Blog Menno: Taal maakt nog meer kapot dan geweld
Blog van MennoGepubliceerd: 5 days ago
Ik heb het niet vaak, dat ik snak naar de aanstaande vakantie. Mijn werk is ontzettend leuk en mijn collega’s een feestje. Maar voor een baan die zich voor honderd procent achter de laptop afspeelt heb ik nooit gekozen. Wat blijft en wat gaat straks wel terug naar het oude?
Voorheen bracht ik hooguit een derde van mijn tijd door achter de laptop. Passend en kloppend voor iemand die graag in directe zin met mensen werkt. En natuurlijk ben ik hierin niet de enige. Het geldt voor veel Hogeschool Rotterdam-collega’s. Toen deze digitale noodsituatie zich aandiende was er aanvankelijk blijdschap. We konden ons werk gelukkig voortzetten! Het was zelfs wel spannend. Iets nieuws. Alsof je als kind in een tentje mocht kamperen in de tuin.
Maar inmiddels ben ik helemaal klaar met crappy Wifi (meestal aan de kant van de student :-)), kijken naar een neusgat, een voorhoofd of naar de afzuigkap terwijl de student even thee zet. En wanneer in een dramatisch verhaal zeg je: ‘Sorry, ik zie alleen je wenkbrauwen, en ondanks dat die ook van alles uitdrukken, zou ik liever het hele plaatje zien’?
Ik heb het gehad met gesprekken waarbij je door die slechte verbinding uit half verstaanbare kernwoorden een betekenisvol geheel probeert te reconstrueren. ‘ .ijn. .at sto… ee. g. om .ver .ijn …aptop .us.. k.. iiiiiilde…. aaaagen .. stel .. dead… olio.’ Raad deze zin, stuur de oplossing naar Profielen en win!
Maar BLENDED en ONLINE zijn de toekomst. De voordelen worden ons subtiel en minder subtiel breed uitgemeten. Die zijn vooral rationeel van aard en gericht op comfort en gemak. Maar voorbij die voordelen, creëren we dan een kwalitatief betere situatie? Of breken we juist iets af?
Onderwijs staat – wellicht nu nog meer dan ooit – voor veel meer dan kennisoverdracht en vaardigheidstraining alleen. Onderwijs staat voor sociale, persoonlijke en professionele (identiteits)ontwikkeling. Voor welzijn, sense of belonging en culturele vorming.
De mate waarin dat lukt, hangt in belangrijke mate af van de kwaliteit van het contact, de interactie en de ervaring. Met docenten, medestudenten, op stage, met decanen en studentenwelzijnsadviseurs. Van geen van allen hoorde ik de laatste maanden: ‘Dit is echt veel fijner en beter zo.’
Maar overheden, managers en de afdelingen finance & control zien praktische en besparingskansen. Dát is waar de komende tijd onze nieuwe werk- en onderwijstoekomst wordt bepaald.
Nog 28 dagen.
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Hallo Serge, je titel is stellig, maar wat is nu je punt? Dat alleen online contact/les niet werkt?
@ Madelene: De titel is juist niet zo stellig. Het is een vraag die ik stel. En meer concreet: een zorg die ik uit. Ik weet dus niet of het zo zal zijn, maar vind het wel een heel goed idee dat we daar goed over na blijven denken en in gesprek blijven.
Er zijn aspecten die zeker wel en aspecten die ook zeker niet werken online. Wellicht heb je daar zelf ook ervaringen mee opgedaan. En dan gaat het ook nog om wie je die vraag stelt. Een student kan het misschien bij vak A top vinden en de docent totaal niet. En bij vak B omgekeerd. Kortom: voor wie is het nu eigenlijk het beste van moment tot moment. Of – en die kritische kanttekening plaats ik inderdaad – komt het straks niet vooral managers, de overheid, logistieke afdelingen e.d. goed uit?
In ieder geval zal in al die belangen en perspectieven een goed midden gevonden moeten worden. En dat wordt nog best een hele klus denk ik.
Ik ben het helemaal eens met de strekking van je verhaal. Echter merk ik dat één puntje toch wat verkeerd valt: “Maar inmiddels ben ik helemaal klaar met crappy Wifi (meestal aan de kant van de student )”.
Onderwijsinstellingen hebben de verantwoordelijkheid van meedoen met online onderwijs volledig bij de student neergelegd. Ook opleidingen die geen eisen hadden gesteld aan eigen PC of laptop voor corona. Daarnaast is het ook zo dat MS Teams stiekem best wel zwaar is. Veel laptops gaan kampen met volle RAM of oververhitting van processor, waardoor het allemaal niet meer so soepel loopt. En studenten op kamers hebben vaak niet de keuze over hun internet. Het is makkelijk om het op inspanning af te schuiven, maar veel studenten kunnen nou eenmaal niks beters regelen.
