Twee accreditatie-onvoldoendes voor HR in korte tijd
Gepubliceerd: 25 June 2018 • Leestijd: 4 minuten en 30 seconden • Nieuws Dit artikel is meer dan een jaar oud.Na de onvoldoende, begin dit jaar, voor de afstudeerkwaliteit van de opleiding international business and languages (ibl), krijgt nu ook de opleiding fysiotherapie een onvoldoende. Net als bij ibl ziet het accreditatiepanel problemen met de afstudeerkwaliteit. De opleidingen krijgen een hersteltermijn.
Jarenlang kreeg de Hogeschool Rotterdam voldoendes of hogere beoordelingen bij de accreditaties – vanaf 2013 haalden alle opleidingen op alle onderdelen een voldoende of hoger. Echter, in februari kreeg international business and languages (ibl) definitief een onvoldoende voor de kwaliteit van de scripties en nu gebeurt hetzelfde bij fysiotherapie. Bij beide opleidingen vinden de accreditatiepanels te veel scripties onvoldoende, terwijl ze van de opleidingen een voldoende kregen.
Onvoldoende met hersteltermijn
Ibl heeft een hersteltermijn gekregen en wil eind december laten zien dat de afstudeerkwaliteit is verbeterd. Ook fysiotherapie krijgt waarschijnlijk een hersteltermijn.
In heel Nederland krijgen jaarlijks een handvol opleidingen een onvoldoende.
Ibl kondigde in februari al verschillende maatregelen aan om de afstudeerkwaliteit te verbeteren. Zo wil de opleiding meer nadruk leggen op de kritische en onderzoekende houding van studenten en trekt de opleiding ‘externe deskundigen’ aan om het afstudeertraject te verbeteren. Ook kondigde de opleiding aan ‘per omgaande’ het vier-ogenprincipe aan te scherpen. Dat betekent dat voortaan naast een HR-docent ook een externe deskundige (bijvoorbeeld van een collega-ibl-opleiding of iemand van het kenniscentrum) de scripties beoordeelt.
Te hoge cijfers en gebrek aan onderzoeksvaardigheden
In een toelichting zegt Dolf Pellenbarg, sinds een paar maanden onderwijsmanager van ibl, dat de accreditatieorganisatie NVAO twee problemen signaleerde bij de afstudeerkwaliteit. ‘Ten eerste was de beoordeling van de scripties aan de hoge kant. Dit betekent automatisch dat er aan de onderkant van het spectrum een probleem ontstaat.’ Studenten die net een voldoende haalden, hadden eigenlijk een onvoldoende moeten krijgen. Als dat bij te veel scripties gebeurt, krijgt de opleiding vrijwel automatisch een onvoldoende voor de afstudeerkwaliteit. Het tweede probleem was volgens Pellenbarg dat de zwakkere scripties een gebrek aan onderzoeksvaardigheden lieten zien.
De NVAO heeft het definitieve rapport over ibl nog niet gepubliceerd. Volgens Pellenbarg heeft de NVAO het herstelplan van ibl inmiddels goedgekeurd.
Te beperkt literatuuronderzoek
Ook bij fysiotherapie zijn de onderzoeksvaardigheden de steen des aanstoots, blijkt uit het nog niet gepubliceerde accreditatierapport. Studenten fysiotherapie maken geen scriptie, maar doen (onder andere) een literatuurstudie. Studenten hoeven daarvoor maar vijf artikelen te gebruiken, terwijl er veel meer, en meer relevante, literatuur beschikbaar is. Waarom studenten bepaalde literatuur al dan niet opnemen, is het accreditatiepanel onduidelijk. Op basis van deze beperkte literatuurstudie trekken studenten wel algemene conclusies. ‘Hierdoor kunnen onjuiste conclusies hun weg vinden naar de praktijk’, schrijft het panel. Daarom hadden ‘deze onderzoeken niet op deze wijze als voldoende mogen passeren.’
Studenten van ibl kunnen vertraging oplopen door verhoogde afstudeereisen, zegt de onderwijsmanager.
Annemarie Meulenberg, sinds 2016 onderwijsmanager bij fysiotherapie, onderschrijft de conclusies van het panel, al noemt ze het wel ‘frustrerend’ dat in 2015 een ander panel exact dezelfde literatuurstudies nog een voldoende gaf. Destijds werd de beperkte opzet van de literatuurstudie nog ‘begrijpelijk’ genoemd, omdat de opleiding bezig was zichzelf te verbeteren.
