Afgestudeerd: Rick van Woudenbergh
Gepubliceerd: 15 January 2014 • Leestijd: 4 minuten en 13 seconden • Afgestudeerd Dit artikel is meer dan een jaar oud.Rick studeerde commerciële economie, deed een premaster en doet nu een master aan de Rotterdam School of Management van de Erasmus Universiteit. ‘Het is een stuk moeilijker dan op het hbo.’
Hij vertelt het verhaal van veel jongens in het onderwijs. Intelligentie en aanleg zijn er, maar het vermogen om te plannen en organiseren, het doorzettingsvermogen en de motivatie komen pas later. En daarom was ook de weg van Rick van Woudenbergh nogal grillig. Hij doorliep zonder al te veel inspanning het vwo, studeerde een jaar bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit, maar dat ging mis (‘ik faalde’), probeerde het toen bij bedrijfseconomie op dezelfde universiteit (‘niet helemaal mijn ding’), ging daarna naar het hbo en deed een verkorte vwo-route commerciële economie (‘en pakte daarmee een ‘verloren’ jaar terug’), deed z’n vierde jaar en de premaster in één jaar (‘en pakte daardoor weer een jaar terug’) en doet nu de master strategic management aan de Erasmus Universiteit (‘en ik lig weer op schema’). ‘Nu gaat het goed.’ En lachend: ‘M’n moeder is ook heel blij dat het toch nog goed is gekomen.’
‘Het verschil tussen hbo en universiteit is behoorlijk groot’
Is er een groot verschil tussen het hbo en de universiteit?
‘Ja, ik vind het verschil behoorlijk groot. Het is een stuk moeilijker dan op het hbo en ook dan de premaster. Het tempo in het hbo ligt echt veel lager dan op de universiteit en het gebruik van theoretische modellen is ook anders. Op het hbo is er eigenlijk maar één antwoord waar de docenten naar zoeken. Op de universiteit zijn er per definitie meerdere antwoorden mogelijk en gaat het om de argumentatie waarmee je jouw antwoord onderbouwt. Als we in groepjes werken, gaat daar dan ook de meeste aandacht naar uit: welke theorie gebruiken we, welk model en hoe passen we die toe? Aan de andere kant heb ik wel hands-on kennis opgedaan in het hbo, vooral door de stages. Alhoewel veel universitaire studenten stagelopen in de zomer, als er geen colleges zijn, om zich die praktische kennis toch eigen te maken.
‘Het publiek is ook anders. De studenten die direct van de bachelor komen, die kan ik wel hebben maar de buitenlandse studenten, dat is een ander verhaal. Die zijn zo supergemotiveerd, ze doen eigenlijk niets anders dan studeren. Die Nederlandse gasten van de bachelordoorstroom zijn tevreden met een zes of een zeven. De buitenlandse studenten met een negen. Dat zijn de jongens met wie ik het meeste omga en aan wie ik me kan optrekken.’
Een heel rijtje 8,3-en
‘Dat het moeilijker zou worden, daar was ik wel op voorbereid. Het laatste jaar op de hogeschool, waarin ik mijn afstuderen combineerde met de premaster, was ook heel zwaar. Inhoudelijk was ik tevreden over die premaster, maar de organisatie was een ander verhaal. Het was het eerste jaar dat de HR deze premaster aanbood en er waren veel opstartproblemen; het leek wel alsof de instituten elkaar tegenwerkten. De premaster was een initiatief van IBK (bedrijfskunde). Als student commerciële economie (CoM) werd ik toegelaten tot het programma van IBK en kreeg ik van het laatstgenoemde instituut ook toestemming om de bachelorscriptie, die ik moest schrijven als onderdeel van de premaster, te gebruiken om af te studeren aan de HR. Maar de examencommissie van CoM gaf mij die toestemming niet, en dat betekende dat ik twee bachelorscripties moest schrijven, naast de rest van het al drukke programma. Mijn afstudeerbegeleider vanuit CoM was gelukkig zeer behulpzaam, waardoor het toch nog allemaal is gelukt.
‘In het derde jaar volgde ik het programma International Business Experience (IBEX), een coproductie tussen CoM en IFM (financieel management). Daar is het fout gegaan met het overzetten van de cijfers. Ik had een gemiddelde van 8,3 voor IBEX, maar dat cijfer is voor alle afzonderlijke vakken ingevoerd waardoor ik een heel rijtje 8,3-en had staan. Daarover zijn op de universiteit vragen gesteld. “Hoe kwam ik aan zoveel dezelfde cijfers? Dat lijkt op fraude”, kreeg ik zelfs te horen. Waarom, vraag ik me af. Zoveel moeite is het toch niet om de cijfers afzonderlijk op te nemen. De vakken stonden gewoon in Osiris.