Ik kan niet wachten tot alles weer normaal is.
Blended learning heeft vaak voor ogen het beste van twee werelden bij elkaar te brengen. Een mix van wat online goed werkt, en wat fysiek goed werkt. Dat wil dus ook zeggen dat je onderwijstijd op locatie zo optimaal mogelijk zou willen benutten. De meerwaarde is hier vaak juist de ontmoeting, de uitwisseling, de diepgang zoeken in gesprek met elkaar. Onderwijstijd op locatie wordt echt niet altijd zo benut, er is ook regelmatig sprake van frontaal, klassikaal onderwijs. De docent vertelt, de student luistert. Een deel van de kennisoverdracht kun je online ook laten plaatsvinden, op allerlei manieren. Dit hoeft zeker niet in een Teamsvergadering, maar kan ook door bijvoorbeeld gebruik te maken van video, of interactieve online elementen die de student helpen een deel van de leerstof door te nemen. In fysieke bijeenkomsten kun je de tijd dan benutten om uit te wisselen, samen te werken, de koppeling met de praktijk te leggen, enzovoort.
Kortom, blended learning of blended onderwijs is echt iets anders dan het onderwijs dat we noodgedwongen in hoog tempo hebben moeten opzetten. Daarnaast heeft Ron Bormans eerder al aangegeven dat er geen plannen zijn om het aantal m2 onderwijsruimte te verkleinen. Het doel is een verbetering van de onderwijskwaliteit, een proces waarin blended learning al langere tijd een rol speelt, al ruim voor corona meer dan een biertje werd.
Hoi K.J.! Je hebt natuurlijk volkomen gelijk. Achter die opmerking opmerking stond een 😉 , die is (kennelijk) gesneuveld bij de redactie. Maar de knipoog is ook juist omdat studenten zelf vaak ook wel weten en merken dat het niet optimaal is. En dat ze maar moeten roeien met de riemen die ze hebben. Vaak begonnen ze er ook zelf over ‘..ijn.. fi is ieeeet zo g… orry.’
Ik sluit me volledig aan bij Linda Looije als het gaat om goed blended onderwijs en heb een aanvulling als het gaat om ‘Maar overheden, managers en de afdelingen finance & control zien praktische en besparingskansen.’ Ik heb er wel vertrouwen in dat iedereen na de afgelopen anderhalf jaar weet dat blended onderwijs niet minder tijd kost in ontwikkeling en uitvoering dan het onderwijs dat we tot voor kort ontwikkelden en uitvoerden. De verhouding tussen voorbereiden, uitvoeren en afronding wordt anders, maar de benodigde hoeveelheid tijd wordt niet minder. Natuurlijk bespaart het opnemen van kennisclips collegetijd, maar die tijd moet je gebruiken om studenten te begeleiden bij de verwerking van de stof juist om die goede balans tussen online en op locatie en tussen kennisoverdracht en verwerking en tussen te handhaven.
@ Linda en Judith: ik zeg het nog maar eens: ik stel een vraag, ik uit een zorg. De mensen die hard werk(t)en aan blended doen geweldig werk en in mijn blog klinkt daar volgens mij ook geen kritiek op. Ik pleit precies voor die goede balans, en juist daar zit ook mijn zorg. Wat ik nog mis is helder onderzoek naar de waardering en effecten van blended door studenten maar ook onze docenten. Dat het er (meer en meer) ging komen, en het in een stroomversnelling raakte door Corona was te verwachten. Daar gaat het mij niet om. Het gaat me vooral om die kwaliteit. Op alle gebieden.
Afdeling Studentenwelzijn doet evenzeer veel aan mogelijkheden en manieren om online en blended goede dienstverlening te kunnen bieden. Dus ook wij zijn bij de wedstrijd en aan boord. Maar we zijn pas om als de student en onze klanten dat ook zijn. En ik hoop vooral dat dat ook in de breedte, bij alle stakeholders en ontvangers van onze dienstverlening zo zal zijn en blijven.
En ja, de overheid weet nu ook dat er nieuwe en andere mogelijkheden bestaan en de eerste bezuinigingen zijn al aangekondigd. Dus de ingrediënten zijn er. Nu zien wat er van gebrouwen wordt.
Ik geef les op het mbo nu en kan ook niet wachten tot de vakantie begint. Ik mis de interactie met studenten, online zijn ze allemaal zo stil. Op vrijdag komen er dan een aantal fysiek les volgen – diegenen die het aandurven om met het ov naar school te reizen. En tsja, dan is het toch wel weer leuk, ook al zijn ze in de klas ook nog redelijk stil: het is namelijk nog geen echte klas, ze voelen zich geen groep.
