Blog Corstin: De wereld beweegt
Blog van CorstinGepubliceerd: 4 hours ago
Terwijl mijn pen over het studiekeuzecheckformulier glijdt, maak ik mij weer op voor die ene vraag: ‘Zijn er bij jou bijzondere omstandigheden van toepassing?’ Gevolgd door de waslijst ADHD, ADD, PDD-NOS, autisme, faalangst, dyslexie… Al die labels, ik krijg er een knoop van in mijn maag.
In het AD las ik over een initiatief van de Universiteit Utrecht die aankomend studiejaar met een onlinetest de geestelijke gezondheid van haar studenten gaat meten. Een stresstest, om meer zicht te krijgen op mogelijke psychische en mentale problemen. Een op de tien studenten meldt zich namelijk bij de studentenpsycholoog.
Dat schijnt te maken te hebben met een toename van het aantal internationale studenten, met de levensfase waar studenten in zitten, maar ook met beperkingen die de studenten hebben. Beperkingen, oftewel: bijzondere omstandigheden. Omstandigheden die maken dat je niet functioneert zoals gewenst binnen een vrijwel homogeen systeem voor miljoenen individuen. Ik chargeer, maar geloof dat de waarheid er niet ver van afligt.
Ik had laatst een slc-gesprek met een student die vertelde dat bij hen in de familie de norm is dat je beroep je passie is en dat je het daarom 70 uur in de week wilt uitoefenen. De student in kwestie komt uit een familie van ondernemers en hoogopgeleiden met ieder minimaal drie mastertitels achter zijn of haar naam. De student zelf heeft geen titels maar labels, meerdere. Heeft ‘slechts’ het mbo afgerond en struggelt nu op het hbo.
Ik hoop dat deze student en alle anderen die zich hierin herkennen, gaan inzien dat al die vakjes en labels er zijn om duiding te geven aan het feit dat zij afwijken van de norm. En dat die duiding niet nodig is voor henzelf, maar vooral voor anderen.
We laten ons beplakken met meer labels dan we kunnen tellen. We laten onze persoonlijkheid, ons karakter, onze mogelijke erfelijke aanleg overanalyseren en opdelen in benauwde hokjes. Ik ben er geen fan van, maar geloof ook dat het een ontwikkeling is die we niet kunnen terugdraaien.
Daarom hoop ik vurig dat deze overkill aan labels, hokjes en bijzondere omstandigheden ervoor zal zorgen dat we het ‘systeem’ totaal ontregelen. Zoveel afwijkingen van de norm dat we met z’n allen niet meer weten wat de norm is. En dat daardoor het individu in al zijn variaties de norm wordt voor hoe we ons onderwijs, onze werkplek en onze maatschappij inrichten.
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Pffff…. Zo veel gemengde gevoelens na het lezen van deze blog…
Allereerst: Ik heb een aantal functiebeperkingen. Maar ben ik daardoor minder? Nee. Ik heb aan sommige dingen alleen een iets grotere uitdaging dan anderen. Ik vergelijk het vaak met iemand met een mank been. Deze persoon kan prima een marathon lopen. Hij zal geen recordtijd lopen, maar hij zal hem uitlopen, al is het alleen om aan iedereen te bewijzen dat hij het wel kan. En is die prestatie niet net zo knap, dan wel knapper, dan de gene die de marathon wint? Van de andere kant zal de winnaar van de marathon weer veel meer moeite hebben met iets anders, wat de persoon met het manke been met gemak doet.
Ik vindt niet dat ik afwijk van “de norm”. Want wie of wat is de norm? Ik ben mijzelf en loop soms tegen wat moeilijkheden aan. Is het dan niet heerlijk dat ik, dankzij een labeltje, wat hulp kan krijgen om deze moeilijkheden aan te gaan? Of willen we terug naar 50 jaar geleden, waar iemand met dyslexie geen opleiding kon doen omdat hij “te dom” zou zijn. Waar tegen iemand werd gezegd: Ach, het is Pietje maar, die is altijd een beetje apart. Waar tegen weer een andere werd gezegd: doe maar eventjes gewoon iets leuks, dan is dat depressive gevoel zo weer weg.
De labels zijn er mijn ogen niet om verschillen aan te geven. Ze zijn er voor zodat iedereen, en vooral de persoon in kwestie zelf, weet op welke manier hem of haar ondersteuning kan worden geboden. Om die marathon iets makkelijker uit te lopen.
Ik ben het met je eens. Er zijn erg veel labels. Kijk alleen al naar de LGBT+ gemeenschap. Maar is het niet prachtig dat je als docent op voorhand al weet waar je studenten behoefte aan (kunnen) hebben? Waar jij ze als docent bij zou kunnen helpen?
Uit eigen ervaring kan ik zeggen dat iemand met een labeltje juist extra gedreven is om zichzelf te bewijzen. Het enige wat ik vraag is af en toe een beetje hulp. Verder ben ik helemaal normaal en wijk ik van geen enkele norm af, dus hoef ik ook niet anders behandeld te worden.
