Dat is de buitenkant van een metamorfose die nadrukkelijk ook een binnenkant behelst. Het onderwijs dus. Op de Kralingse Zoom zijn de onderwijsinstituten een weg ingeslagen die moet leiden tot een hoger studierendement en een grotere studenttevredenheid. Het moet leiden tot RBS 2.0, ofwel een Rotterdam Business School waarin niet alleen het huidige instituut RBS zit maar alle economische opleidingen, ook de bedrijfskundeopleidingen die nog niet op de Kralingse Zoom worden aangeboden.

Kortere onderwijsperiodes
Opleidingen gaan de komende jaren hun manier van onderwijs omgooien. Klassen en projectgroepen worden kleiner, de onderwijsperiodes korter (in sommige gevallen van tien naar vijf weken) en binnen die periodes is er een overzichtelijke, thematische samenhang. Studenten krijgen daarnaast vaker dan nu het geval is te maken met opdrachten uit het bedrijfsleven. Dit zijn enkele van de elementen van het nieuwe onderwijsconcept dat al anderhalf jaar wordt gepraktiseerd in het eerste jaar van bedrijfseconomie (BE).
En met succes. Het p-rendement is na één jaar gestegen van 12 naar 32 procent. En ook de studenttevredenheid is gestegen, blijkt onder andere uit de NSE.’

BE is een (succesvolle) pilot maar dat wil niet zeggen dat andere opleidingen het net zo moeten doen. ‘Het is geen dichtgemetseld verhaal maar het geeft de richting aan’, vertelt Margriet Langenberg die op de Kralingse Zoom het project RBS 2.0 coördineert, over de manier van onderwijs geven. ‘De opleidingen staan centraal en mogen doen wat ze willen, als het maar binnen de algemene visie past.’

Naar 60 studiepunten in propedeuse
Bij commerciële economie (CE) wordt bijvoorbeeld gedacht aan het opkrikken van het aantal studiepunten dat een student in de propedeuse moet halen. Dat zijn er nu 48 maar CE denkt aan 60. Fred Feuerstake, directeur van het instituut commercieel management: ‘Omdat de opleiding beroepsgerichter wordt, verwachten we dat studenten gemotiveerder zijn en fulltime student zijn waardoor ze die 60 punten moeten kunnen halen. Daarbij nemen we het idee van de halve blokken van BE over.’

Vanaf september gaan CE en small business ook werken met zogenoemde communities, studierichtingen zoals het al bestaande sportmarketing & management. Feuerstake: ‘Die communities moeten de relatie met het bedrijfsleven versterken en het is de bedoeling om het curriculum heel beroepsgericht te maken. Als brede CE-opleiding werken we bij stages en afstudeerprojecten nu met heel veel bedrijven, maar dat willen we concentreren. Dus minder en meer gericht op de thema’s van de communities.’

Communities
De volgende drie nieuwe communities gaan komend studiejaar van start: global marketing & sales, creative marketing & sales en public marketing & management. ‘Global marketing richt zich op het internationale en op de bedrijvigheid in en rondom de haven. Bij creative marketing moet je denken aan de creatieve industrie in de breedste zin, dus ook webdesigners. Public marketing gaat over gezondheidszorg, welzijn en de overheid’, aldus Feuerstake die vertelt dat er inmiddels contacten worden gelegd met bedrijven en gemeenten.

De directeur pleit voor een grotere invloed van de bedrijven op het onderwijs. Feuerstake: ‘Zodat ze echt partners worden en dat we een gezamenlijke verantwoordelijkheid krijgen voor het opleiden van studenten. Uiteraard moeten we daarbij voldoen aan de eisen die door de NVAO worden gesteld. En, voor de duidelijkheid, als het bijvoorbeeld over gezondheidszorg gaat, wil dat niet zeggen dat het een soort gezondheidszorgopleiding wordt: we leiden ze op tot commerciële economen, ten behoeve van een bepaalde sector.’

‘Thematische aanpak maakte het leuker’
Een goede ontwikkeling, vindt Margriet Langenberg. ‘Van zo’n beroepsgerichte, thematische aanpak wordt je studie leuker, studenten raken er enthousiaster door. En dan hoeft het niet eens zo te zijn dat je per se in die betreffende sector terecht komt.’

Ook IBMS (international business & management) werkt aan een nieuwe vorm van onderwijs, en zal daarbij kijken hoe BE en CE dat aanpakken. Langenberg: ‘De opleidingen kiezen kun eigen lijn, maar wij stimuleren en faciliteren dat er van elkaar geleerd wordt door mensen bij elkaar te brengen.’

Flexibele ruimtes
De nieuwe onderwijsvormen vragen ook om andere onderwijsruimten. Grote collegezalen zijn nog steeds nodig, maar daarnaast komt er vraag naar veel kleine ruimten en plekken waar je elkaar informeel kunt ontmoeten. De architect die zal worden aangetrokken voor nieuwbouw en herinrichting, moet daarover meedenken, stelt de HR.

Langenberg: ‘Er zullen in elk geval meer flexibele ruimtes moeten komen, omdat je de ene keer met een grote en de andere keer met een kleine groep bent. Een andere reden waarom er meer van dat soort ruimtes moeten komen, is dat nog niet duidelijk is hoe alle opleidingen de nieuwe onderwijsvorm oppakken.’

Sloop van de RBS
Uit de vier inmiddels geselecteerde architecten wordt deze week een keuze gemaakt. Daarna volgt het definitieve ontwerp en begin volgend jaar de start van de bouw. Dan moeten zowel de vleugel van de Rotterdam Business School als de portocabins daarachter al zijn gesloopt en weggehaald. Opleidingen zullen tijdelijk verhuizen naar het WTC, waar de HR nu ook al ruimten huurt.

In vijftien verschillende werkgroepen wordt er op de Kralingse Zoom gesproken over de nieuwbouw en over de nieuwe onderwijsvormen. Ondanks dat blijven suggesties welkom, stelt Langenberg.

Jos van Nierop