'Zo, we gaan anderhalf uur trainen', krijgen de studenten van de docent te horen. 'Wat?', reageren enkelen verrast maar lachend. 'Het zou toch niet intensief zijn? En we moeten straks nog uitgaan.'
Het is donderdagavond half acht en zo'n dertig studenten – vooral studentes – uit Rotterdam en Gent krijgen op de locatie Museumpark boksles van IvG-docent (en bokser) Erwin Golie en bokstrainer Floris Dekker. Vooral Dekker – herkenbaar aan twee armen vol tattoos – is aan het woord.

Huppelen en rondjes lopen
Hij probeert de studenten mee te nemen in de wereld van het wedstrijdboksen. 'We gaan ons voorbereiden op een groot gevecht dat morgen plaatsvindt', prent Dekker de studenten in. 'We beginnen met huppelen en rondjes lopen.'
Lachend en wat onwennig beginnen de aanstaande verloskundigen, logopedisten en verpleegkundigen aan hun training. De lach blijft, dankzij Dekker die aangeeft dat hij vanavond wel mee wil uitgaan. Die een van de knappe studentes aanwijst als zijn assistent. En die een poging doet Vlaams te praten. 'Allee, kunde gij even hier gaan staon….'

Balans en flexibiliteit
Als Dekker om de een op andere reden het woord 'galbak' in de mond neemt, verschijnen er figuurlijke vraagtekens boven de Gentse hoofden. Dekker: 'Oh, ik bedoel flapdrol.' De boksende studenten liggen vervolgens in een deuk.
Serieus getraind wordt er overigens ook. Dekker wijst de studenten op de juiste houding. 'Het gaat om balans, om flexibiliteit. Je moet altijd door je knieën zakken.' En Dekker wijst hen ook op de mores van de bokssport. 'Het gaat om respect. Bij 93 van de honderd gevechten omarm je elkaar na afloop. Respect, dat is ook belangrijk op school.'

Het Rotterdamse programma wordt vanmiddag afgesloten. Over twee weken brengen de Rotterdamse studenten een bezoek aan Gent.

Jos van Nierop