I-lab over de Olympische ambities
Gepubliceerd: 23 August 2010 • Leestijd: 1 minuten en 50 seconden • Bij de les Dit artikel is meer dan een jaar oud.Voor een kantoorgebouw op Rotterdam-Zuid, vlak naast De Kuip, staan acht derdejaars sportmarketing en management te wachten. Ze zijn hier vandaag voor een les van het innovation lab (I-lab) ‘Rotterdam en haar olympische ambities’.
Tijdens dit I-lab houden de studenten zich bezig met de vraag hoe het stadionpark (De Kuip en het gebied er omheen) kan bijdragen aan de Rotterdamse ambitie om in 2016 een van de bekendste sportsteden van Europa te worden om zo, uiteindelijk, een gooi te kunnen doen naar het binnenhalen van de Olympische Spelen van 2028. Om hiervoor in aanmerking te komen, zijn er door de gemeente zes doelen gesteld, hier ‘tracks’ genoemd. Vandaag staat de track breedtesport en sportontwikkeling op het programma. Hiervoor is Pim Uijtdewilligen uitgenodigd. Hij is beleidsadviseur sport en recreatie van de gemeente Rotterdam. Vorig jaar schreef hij de sportnota Rotterdam 2016. ‘De track breedtesport en sportontwikkeling is erg belangrijk en vormt niet voor niets het hart van de nota’, aldus Uijtdewilligen. Rotterdam presteert niet goed als sportstad: ‘Rotterdammers bewegen het minst van alle Nederlanders. Al heeft de stad een mooi imago door alle sportfestiviteiten die er worden georganiseerd, de cijfers liegen er niet om. Slechts 52 procent van de Rotterdammers sport op dit moment.’
Onder de studenten rijst meteen de vraag hoe dit komt. ‘De eerste oorzaak voor de lage sportparticipatie is de bevolkingssamenstelling: mensen van buitenlandse afkomst doen minder aan sport omdat ze het vanuit hun cultuur niet gewend zijn. Daarnaast speelt het inkomen een rol: er zijn er veel mensen met een laag opleidings- en inkomensniveau. Deze mensen besteden minder geld aan sport’, aldus Uijtdewilligen.
70 procent moet sporten
Om de Olympische Spelen naar Rotterdam te halen is een sportparticipatie van 75 procent verplicht. Het doel voor 2016 is om zeventig procent van de Rotterdammers te laten bewegen. Wanneer je één keer per maand één uur intensief sport, hoor je bij deze groep. Uijtdewilligen is naar eigen zeggen niet pessimistisch, maar denkt desondanks niet dat het zal lukken: ‘Soms moet je een hoger ambitieniveau hebben om mensen in beweging te krijgen.’
Hoe doe je dat dan: meer mensen aan het sporten krijgen? Een van de manieren is volgens Uijtdewilligen het stimuleren van breedtesport (=ongeorganiseerde sport), voornamelijk voor bijzondere doelgroepen als mindervaliden, ouderen en kinderen van ouders in achterstandsituaties. Mark Vrolijk (21) is een van de studenten die aan het I-lab deelneemt. Als liefhebber van sport en de Olympische Spelen, was de keus voor dit I-lab snel gemaakt. ‘We zijn erg praktijkgericht bezig, daar hou ik van. Het is een geweldig streven om een groot evenement als de Olympische Spelen naar Nederland te halen. Ik ben benieuwd naar de bijdrage die wij uiteindelijk aan dat doel zullen leveren.’
Innovation labs (I-labs) zijn er voor ambitieuze studenten die een extra uitdaging willen tijdens hun studie. Deze multidisciplinaire projecten worden uitgevoerd binnen een bijpassende minor in het derde studiejaar. Afgelopen collegejaar gingen er elf I-labs van start.
Myrthe Hogenelst
Foto: ronocdh/Flickr
Laat een reactie achter
Spelregels
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Aanbevolen door de redactie
Docenten starten petitie: HR moet zich uitspreken tegen schending mensenrechten in Gaza
Vervroegde renovatie Museumpark gaat zorgen voor ingrijpend verhuiscircus
Ondernemende Ad-student Joyce start op HR pilot met gratis menstruatieproducten
Back to Top