Dus dan spelen we pictionary op het scherm met ze, en sturen m’n collega’s een mail ‘neem geen lunch mee hoor, wij zorgen dat er pannekoeken zijn!’ En dan komt de boel weer een beetje tot leven. Dan heb je de studenten die eerst na één pannekoek beleefd zeggen ‘nee hoor, ik hoef niet meer…’ en dan heb je de student die na iedere pannekoek rondkijkt, ‘niemand? Nou dan ga ik er nog een pakken hoor!’ en dan durven de anderen toch nog een tweede te pakken. Uiteindelijk heeft één student er een stuk of 12 op, en zegt dan wanneer een klasgenoot roept ‘oh mijn god, blijf je eten?’ – ‘Ja hallo, ik heb gisteren een appel gegeten hoor, dat is gezond, dat compenseert.’ en dan weet ik weer wat ik mis – die heerlijke logica van 16 jarige pubers, maar ook om ze gewoon even lekker onbezorgd te zien zijn. Ieder slb gesprek vraag ik of ze het nog een beetje uithouden, of ze nog wel leuke dingen doen met vrienden en naar buiten gaan. En ieder slb gesprek hoor ik ‘ik kan niet wachten tot we gewoon weer naar school mogen… Ik vind het helemaal niet leuk zo.’ Maar die vrijdag bestond corona eventjes niet, ondanks de 1,5 meter, ondanks de mondkapjes, het waren gewoon eventjes onbezorgde pubers, zielsblij met een stapel pannekoeken.
Ik hoop dat we na de vakantie ze gewoon weer in de klas hebben…
Ik deel je ervaring volledig. Ik geef al meer dan 2 decennia les en geniet doorgaans van de hectiek en dynamiek die een groep studenten met zich meebrengt. Anderhalf jaar geleden toen we de eerste lock-down ingingen was het een grote uitdaging om het onderwijs van de één op de andere dag over te zetten van fysiek naar online. Ik zag het als een experiment, en met veel vallen en opstaan zijn we er in geslaagd de zaak draaiende te houden. Ik heb veel bijgeleerd hoe je ook online les kunt geven en een band opbouwen met studenten… maar ik heb het inmiddels he-le-maal gehad met online lesgeven, vergaderen, coachen etc… Ik kruip met zeer grote tegenzin achter mijn laptop voor elk video gesprek dat ik heb. Ik ben het zo beu, dat ik inmiddels op zoek ben naar een andere baan, het maakt me niet uit wat… als ik maar geen video calls meer hoef te doen.
Dan lees/hoor je het nu voor het eerst, het is echt allemaal fijner en beter zo. Ik heb niet het idee dat ik meer aan fysieke lessen zou hebben. Integendeel kost het mij meer dan dat het oplevert.
Fysiek= drukke ruimte, meer inzet, lang reizen met OV, vroeg opstaan, lokaal zoeken, boeken en schrijfmateriaal voor de dag sjouwen, chagrijnig in de les zitten en dan nog naar huis reizen. Meestal ben ik dan kapot en heb ik geen energie meer voor huiswerk.
Online= op m’n dooie gemak aanschuiven, camera aan en alles volgen zonder klasgenoten die de les verstoren, gewoon eten en drinken als je honger of dorst hebt, alle schooldocumenten overzichtelijk te vinden online, naar toilet tijdens lessen/examens zonder gedoe, docenten makkelijker te bereiken, meer vrijheid in het bepalen van je tempo, tijdbesparing, je leert jezelf te disciplineren i.p.v. een docent die voor mama/papa speelt, kosten(reizen, eten en drinken) zijn lager en ook nog eens milieubewust.
Ik snap dat er docenten zijn die klassikale lessen missen qua gezelligheid, maar daarvoor kom ik eigenlijk niet naar school. Gezelligheid is bijzaak. Ik kom naar school om zo goed en snel mogelijk de relevante stof te ontvangen. Studiepunten halen en that’s it. Het sociale gedeelte kan wat mij betreft overgelaten worden aan de studenten en studentenverenigingen. Ik wil het sociale gemis van anderen niet bagatelliseren. Ik snap dat er veel mensen zijn die klasgenoten/vrienden willen zien of een praatje willen maken. Maar het is mijns inziens niet correct om dat te gebruiken als argument om online lessen als ongeschikt te beschouwen. Het zou zonde zijn als de mogelijkheid om online lessen te volgen er volgend jaar niet meer is en ik durf te wedden dat veel mensen de luxe van online lessen gaan missen op den duur. Ik vraag mij ook af of er onderzoek gedaan is naar de mening van studenten en docenten. De vraag is ook of deze wel eerlijk oordelen want online lessen tijdens een lockdown is iets anders dan online lessen zonder lockdown. Ik hoef niet uit te leggen dat dit de ervaring van online lessen sterk kan beïnvloeden.
