Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
10 januari 2025

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

De clash tussen straat en school

Gepubliceerd: 2 May 2010 • Leestijd: 4 minuten en 5 seconden • Longread Dit artikel is meer dan een jaar oud.

In zijn onderzoek naar de straatcultuur van Rotterdamse jongeren bestudeerde de jonge Rotterdamse socioloog Iliass El Hadioui de harde straatcultuur en zijn ondermijnende invloed op het onderwijs. Komen tot oplossingen vereist volgens hem allereerst een ander perspectief: stedelijkheid in plaats van etniciteit.

Door Sabine Schipper

Iliass El Hadioui studeerde in 2006 af aan de Erasmus Universiteit en is nu als promovendus verbonden aan de Faculteit Sociale Wetenschappen. Doordat hij niet alleen zijn doelgroep – de stedelijke jongere – bestudeert, maar er als 26-jarige ook deel van uitmaakt, wordt hij in de media vaak geciteerd als het gaat om stedelijke en jongerenproblematiek. Prima, zolang het over de inhoud gaat, aldus El Hadioui. Onlangs publiceerde hij het artikel De Straten-Generaal: Naar een stadssociologisch perspectief op jeugdculturen. De inhoud staat ver af van waar El Hadioui ooit begon. In 2007 startte hij nog met een onderzoek naar de identiteit van Turkse en Marokkaanse jongeren in Rotterdam. Maar gaandeweg veranderde zijn koers. Hij rekende af met het etnische perspectief, ofwel het bekijken en beoordelen van mensen vanuit hun achtergrond. ‘Ik ben net als de meeste mensen opgegroeid met het etnische perspectief. Dat is in de Nederlandse samenleving heel overheersend. Alles is integratie, elke maatschappelijke kwestie wordt eraan opgehangen. Van parkeerboetes tot huiselijk geweld.’

El Hadioui wilde een andere benadering. Niet aan jongeren vragen of ze zich meer Nederlander of Marokkaan voelen. Daarmee dwing je ze om een kunstmatige keuze te maken die ze zelf misschien helemaal niet zo ervaren. De indeling van de samenleving in etnische groepen heeft ook nog een ander bezwaar. El Hadioui: ‘De klassieke sociologische aanpak gaat ervan uit dat de autochtone groep geen rol heeft in het integratieverhaal. De autochtone Nederlander wordt niet gezien als etnische groep met een eigen cultuur en interactie met andere groepen in de maatschappij. Ze worden gezien als ’de norm’ waar de rest aan wordt gespiegeld.’

El Hadioui besloot zijn onderzoek anders aan te pakken en elke persoon hetzelfde te benaderen, ongeacht etniciteit. ‘Daarom vroeg ik bijvoorbeeld ook aan blanke, autochtone jongeren of ze zich wel eens gediscrimineerd voelen op de arbeidsmarkt. Mensen associëren discriminatie vaak direct met etniciteit, maar je kunt ook gediscrimineerd worden omdat je vrouw bent, of omdat je uit een bepaald milieu komt of een accent hebt. En wat bleek, ook autochtonen hadden daar ervaring mee.’

Straatcultuur
Door het loslaten van de etnische blik en veldwerk te doen op onderwijsinstellingen in Rotterdam (Zadkine, Albeda, Grafisch Lyceum, HR, INHolland, EUR) kwam El Hadioui tot de conclusie dat er iets bestaat wat veel meer invloed heeft op het gedrag van jongeren dan hun etnische achtergrond. En dat is de straatcultuur. El Hadioui: ‘Er is in de afgelopen vijftien jaar in de stad Rotterdam een nieuwe cultuur ontstaan met een eigen taal en eigen gebruiken, normeringen, codes en praktijken. In die cultuur doen je achtergrond en culturele tradities er meestal helemaal niet toe, ze staan er vaak zelfs haaks op.’ De stadse straatcultuur is opgebouwd uit elementen van verschillende culturen, maar ook sociaaleconomische omstandigheden spelen een rol, evenals de associatie die jongeren hebben met Amerikaanse getto’s en gangstarap, en de individualisering van de samenleving. Jongeren die thuis of door de directe omgeving geen basis wordt geboden, zoeken een identiteit binnen de straatcultuur. De scheidslijn tussen wel of geen straatcultuur loopt niet tussen allochtoon of autochtoon, maar tussen stad of regio. ‘Marokkaanse meiden uit Maassluis kunnen bijvoorbeeld meer gemeen hebben met christelijke meiden uit Capelle dan met Marokkaanse meiden die zijn opgegroeid in Pendrecht of Spangen.’

