De lessen uit de Keuzegids
Gepubliceerd: 14 February 2012 • Leestijd: 3 minuten en 15 seconden • Longread Dit artikel is meer dan een jaar oud.Waarom scoorde de docentenopleiding beeldende kunst en vormgeving zo goed en ergotherapie zo slecht? Profielen zocht het uit en kwam met een paar voor de hand liggende antwoorden. Clichés. Gemeenplaatsen. Echte dooddoeners. Zoals: Je moet investeren in docenten. ‘Dat hebben er al honderden gezegd, maar ja. Dat moet je dus wel doen.’
Ergotherapie maakte in de HBO Keuzegids 2012 ineens een duik. In deze jaarlijks gepubliceerde ranglijst over Nederlandse hbo-opleidingen zakte ergotherapie van een voldoende, een zes, naar een dikke onvoldoende, een vier. Wat is er aan de hand? Een andere opleiding die opviel, was docent beeldende kunst en vormgeving (dbkv). Deze opleiding scoort al jaren goed, dit jaar is ze met een 8,6 zelfs de beste in haar soort. Wat zou er gebeuren als je ergotherapie en dbkv tegenover elkaar zet? Profielen sprak met studenten en docenten van deze opleidingen om uit te vinden of we oorzaken of lessen kunnen formuleren van een goede en een slechte score in de Keuzegids.
Les 1: Klein maar fijn
Zowel ergotherapie als dbkv hebben tussen de 250 en 300 studenten. ‘We zijn een kleine en overzichtelijke opleiding’, zegt onderwijsmanager Mirjam van Tilburg van dbkv. ‘We hebben een hecht docententeam en de betrokkenheid bij de opleiding is groot, zowel onder studenten als onder docenten.’ De hele opleiding past op één verdieping van locatie Wijnhaven 61. Dat vergroot het klein-maar-fijn-gevoel. Docenten zijn makkelijk te vinden. Je ziet elkaar regelmatig bij de koffieautomaat, in de zithoek of op de gang. Door de grote betrokkenheid en de kleinschaligheid is er veel sociale controle, zegt Van Tilburg. Daardoor komen problemen snel aan de oppervlakte en kunnen fouten hersteld worden.
Les 2: Efficiëntie is niet zaligmakend
Wim Nas ziet wel wat in een meer kleinschalige organisatie, ook fysiek. Nas is docent bij ergotherapie. Zijn studenten krijgen door een gebrek aan ruimte op verschillende plekken in het gebouw les – of op verschillende locaties (op het Academieplein, maar ook in de Arminiuskerk). Precies het tegenovergestelde van het overzichtelijke dbkv. ‘Studenten waaieren uit over de hele hogeschool’, vertelt Nas. ‘Als er iets fout gaat, zet je het veel makkelijker recht als je bij elkaar in de buurt zit. Bij een roosterwijziging loop je dan gewoon even naar de studenten om ze op te halen of te vragen of ze op een ander moment kunnen.’ Wat Nas betreft moet de hogeschool zich minder richten op ‘maximalisatie’ van het lokalengebruik. Dat is dus de tweede les, ook al zo’n cliché: efficiëntie is niet zaligmakend.
Les 3: Haastige spoed …
Bij ergotherapie begon de druk op het docententeam anderhalf jaar geleden behoorlijk op te lopen. De accreditatie kwam eraan en daarvoor moest van alles in orde worden gemaakt. Afgelopen september is de opleiding met vlag en wimpel geslaagd, maar dat heeft ook veel energie gekost. Zo werden er docenten vrij geroosterd om de accreditatie voor te bereiden. Die docenten moesten vervangen worden door nieuwe collega’s die op hun beurt weer ingewerkt moesten worden. De werkdruk steeg. Vooral de kwaliteit van toetsen heeft hieronder geleden, vertelt docent Nico van Hal. ‘Er stonden spelfouten in, de lay-out was niet goed. Maar er werden ook gewoon niet-adequate vragen gesteld.’ Zijn conclusie: ‘Zorgvuldigheid heeft tijd nodig.’
Les 4: Rust
De werkdruk steeg bij ergotherapie ook door de voortdurende managementonrust. Het Instituut voor Gezondheidszorg heeft aardig wat directeuren zien komen en gaan. Ergotherapie moest een onderwijsmanager delen met verpleegkunde, een grote opleiding met veel problemen. Voor ergotherapie was even geen tijd. Inmiddels is ergotherapie door de accreditatie gekomen, zitten er twee nieuwe, ervaren directeuren bij IvG en heeft ergotherapie een eigen onderwijsmanager. ‘De managementproblemen zijn achter de rug’, denkt Wim Nas. Hij merkt nu al dat het team wat rustiger kan ademhalen.
Les 5: Duidelijkheid en transparantie
Studenten houden niet van verrassingen, zeker niet bij een toets. Bij dbkv hebben ze de praktijktoetsen zo transparant mogelijk gemaakt. Alle toetscriteria zijn afgeleid van de beroepscompetenties en studenten krijgen voor elk vak een lesbrief waarin staat hoe ze beoordeeld zullen worden. Alle docenten van een vakgroep gebruiken hetzelfde type beoordelingsformulier, dat docenten zelf kunnen aanvullen. Uit de Keuzegids blijkt dat studenten van ergotherapie van alle onderwerpen het minst tevreden zijn over de toetsing. Dat komt onder andere, vertelt docent Wim Nas, omdat studenten niet het gevoel hebben dat iedere docent dezelfde criteria op dezelfde manier waardeert. ‘In de perceptie van de student maakt het te veel uit wie hen beoordeelt’, zegt Nas. En dat is dodelijk voor de transparantie. Collega-docent Nico van Hal voegt daaraan toe dat het ook veel duidelijker moet zijn wat de lesdoelen zijn, wat er getoetst wordt en waarom. ‘Waarom, waarom, waarom. Dat moeten we blijven uitleggen.’
Tot slot
Het lijkt erop dat ergotherapie een beetje pech heeft gehad: bestuurlijke onrust, accreditatiedruk, een bezuiniging en ruimtegebrek. Maar één van de overeenkomsten tussen dbkv en ergotherapie, benadrukken veel docenten, is de goede teamspirit. ‘We zijn geen terneergeslagen clubje’, aldus Nico van Hal. Dat is belangrijk. De kwaliteit van een opleiding staat of valt met de docenten. Of, om het ultieme cliché in de strijd te gooien: ‘Je moet investeren in docenten. Dat hebben er al honderden gezegd, maar ja. Dat moet je dus wel doen.’ Was getekend, Mirjam van Tilburg.
Olmo Linthorst
Laat een reactie achter
Spelregels
De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.
Lees hier alle details over onze spelregels.
Aanbevolen door de redactie
Docenten starten petitie: HR moet zich uitspreken tegen schending mensenrechten in Gaza
Vervroegde renovatie Museumpark gaat zorgen voor ingrijpend verhuiscircus
Ondernemende Ad-student Joyce start op HR pilot met gratis menstruatieproducten
Back to Top