Fysiek onderwijs is gewoon overbodig voor hoorcolleges of lessen waar je toch alleen maar opdrachten moet maken. Het afgelopen jaar heeft laten zien dat het helemaal niet nodig is om met 30 man in 1 lokaal te zitten. Zelfs examens vond ik vele malen beter online. Communicatie bij projectgroepen ging ook beter. Je spreekt niet af op school met je groepje om te ontdekken dat je voor niets gekomen bent want Jan, Jaap en Ernst hebben weer hun deel van de opdracht niet op tijd afgemaakt. Je klikt op end call en kan verder met je dag.
Ik hoop dat mensen een beetje verder kijken dan alleen maar het sociale en het gezellige gedeelte. Aan het eind van de dag krijg ik geen studiepunten voor gezelligheid en heeft het ook niets te maken met de stof. Als studenten niet willen participeren online dan is het een idee om daar regels voor op te stellen en die ook te handhaven.
Het zou misschien goed zijn om in overweging te nemen studenten een keuze te geven in hoe ze de studie willen doen.
Bijvoorbeeld:
Keuze 1: 100% fysiek onderwijs
Keuze 2: Alle hoorcolleges online en de rest fysiek.
Keuze 3: 100% online-onderwijs
@shinigami: dank voor je reactie en leuk om te horen hoe jij er juist weer veel voordelen van ziet. En zeker, je bent daarin niet alleen en die voordelen zijn er. Daarmee is echter nog niet de vraag beantwoord of het ook in kwalitatieve zin beter voor je is en of je de andere aspecten dan kennisoverdracht en vaardigheidsoefening voldoende mee krijgt. Dat gaat (veel) verder dan het aspect ‘gezelligheid’. En ik ben het zeer met je eens dat er onderzoek zou moeten komen naar wat studenten vinden en willen rond online en blended. Zoals jij zijn er nl. ook studenten die180 graden de andere kant op staan met hun mening.
Een onderzoek naar de behoefte aan aanbod m.b.t. studentenwezlijn dat wij de afdeling hielden onder 10.000 studenten vorig jaar zomer, wees wel uit dat bijna 61% een mix van live en blended ziet zitten, maar dat gesprekken vb gesprekken hierover bij 66% de voorkeur heeft voor face to face. Dat onderzoek gaat dus niet over het onderwijs, maar het geeft voorzichtig een idee al was dit een jaar geleden. Mogelijk zouden die cijfers (een jaar later en wellicht meer beu) anders uitvallen.
Ik denk dat in deze discussie het belangrijk is om niet te denken dat de afgelopen anderhalf jaar corona-situatie tekenend is voor ‘blended learning’. “Blended” geeft duidelijk aan dat het een mix moet zijn van de traditionele elementen en de mogelijkheden die nieuwe technieken ons te bieden hebben en de corona-situatie heeft ons bijna volledig naar de digitale kant van dat spectrum geforceerd.
Ik snap de zorg die Serge probeert aan te kaarten volledig maar vraag me af of deze niet gedeeltelijk getekend is door de ervaringen van de afgelopen anderhalf jaar, waarbij we slecht voorbereid massaal het digitale diepe in werden gegooid. Blended learning betekent niet doorgaan zoals het de afgelopen anderhalf jaar gegaan is.
Ik heb voor de corona-situatie deelgenomen aan een team wat de mogelijkheden en toevoegingen van blended learning probeerde in kaart te brengen en je merkte al snel dat de visie op blended learning divers is en de mogelijkheden legio. Je kan dus bij blended learning aan iets laagdrempeligs denken zoals kennisvideo’s en digitale colleges beschikbaar stellen, tot aan een volledig interactieve digitale les. Er is niet 1 definitie van blended learning, het is een concept om ideeën en mogelijkheden in uit te werken.
Het doel zou, denk ik, moeten zijn om de technische mogelijkheden die we hebben in te zetten om studenten leermogelijkheden te bieden en zelfstandig aan de slag te gaan, niet om te voldoen aan een of ander beeld van “bonentellers”. We zijn de afgelopen decennia technologisch enorm vooruit gegaan, waarom zouden we niet onderzoeken hoe we die middelen kunnen inzetten om onderwijs te verbeteren?
En ja, misschien gaat er ergens ook iets kapot, verandering is zelden pijnloos maar tenzij iemand wil beweren dat de huidige methode perfect is, hoeven we ons niet door dat idee te laten tegenhouden. Er vallen nu ook studenten door de mazen van het “studiesucces”.