El Hadioui vindt het ‘pijnlijk’ dat de ‘mismatch’ tussen straatcultuur en schoolcultuur in Nederland eigenlijk nog niet serieus wetenschappelijk is onderzocht. ‘Er is een volledig nieuwe taal ontwikkeld in de afgelopen vijftien jaar. Voor veel jongeren is het hun eerste taal, ze spreken niet altijd Algemeen Beschaafd Nederlands meer. Je kunt je voorstellen met welke problemen die generatie straks op de arbeidsmarkt te maken krijgt.’ In zijn artikel concludeert El Hadioui dat de straatcultuur haaks staat op de cultuur in het onderwijs. ‘Op straat draait het om het opeisen van respect, pronken met bling bling. Het straatleven is anti-autoriteit, soms gewelddadig en vrouwonvriendelijk. Meisjes zijn prooi of bezit om mee te pronken. Binnen de straatcultuur dwing je geen respect af met een goede beoordeling of het lezen van een boek.

Hoe anders is de schoolcultuur, waar docenten leerlingen stimuleren om te argumenteren en redelijk te zijn in plaats van fysiek geweld te gebruiken, waar lezen en leren belangrijk zijn in plaats van voor nerds, en waar de vrouw geen lustobject of materieel object is.’

mbo versus hbo
Deze clash tussen straatcultuur en schoolcultuur speelt vooral op het mbo. El Hadioui: ‘In feite ontspringt het hbo vooralsnog de dans. Dat heeft te maken met het niveau, maar op de Hogeschool Rotterdam komt het ook doordat niet-stadse studenten de dominante groep vormen. Daardoor is de mogelijke clash tussen stedelijkheid en schoolcultuur nauwelijks aanwezig, anders dan op het mbo. Dat wil niet zeggen dat het hbo in de toekomst niet te maken zal krijgen met de invloed van straatcultuur. De verstedelijking en individualisering in de samenleving gaan door, en dus zal ook de voedingsbodem voor de straatcultuur groeien.’

Fascinerend is het om vast te stellen dat de veranderingen in het onderwijs, zoals de opkomst van het nieuwe leren waarin jongeren zelfstandig moeten werken, min of meer gelijk is opgegaan met de opkomst van de huidige straatcultuur. ‘Een leerling met hoogopgeleide en betrokken ouders zal die vrijheid makkelijker aankunnen en zich kunnen handhaven. Maar zal iemand die is opgegroeid in Spangen en levend volgens de codes van de straatcultuur, ook gemotiveerd zijn om in de mediatheek zelfstudie te doen zonder dat iemand hem uitlegt hoe dat moet? De kern van de problematiek is gelegen in het tegelijkertijd feminiseren van het onderwijs en de opkomst van een masculiene straatcultuur die letterlijk ruimte opeist in taal, codes en opvattingen. Dat confronteert het onderwijs van binnenuit met tegenovergestelde uitgangspunten.’ Tijdens zijn onderzoek heeft El Hadioui een goede band met de Rotterdamse roc’s ontwikkeld. De socioloog wil met zijn bevindingen graag bijdragen aan het creëren van nieuwe inzichten en beleid voor het onderwijs. ‘Docenten moeten naar mijn mening niet proberen de straatcultuur de school binnen te halen, maar structuur bieden en de jongeren bewust maken van hun mogelijkheden.’

Recente artikelen

Recente reacties

Reacties

Laat een reactie achter

Comments are closed.

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Aanbevolen door de redactie

Back to Top