Het is half 10 ’s avonds en de telefoon gaat. Het is de dienstlijn van de verloskundigenpraktijk. Met bonkend hart neem ik op. ‘Met Geke’, probeerde ik zelfverzekerder te zeggen dan ik me voelde. Het kan niet anders dan dat de verloskundige de trilling in mijn stem heeft gehoord.
‘Ha Geke, ik ben net gebeld door mevrouw x en ze heeft om de vijf minuten weeën. Ik heb met haar afgesproken dat ik er over een half uurtje ben. Ga je mee?’ ‘Ja!’, reageer ik enthousiast.
Snel vlieg ik de auto in. Door het keukenraam gebaart m’n moeder nog dat ik voorzichtig moet rijden. Zou het vanavond dan gaan gebeuren? Ga ik mijn eerste bevalling meemaken?
Eenmaal aangekomen lopen we meteen naar boven, waar de mevrouw die ik die ochtend nog op het spreekuur had gezien nu met moeite de weeën wegzucht. Ik krijg amper mee wat de verloskundige doet, want ik ben vooral druk met het onder controle houden van mijn eigen adrenaline en het observeren van de aanstaande moeder.
Tussen het bed en de muur vind ik een plekje waar ik niemand in de weg sta en comfortabel achterover kan leunen. De verloskundige geeft tips om de weeën op te vangen, zodat zij zelf aan de keukentafel wat papieren in orde kan maken. Als ze buiten het gehoor van de puffende vrouw zegt dat ze moe is, kijk ik haar vreemd aan: Hoe kon ze nou moe zijn? Er ligt iemand te bevallen!
Na een uur of twee heeft de vrouw persdrang en in no time wordt er een prachtig kindje geboren. Hoewel ik niets anders heb gedaan dan mijn verbazing in bedwang houden en met grote ogen toekijken, bedankte mevrouw ook mij na afloop duizend maal.
Toen het allemaal over was en de verloskundige de laatste dingen regelde, zakte bij mij de adrenaline snel. Zo snel dat ik het lichtje om bij te schijnen bij het hechten snel moest afstaan aan de kraamverzorgster om de gang op te kunnen vluchten. Onderuitgaan bij m’n allereerste bevalling zou ik gênant vinden. Gelukkig ging het net goed.
Bij een eerste bevalling komen soms meerdere eerste keren bij elkaar: de eerste keer dat een vader en moeder een kindje krijgen, de eerste keer dat het kindje de wereld ziet en soms ook de eerste keer in lange tijd dat een verloskundige een thuisbevalling doet.
Inmiddels heb ik ervaren hoe eerste keren mij motiveren om meer te doen, te leren en te kunnen. Een liedje van Kinderen voor Kinderen gaat over ‘100 kleine feestjes’ en ze zingen daarin: ‘Ik spaar ze en bewaar ze in een laatje in mijn hoofd’. Een ding is zeker: Die eerste bevalling, daar in die knusse, warme slaapkamer krijgt een mooi plekje in mijn laatje van ‘Eerste keren’. ‘Hele fijne eerste keren’, om precies te zijn.
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Toen ik in 1978 als HBO-verpleegkunde-student stage liep; mijn eerste bevalling! Ik snap wat je meemaakte, de adrenaline, de ontroering en het gevoel dat je iets heel bijzonders had meegemaakt. Dat blijft je bij hoor! Ik kreeg van de ouders het polsbandje van de baby toen ze het ziekenhuis mochten verlaten. Anouk heet ze. Dat ben ik nooit vergeten.
Prachtig mooie column!!!