Onderwijskunde in de pabo-mannenklas
Gepubliceerd: 15 November 2010 • Leestijd: 1 minuten en 54 seconden • Bij de les Dit artikel is meer dan een jaar oud.Nieuw op de pabo: een mannenklas met ‘hij-instromers’. Doel: meer meesters voor de klas. Op een woensdagochtend in oktober staat de les onderwijskunde over ‘directe instructie’ op het programma.
Voordat docent Gerard Levolger de les begint, komen drie vrouwelijke pabo-studentes het lokaal binnen: ‘We hebben een tussenuur. Mogen we in deze klas aanschuiven?’ Levolger is duidelijk: ‘Dat kan niet, dames, dat weten jullie.’ En tegen mij, lachend: ‘Dat gebeurt elke week. Ze willen even naar de mannenklas kijken.’
Ondertussen wisselen de mannen wat praktijkervaringen uit: ‘Zeggen de leerlingen ‘u’ tegen je?’ Dat wisselt, zo blijkt. Op de ene school wordt daar strikt de hand aan gehouden en is het ‘u’ en ‘meester’. Op de andere school is men daar losser in en zijn voornamen en ‘je’ en ‘jij’ toegestaan.
Mooie vrouwen
‘De les begint met uitleg over directe instructie, ook wel effectieve instructie genoemd, een lesmethode waarin de leraar centraal staat. Een veilige methode, en één die niet altijd even leuk is’, stelt Levolger. ‘Maar jullie moeten hem allemaal beheersen, want je zult ‘m vaak nodig hebben.’
Er zijn zeven fases, zo blijkt. Terugblik op de vorige les en oriëntatie op de les die komt zijn de eerste twee. Leerlingen kunnen zich op het onderwerp van de les oriënteren doordat de leerkracht de leefwereld van het kind erin betrekt. ‘Hoe breng ik het thema directe instructie jullie leefwereld in?’, vraagt Levolger. ‘Door te praten over mooie vrouwen’, reageert een student. Gelach alom, maar daarna keert de concentratie snel terug. Er wordt doorgepraat over uitleg, begeleide in oefening, zelfstandige verwerking, evaluatie en terug- en vooruitblik, de andere vijf fases uit het model. En dan gaat de klas in groepjes lessen ontwerpen volgens dit model. ‘Interessant’, vinden de meesten. ‘Van de week heb ik het toch niet helemaal goed gedaan toen ik breuken moest uitleggen’, concludeert de een. ‘Ik ook niet’, zegt een ander. ‘Ik heb hier echt wat aan voor morgen.’
Recht breien
De theorie ondersteunt de studenten in hun dagelijkse praktijk, dat is duidelijk. De vragen schieten als paddenstoelen uit de grond: ‘Begeleide inoefening, doe je dat met groepjes, klassikaal of loop je door rijen?’ ‘Je moet goed opletten dat je niet alleen kinderen een beurt geeft van wie je weet dat ze het waarschijnlijk al hebben begrepen.’ ‘Mogen leerlingen elkaar helpen?’
Levolger geeft nog een waarschuwing mee: ‘Als leerlingen zichzelf iets verkeerd hebben aangeleerd, is het moeilijk om dat weer recht te breien. Fouten hebben de neiging om heel snel ingeslepen te raken. Het is belangrijk dat je dit voorkomt. Overtuig jezelf er dus van dat iedereen de stof goed heeft begrepen.’
De volgende keer staan activerende werkvormen op het programma. ‘En dat is weer heel wat anders’, zegt Levolger.
Dorine van Namen
Lees meer over de mannenklas in het achtergrondartikel en de column van Jurgen van Raak.
Laat een reactie achter
Spelregels
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Aanbevolen door de redactie
Docenten starten petitie: HR moet zich uitspreken tegen schending mensenrechten in Gaza
Vervroegde renovatie Museumpark gaat zorgen voor ingrijpend verhuiscircus
Ondernemende Ad-student Joyce start op HR pilot met gratis menstruatieproducten
Back to Top