Ik barst in huilen uit. Verschrikt slaan mijn medereizigers een arm om mij heen. ‘Wat is er aan de hand?’ Wat er aan de hand is? Ik zit op een dakterras aan een Piña Colada te sippen terwijl er mensen op straat liggen te wachten op een kruimeltje brood.
Weten jullie nog, mijn vorige blog? Ik was helemaal ready voor mijn vakantie naar Cuba. En wat heb ik genoten van de mooie natuur, mensen en het avontuur. Maar dat is niet de enige realiteit. Wees eerlijk, toen ik de naam Cuba liet vallen dacht je vast aan gekleurde huizen, oude Amerikaanse auto’s, salsa dansen, rum en sigaren. Maar dacht je ook aan het huis naast die drie gekleurde huisjes die Cuba telt? Het huis dat in puin ligt? Waar hooguit een paar uurtjes stroom is? En tuurlijk zie je dat soort beelden wel eens op televisie, maar wanneer je er zelf inzit is de realiteit ineens heel hard.
Een oude man komt naar onze groep gelopen en houdt zijn hand op. Hij heeft geen shirt en loopt met een stok. Hij is mager en zichtbaar de hoop aan het opgeven. Een man die bij ons zou genieten van zijn pensioen maar hier moet bedelen om in leven te blijven.
Het land is zo communistisch dat – vertelt een lokale bewoner – een dokter bijna hetzelfde verdient als iemand die in de kroeg werkt, zo’n 50 euro per maand. En al heb je het geld om op vakantie te gaan moet je eerst maar eens zien dat je toestemming krijgt. De overheid is veel te bang dat mensen niet meer terugkeren dus laten zij bijna niemand gaan.
Regelmatig is er tijdens de reis geen toiletpapier en flessen water slaan we soms groot in, omdat dat niet overal verkrijgbaar is. Ik heb genoten van de tijd zonder Wifi, je leert elkaar echt goed kennen, maar eerlijk is eerlijk: mij zal je na zestien dagen rijst met kip voorlopig niet snel meer horen klagen over eten, drinken of een slechte verbinding.
Bijna de gehele reis heb ik geslapen in casa’s. Een soort b&b’s, dus echt bij mensen thuis. Zij zorgen erg goed voor hun gasten zonder ergens om te vragen. Bij het uitgaan vragen de Cubanen je over het algemeen te dans (en wat kunnen ze dat goed!) zonder eerst over je kont te wrijven, zoals in Nederland vaak gebeurt. Als je het mij vraagt is een typische Cubaan dus iemand die weinig heeft, maar veel geeft. Iemand die geluk zoekt in de mensen om hem heen.
Deze reis heeft mij enorm geprikkeld. En ik weet dat dit nu een verhaal is dat je zomaar even leest of waar je doorheen scrollt zoals ik zelf ook zou hebben gedaan. Totdat je zo’n situatie echt ervaart. En wat ik hoop is dat jij na het lezen van mijn blog ook af en toe stil staat bij al die kleine dingen die je wel hebt. Want die maken het leven zoveel makkelijker en mooier hoe zwaar het soms ook lijkt.
Laat een reactie achter
Spelregels
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Back to Top