Blog Menno: Taal maakt nog meer kapot dan geweld
Blog van MennoGepubliceerd: 3 days ago
Mijn vriendin schetste een situatie op haar werk: een collega heeft een chronisch probleem met transpiratiegeurmanagement maar niemand wil of durft haar er op aan te spreken. Het lijkt wel een taboe om iemand een handje te helpen de status van ongewenste geursensatie te verlaten.
Nu is dat niet uniek voor transpiratielucht, ook een onaangename mondgeur kan zorgen voor handelingsverlegenheid tussen de wil om iemand een gunst te bewijzen en de angst juist te kwetsen. Er zullen best mensen zijn die deze twijfel niet kennen en gewoon op de man af zeggen dat iemand deodorant op moet doen of zijn tanden moet poetsen, maar de meesten van ons doen dat niet. Toch gek hè, aan assertiviteit ontbreekt het ons vaak niet en Nederlanders worden in het buitenland vaak gevreesd om hun brute eerlijkheid. Maar als het aankomt op vriendelijk waarschuwen voor een naar luchtje, vinden we dat iemand ánders dat maar moet doen.
Aan assertiviteit ligt het niet, dus ik zoek het meer in het taboe rondom het lichaam en de processen die zich daarop en -in afspelen. Er zijn verschillende zaken die we als normaal ervaren en dat zijn vaak dingen waar we niets aan kunnen doen, zoals hoesten, niezen en hikken. We zeggen zelfs ‘Gezondheid!’ bij het kleinste niesje; een overblijfsel van ooit, toen een nies een aankondiging kon zijn van een gevaarlijke ziekte. Waarom zeggen we dan niets bij een flinke hoest, vraag ik me nu trouwens af.
Maar het lichaam dus, of beter gezegd: producten die bij het lichaam horen. Laat jij wel eens een lekkere wind in de klas? Zo eentje die BLOB zegt? Ik denk het niet. En vind jij het ook zo vies als je de douche aantreft met een dotje haar erin van je voorganger? Terwijl je diezelfde haren, toen ze nog aan het hoofd van de eigenaar zaten, schitterend vond.
Antropoloog Mary Douglas noemde dit verschijnsel matter out of place, omdat het iets is, dat niet is waar het hoort te zijn. Deze term verwijst naar het idee dat vuil een cultureel construct lijkt, dat betekenis krijgt door de context waarin je iets ziet, of ruikt…
En zo’n cultureel construct kan een gedeelde norm worden: haren in het doucheputje zijn vies, winden laten in gezelschap doe je niet, maar niezen mag. Stinken uit je oksels of mond mag dan per ongeluk zijn, we vinden het ongemakkelijk om iemand erop te attenderen. Maar daarmee is het probleem van de collega van mijn vriendin nog niet opgelost.
Dus wat zijn jullie ervaringen of ideeën: heb je weleens iemand aangesproken op teveel okselgeur? Ben je zelf wel eens aangesproken op een naar geurtje? Laat jij winden in de klas of je kantoor?
Give me your smell talk!
Laat een reactie achter
Spelregels
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Back to Top