Nieuw afstudeerprogramma
Extra frustrerend is het dan ook dat de opleiding zelf al tot de conclusie was gekomen dat de gewraakte literatuurstudie niet meer voldeed. Al vóór de accreditatie ontwikkelde fysiotherapie een nieuw afstudeerprogramma, waarin de beperkte literatuurstudie is vervangen voor een praktijkgericht afstudeeronderzoek. ‘Het accreditatiepanel kwam in januari bij ons langs en twee weken later, in februari, ging ons nieuwe afstudeerprogramma van start’, vertelt Meulenberg. Het panel is in zijn rapport lovend over het nieuwe programma, maar het heeft er nog geen afstudeerwerk van kunnen beoordelen. Dat leveren de studenten pas deze maand in.
Het gebeurt niet vaak dat opleidingen een onvoldoende krijgen, in Nederland jaarlijks drie tot vijf keer (zie kader). Eerdere onvoldoendes voor de Hogeschool Rotterdam stammen uit 2013, voor maatschappelijk werk en dienstverlening en voor vrijetijdsmanagement (nu leisure management). Een jaar daarvoor kreeg verpleegkunde een onvoldoende. Ook deze opleidingen kregen een hersteltermijn van twee jaar.
Accreditatiewaardige scripties
Ibl wil al binnen één jaar opnieuw geaccrediteerd worden voor de afstudeerkwaliteit. Dat heeft te maken, legt Dolf Pellenbarg uit, met het feit dat de opleiding opgaat in een bachelor international business (samen met international business and management studies, ibms, en trade management gericht op Azië, tma). Deze nieuwe, brede opleiding krijgt in februari 2019 al een visitatiepanel op bezoek en daarvóór wil Pellenbarg de oude accreditatie geregeld hebben.
Gevolg is wel dat studenten die begin februari begonnen met afstuderen (net vóór het definitieve accreditatierapport van ibl er lag) al een hoger niveau moeten laten zien in hun scripties. Eind juni moeten deze studenten een scriptie inleveren die accreditatiewaardig is. De opleiding heeft deze afstudeerders de afgelopen tijd al extra lessen onderzoeksmethoden en extra begeleiding gegeven, aldus Pellenbarg.
Verwacht hij vanwege de verhoogde eisen ook meer onvoldoendes in juni? Pellenbarg: ‘Misschien lopen meer studenten vertraging op. In principe adviseren begeleiders de studenten of ze hun scriptie definitief kunnen inleveren. Zij kunnen inschatten of studenten er een voldoende mee kunnen halen. We voorzien wel een dipje in het rendement.’
Maar studenten moeten de strengere eisen niet zien als een straf, zegt Pellenbarg erbij. ‘De student heeft er ook baat bij. Het betekent dat zijn scriptie straks beter is. Dat hebben we ook zo naar de studenten gecommuniceerd: luister, dit valt misschien rauw op je dak, maar zie het als een kans en niet als een straf.’
Tekst: Olmo Linthorst
Illustratie: Katja Hermann
Tijdens een accreditatie moet een opleiding aan de hand van documenten en gesprekken aan een panel met specialisten laten zien dat de opleiding de basiskwaliteit op orde heeft. Het panel adviseert vervolgens aan de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO) of een opleiding open mag blijven. De NVAO neemt uiteindelijk, namens de minister van Onderwijs, de beslissing hierover. In het ergste geval kan een opleiding haar accreditatie verliezen en moet ze sluiten.
In Nederland kregen de afgelopen drie jaar jaarlijks drie tot vijf hbo-opleidingen een onvoldoende met hersteltermijn opgelegd, blijkt uit het laatste jaarverslag van de NVAO. Een onvoldoende zónder herstelmogelijkheid (oftewel: direct sluiten) kwam in het hbo de afgelopen jaren niet voor. Jaarlijks worden zo’n 175 tot 200 hbo-opleidingen geaccrediteerd.
Bij de mediatheek kun je ook langskomen voor hulp met je scriptie, bij het “Literatuurtje”. Dit gaat echter wel specifiek over hoe en waar je moet zoeken naar (wetenschappelijke) informatie. Meer info: https://hr.nl/literatuurtje
Ziehier de uitkomt van wens studies: je kan van alles en nog wat ‘studeren’ en je kan er vanaf komen met een flut scritptie verslag over dat water nat is.
Ze kunnen maar beter gewoon stoppen met deze soort opleidingen, er zijn maar een beperkt soort studierichtingen die het maken van een scriptie nog de moeite waard maken. Zowieso begrijp ik niet waarom fysiotherapy op het HBO gegeven wordt, doen ze dat niet goed genoeg op het MBO of zo?