‘En dan zijn er cijfers die nu nog steeds niet op mijn cijferlijst staan, ook van m’n minor niet. En er staat nog steeds een spelfout op m’n diploma en het lukt maar niet om dat omgewisseld te krijgen. Van die dingen dus. Eigenlijk vind ik dat je als student recht hebt op een vlekkeloos programma, alhoewel ik er ook veel van heb geleerd dat dat niet zo was. Doorzettingsvermogen ja, dat heb ik ervan gekregen en ik heb bewezen stressbestendig te zijn.
‘Ondanks al die beslommeringen kan ik het iedereen aanraden. Zet een stapje extra. Het is goed om veel hooi op je vork te nemen.’
GMAT-bijlessen
‘Ik heb ook nog een waarschuwing voor studenten die de overstap naar de universiteit overwegen. Om toegelaten te worden tot de master die ik nu doe, moet je een toelatingstest doen, de zogenaamde GMAT (Graduate Management Admission Test). En dat is een pittige test. Neem voldoende voorbereidingstijd, anders is de kans dat het misgaat heel groot. Maar dertien procent van mijn premastergroep heeft deze test gehaald! Je kunt ‘m wel een paar keer herkansen, maar niet vaker dan één keer per maand en hij kost 230 euro. Er zijn mogelijkheden om GMAT-bijlessen te volgen. Maak daar gebruik van, is mijn advies.’
Waar zie je jezelf over tien jaar?
‘Dan ben ik sales- of marketingmanager bij een groot bedrijf, Heineken bijvoorbeeld, en ben ik op weg naar het hogere management. Ik denk dat ik dan na een paar jaar werken in het buitenland weer terug ben in Nederland. Dan ben ik 33 en hoop ik dat ik gesetteld ben en een gezin heb. Ja, dan is het wel tijd voor kinderen.’
Dorine van Namen
Foto: Levien Willemse
CV
2013: Master strategic management Erasmus Universiteit
2013: Afgestudeerd commerciële economie
2011-heden Bijlesgever bij StudentsPlus Bijlessen
2010-heden Studentchauffeur bij AB-AZ Studentchauffeurs
GELEERD: ‘Presenteren, sollicitatiebrieven schrijven, dat soort praktische vaardigheden. Ik heb veel geleerd tijdens m’n stages.’
GEMIST: ‘Ik heb de kans om naar het buitenland te gaan niet gepakt, maar dat ligt aan mezelf. Ook zijn er op het hbo minder mogelijkheden om bestuurservaring op te doen dan op de universiteit.’
Het probleem dat Rick van Woudenbergh beschrijft is bij IBK en COM bekend. Er is met de betrokken instituten aan een oplossing gewerkt. Hieronder een samenvatting van de gemaakte afspraken.
Tussen de minor coördinatoren, de begeleidende lector en COM is er meervoudig contact geweest, om dit probleem op te lossen. Voor het volgende studiejaar zijn afspraken zowel met de opleiding als ook met de EUR gemaakt, die de deelname voor COM studenten aan de door RSM en IBK aangeboden pre-master mogelijk maken.
Zo kan bijvoorbeeld al in augustus in plaats van in februari met de afstudeerscripties begonnen worden. Daarnaast krijgen de studenten van COM die dit afstudeerprogramma volgen een aantal vrijstellingen binnen het programma van COM. Bovendien bestuderen we of het mogelijk is om de twee bachelorsscripties te integreren en de beoordeling van het afstudeerproduct zo te ontwerpen dat ze vanuit beide instituten de gevraagde competenties dekken. Deze laatste fase kost wat tijd omdat beoordelingssystematieken moeten worden geïntegreerd.
Kortom, de problematiek waar Rick van Woudenbergh tegenaan liep zijn inmiddels overdacht en er zijn passende maatregelen getroffen. Ter voorbereiding op het pre-master traject biedt IBK in het komende kwartaal voor eerst een GMAT cursus aan.
Fred Feuerstake, directeur Instituut voor Commercieel Management (COM)
Elisabeth Minnemann, directeur Instituut voor Bedrijfskunde (IBK