Op een haar na afgestudeerd, schreef ik een paar weken geleden mijn laatste blog voor Profielen. Dacht ik. Want de laatste formaliteiten rond het afstuderen werden een tochtje in de rollercoaster.
Als ik mijn scriptie met bijlagenboek en extra beroepsproduct op 8 juni heb ingeleverd, kan ik er inhoudelijk niks meer aan veranderen. Het officiële wachten is begonnen.
De verdediging staat gepland voor 3 juli, dus er gaat bijna een hele maand voorbij totdat ik weer iets mag toevoegen, iets mag delen. Ik heb een beetje een leeg gevoel, het idee dat je er niks meer aan kunt doen is raar. Al die maanden heb je keihard gewerkt om een volledig en juist onderzoek op te leveren. En nu heb je het niet meer in de hand.
De eerste twee weken waren onwennig. Maar zo’n vijf dagen voor de verdediging slaat de spanning toe. De presentatie is niet het probleem, de vragen die er gesteld zullen worden waarschijnlijk ook niet. Maar het idee dat je vooraf niet weet of je scriptie voldoende is, zorgt voor spanning, veel spanning. Iets wat ik normaal gesproken wel onder controle heb, maar nu niet. En zelfs de mensen om mij heen ervaren het. Niet allemaal, ik hoor ook vaak: ‘Ah joh, dat komt toch wel goed, je zal het wel gehaald hebben.’
De laatste twee nachten voor aanvang van de verdediging slaap ik zelfs slecht, transpirerend lig ik in bed te bedenken of het goed zal zijn wat ik heb ingeleverd.
Dan is het eindelijk 3 juli, het moment dat het moet gebeuren, digitaal afstuderen! Al vroeg heb ik al mijn spullen klaarstaan in de woonkamer. Internet werkt, presentatie staat klaar, camera en microfoon werken ook. Oké het kan beginnen. Ik schenk nog een glas water in en zet het koffiezetapparaat alvast klaar.
15 minuten voor aanvang loop ik nog even een rondje door het huis en doe snel nog een plasje.
10 minuten voor aanvang zit ik klaar en wacht ik tot ik online kan deelnemen aan het gesprek in Teams. Ik wil net op de toegangsknop drukken als ik via Teams gebeld wordt door mijn docent-examinator. Ik denk bij mezelf: Ben ik te laat, ben ik iets vergeten, willen ze eerder starten?
Ik neem op en zie haar gezicht. Voordat ze begint te praten gaan er allerlei scenario’s door mijn hoofd. Wat zal ze gaan zeggen en waarom belt ze me nu? Is het zo slecht dat het niet door kan gaan, is er een privékwestie tussengekomen, is de externe examinator ziek?
Dan zegt ze het: ‘Ik heb vervelend nieuws, de afstudeerzitting moet worden uitgesteld.’ Ik ben stil en luister en voel de spanning langzaam wegzakken. ‘De externe examinator heeft jouw scriptie niet goed kunnen beoordelen. We kwamen er net achter dat zij niet het juiste document heeft ontvangen. De administratie heeft waarschijnlijk het verkeerde document naar haar toegestuurd. Ze heeft alleen het beroepsproduct en het bijlagenboek ontvangen.’
De docent schaamt zich diep en baalt enorm. Net als ik. Zo lang heb ik moeten wachten op dit moment en dan gebeurt dit. Gelukkig was het niet mijn fout. Maar dit is wel extreem zuur en k*t.
Naarmate het gesprek vordert kom ik uit een soort bevriezing van emotie en bevat ik dat ik vandaag nog steeds niet weet of wat ik heb gemaakt, voldoende is.
De docent voelt zich lullig. De eerstvolgende mogelijkheid voor het gesprek is dinsdag 7 juli om 9.30 uur. Dat betekent nog ruim een weekend in de stress.
Iedereen die wist van mijn scriptieverdediging stel ik op de hoogte dat het is uitgesteld. Hoe is het mogelijk? Belachelijk! Schandalig! Slecht! Dat is wat anderen ervan zeggen. Ondertussen heb ik het al geaccepteerd en ben ik mezelf mentaal aan het voorbereiden: Dinsdag moet het gebeuren, dinsdag gaat het gebeuren.
En dan is het eindelijk dinsdag en komt er aan het bijna eeuwige wachten een einde. Ik zit er klaar voor en begin met een sterke presentatie. Dan komen de vragen van de examinatoren, in mijn geval bijna alleen maar van de externe, waardoor de docent niet veel ruimte krijgt om vragen te stellen. Met vol enthousiasme beantwoord ik de vragen stuk voor stuk zo volledig en uitgebreid mogelijk. Dan is de tijd om en gaan de examinatoren in overleg. De laatste minuten wachten voor ik eindelijk weet of het allemaal niet voor niks is geweest.
Ik word weer uitgenodigd in het gesprek en dan komen eindelijk de verlossende woorden: ‘Gefeliciteerd je bent geslaagd.’ De woorden die daarna volgen hoor ik nauwelijks meer. Ik heb het gehaald. Ik ben afgestudeerd!! Vier jaar hard werken en een half jaar lang zweten op het onderzoek worden beloond en ik kan het eindelijk afsluiten.
De druk valt direct van mijn schouders en licht emotioneel bel ik mijn vriend, familie en vrienden. Heerlijk, wat een opluchting! Facility management en Hogeschool Rotterdam bedankt!
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Topper, trots op jou, Pappa
Congrats Jimmy!
Gefeliciteerd!