’.
@Jasper., we hebben het hier vaker over gehad en je hebt nog nooit een voorbeeld kunnen aangeven waar inclusiviteit en diversiteit doorschiet naar discriminatie.
Ik vraag me ook af hoe je tot de conclusie komt dat mensen niet worden aangenomen omdat ze wit zijn. Je hebt het wel eens gehad over bezorger van een Turkse pizzeria maar als je denkt dat die hun personeelsbestand op basis van inclusiviteit invullen heb ik slecht nieuws voor je.
Je kan zulke situaties ook niet zomaar op teambasis bekijken, het aannemen van personeel kan op bredere organisatiebasis gebeuren. Wat de onderverdelingen in de specifieke teams zijn is misschien helemaal niet zo interessant.
Je vraag is op zich helemaal terecht. Je kan hierin kleinschalige en grootschalige afwegingen maken.
Laten we met die laatste beginnen. Ik denk dat we allemaal waarde hechten aan het principe van kansgelijkheid om te bepalen wanneer iets doorschiet of niet. Als het waar is dat bevolkingsgroepen gelijke kansen hebben, zou dat moeten reflecteren in de uitkomsten die een soortgelijke verdeling moeten hebben. Als ze dat niet hebben, is er iets mis met je kansgelijkheid.
Daarnaast kan je kiezen om verschillende perspectieven in je medewerkers te willen omdat verschillende perspecieven, die deels cultuurgebonden zijn, direct bij kunnen dragen aan uitkomsten. Dit is een kleinschalige afweging.
Als je vindt dat ik iets zeg wat verkeerd is moet je het verder gewoon benoemen, daar heb ik echt geen moeite mee. Een beetje handwaving dat er iets fout is zonder dit verder aan te wijzen, komt niet zo sterk over.
Je geeft ook nog wat stellingen. Ik weet even niet wat je met die vier wilt zeggen, ik kan er niet eens uithalen welke je denkt dat er waar zijn of niet. Allicht kan je dat wat duidelijker uitdrukken?