To label or not to label: that’s the question. Labeltje slaat wat mij betreft de spijker op de kop als het gaat met welke reden studenten bevraagd worden naar hun functiebeperkingen. Het stelt de hogeschool namelijk in staat om daar zoveel als mogelijk reden mee te houden en de student ondersteuning-op-maat te bieden. Met als resultaat dat ondanks de beperkingen iedereen aan onze hogeschool dezelfde kans geboden wordt om zijn of haar studie met succes af te ronden.
Hi Labeltje en Menno,
Dank voor jullie reacties op mijn blog. Het doet me goed te lezen dat jullie ‘labels’ als positief hulpmiddel ervaren. Met dat idee worden ze ook ingezet. Ik ben het eens, je wijkt niet af van de norm met een label. Dat is het nu juist, niemand doet dat voor mij en met mij velen andere docenten. In mijn rol als slc helpt het zeker ook om maatwerk te kunnen leveren. Dat is precies wat je als coach en opleiding wilt.
Wel merk ik dat er studenten zijn voor wie deze labels juist wel belemmerend werken. Terwijl dat juist niet is wat we willen bereiken. En daar zit voor mij het spanningsveld.
Een ‘systeem’ zonder labels is een ideaalbeeld wat mij helpt om mijn intenties en acties richting te geven.
Ik hoop dat jullie (reacties) inspirerend zijn voor studenten die labels wel als belemmerend ervaren, bewust of onbewust.
Voor mij zijn jullie in ieder geval wel een inspiratie!
Hee Daisy,
Dank je voor je reactie en de toelichting. Ik snap zeker dat je wilt opkomen voor hen die hun ‘labeltje’ wel als last zien. En dat je als SLC coach voor iedere student, labeltje of niet, maatwerk op welk gebied dan ook zou willen leveren. Ik kan me voorstellen dat het dan frustrerend is als je tegen grenzen aanloopt.
Ik ben blij dat ik je met mijn reactie heb kunnen inspireren. Ik moet daarbij zeggen dat het bij mij ook wel een tijd heeft geduurd voor mijzelf en mijn functiebeperkingen (wat ik eigenlijk een vervelend woord vind) heb leren te accepteren. Daardoor ben ik denk ik ook zo uitgesproken over dat ik niet als ‘anders’ of ‘afwijkend’ ben. Ik hoop dat andere studenten zichzelf vroeg of laat ook zullen kunnen accepteren.
Je blog zet in ieder geval aan tot denken en tot discussie. Ik kijk uit naar je volgende blog!
Het spanningsveld wat Daisy beschrijft herken ik. Want de kwestie to label of not to label gaat verder dan “slechts” het label, het is een veel grotere kwestie dan alleen een ja of een nee. Zo zijn er ook genoeg studenten (en docenten) met kenmerken uit het autistisch spectrum, zonder een harde diagnose autist. Wat doen we daar dan weer mee als opleiding maar ook als individu?
Ook geldt dat het proces van labellen een nogal rationele aangelegenheid is. Allerlei tests en gesprekken met professionals maken uiteindelijk uit of jij dat label krijgt of niet. Het label is iets wetenschappelijks (geworden). Maar laten we nou net als mens gedreven worden door ons gevoel en niet door onze ratio. Dus of een label een uiteindelijke beperking is of juist een opluchting en een richting, het gaat om hoe je met jezelf omgaat. Hoe je jouw beperkingen/omstandigheden weet in te zetten, weet te accepteren, weet te herkennen en erkennen en (vies woord) omarmen. Datzelfde geldt voor degene met wie je omgaat. Ga op je gevoel af en accepteer zijn of haar beperkingen/omstandigheden. We zijn met z’n allen zo ver van onze intuïtie afgedreven, zo ver van ons gevoel, dat we met extra ratio proberen de boel weer vlot te trekken en tot inzichten te komen. Hier zie ik een spanningsveld. Een spanningsveld in een spanningsveld. Misschien maakt mij dat wel HSP…
Labels maken het voor mij als techneut makkelijker om met individuele studenten als individu om te gaan. Binnen mijn opleiding met 90% mannen is extra aandacht voor sociale omgang wel handig en met een label weet je welk gereedschap je kan gebruiken bij verschillende studenten.
Tot zover de theorie. In praktijk is onze ptd namelijk gericht op efficiënte uitvoering van het onderwijs en hebben we (te) weinig tijd voor persoonlijke aandacht. Aangezien we die wel aan studenten willen geven, betekent dat vaak dat het inhoudelijke werk (deels) weer mee naar huis gaat. Met een ptd de voor iets meer dan 100% is gevuld, ontbreekt deze extra tijd en dan is het heel verleidelijk de labels te gebruiken als verwijsbrief naar de decaan. Als HSP heb je die labels overigens niet altijd nodig, met extra tijd en aandacht kom je vaak al een heel eind.