Het wordt nu serieus moeilijk om nog iets nieuws te schrijven. Ik zou verslag kunnen doen van wat er om mij heen gebeurt, maar aangezien mijn wereld is gekrompen tot de zes vierkante meters die mijn thuiswerkplek tellen, is dat niet erg veel.
Ik snak naar een onderbreking, een pauze in deze toestand die mij doet denken aan een veel te trage Franse B-film. Dus toen onze instituutsdirecteur in een mail erop hintte dat we best wat spullen mochten komen halen op Museumpark, heb ik dat met beide handen aangegrepen.
Er stond expliciet bij dat we maximaal een half uur kregen vanaf binnenkomst. Wat er precies zou gebeuren als je er langer over zou doen stond er niet bij, maar dat half uur maakte het idee om naar Museumpark te gaan ineens erg spannend. Ik nam mij voor in de volgende week wat boeken te gaan halen op mijn kantoor.
Voordat ik ging, vertelde ik opgewonden het plan aan mijn studenten die ik op afstand begeleid. Zij maakten zich echter zorgen dat ik het niet binnen een half uur zou redden om mijn boek op te halen. Ik zou mijzelf kunnen verwonden, of van de tijdsdruk zó in de war raken dat ik de weg terug naar de hoofdingang kwijt zou raken. Maar ik had dit gewoon nodig.
Dus ging ik voor het eerst sinds lange tijd weer naar Museumpark. In lijn E zaten her en der verspreid wat mensen die mij achterdochtig aankeken toen ik binnenstapte. Daardoor kreeg ik meteen het gevoel dat het er nu op aankwam geen stomme fouten te maken. Eén ondoordachte beweging, een paar centimeter te dichtbij en het kon gedaan zijn met me. Maar ik moest en zou nu mijn boeken gaan halen.
Op metrostation Beurs was het – op de paar zielen na met wie ik zojuist een van de spannendste metroritten van mijn leven had gedeeld – uitgestorven. Een vrouw keek mij vanuit haar ooghoeken aan toen ze voorbijliep. Ik meende iets van een lach op haar gezicht te zien, maar misschien verbeeldde ik het mij maar. Op dat moment herinnerde ik mij een film die ik lang geleden had gezien. In The Truman Show (Peter Weir, 1998) leeft de hoofdpersoon in een reality TV show, zonder dat hij dat zelf doorheeft. In de loop van het verhaal komt hij erachter dat zijn leven fake is en dat is natuurlijk een verschrikkelijke gedachte. Het idee dat je leven bepaald wordt door anderen, dat jouw leven helemaal niet van jou is, en dat alles wat je doet wordt gefilmd, dat is voer voor nachtmerries.
Ik denk dat die film alleen maar actueler is geworden, dus ga hem zeker bekijken! Ergens zou ik het nu helemaal niet zo erg vinden als iemand ineens roept dat het allemaal een grote grap is geweest en dat we nu weer verder kunnen met ons gewone leven.
En is het mij nog gelukt mijn boeken binnen een half uur uit mijn kantoor te halen? Museumpark zat potdicht, dus ik ben niet eens naar binnen geweest. Tot zover mijn poging een plan uit te voeren. Maar de zon scheen, gelukkig!
Laat een reactie achter
Spelregels
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Back to Top