Student Elwin had een depressie: ‘Ik heb heel diep gezeten’
Gepubliceerd: 10 December 2015 • Leestijd: 6 minuten en 45 seconden • Het Grote Interview Dit artikel is meer dan een jaar oud.Student Elwin (24) was negen jaar lang depressief. Het was hard werken, maar nu gaat het goed met hem. Hij organiseert praatgroepen voor studenten die in een dip zitten.
Op 26 oktober werd de eerste bijeenkomst van stuDent georganiseerd. Een praatgroep voor HR-studenten met depressieve klachten. Het initiatief komt van Elwin Goedgedrag, tweedejaars sociaal pedagogische hulpverlening (sph), die negen jaar met depressie kampte. Sinds het voorjaar van 2014 gaat het goed met hem, zo goed dat hij over zijn depressie wil vertellen om begrip voor deze ziekte te creëren en het taboe te doorbreken.
Wanneer kreeg jij voor het eerst last kreeg van depressieve gevoelens?
‘Het begon toen ik veertien was. Ik deed vmbo kader Horeca op ‘t Zadkine en had af en toe een dipje. Dan had ik geen zin om naar school of vrienden te gaan. Die dipjes duurden steeds langer en werden steeds intenser tot ik me op een gegeven moment dingen begon af te vragen als: Waarom zou ik nog gaan werken of leren? Wat is de zin van het leven?
‘Ik vertelde een mentor over mijn donkere buien en hij verwees me door naar de cursus Tip voor je Dip. Daar ontmoette ik voor het eerst andere mensen die ook donkere periodes hadden en dat was fijn omdat ik niet langer het gevoel had dat ik moederziel alleen was met mijn klachten.’
‘Ik kreeg het gevoel er niet te mogen zijn als mens.’
Had je wat aan die bijeenkomsten?
‘Toen ik depressief was, verstopte ik me in huis of ging ik met een neppe lach naar buiten zodat ik niet over mezelf en mijn gevoel hoefde te praten. Omdat ik voor mijn lotgenoten geen toneel hoefde te spelen, trok ik naar ze toe. Ik ben ook gespreksleider van een lotgenotengroep in Gouda en daar merk ik hetzelfde: sommige mensen vinden het fijn om over hun angsten, onzekerheden en verdriet te kunnen praten met mensen die het niet naar vinden. Veel vrienden en familieleden hebben het na een tijdje wel gehad met het gesomber en de negativiteit, lotgenoten zijn vaak wat geduldiger. Ze weten hoe fijn het is als er iemand echt naar je luistert, ook als je weer geen vrolijke verhalen te vertellen hebt. En je verwacht het niet, maar er wordt ook veel gelachen. We herkennen veel in elkaars verhalen en dat kan soms ook heel grappig zijn.’
Hoe ga ik het gesprek aan met een vriend, kennis of familielid van wie ik denk dat hij/zij depressief is?
‘Probeer hem niet te forceren over dit onderwerp te praten, want depressieve mensen houden er meestal niet van om in het middelpunt van de belangstelling te staan. Ook vinden ze het vaak lastig om beslag te leggen op jouw tijd met hun negativiteit. Benadruk wel dat hij altijd met je mag komen praten en neem dan ook de tijd om te luisteren en door te vragen. Laat hem weten dat het oké is om erover te praten. Zolang als het duurt.’
Kun je jouw depressie omschrijven?
‘Het enige woord dat me te binnen schiet, is ‘donker’. Donker als de nacht omdat er voor mijn gevoel geen weg terug was naar het licht. Dingen die andere mensen vrolijk maken, maakten mij juist extra verdrietig en dat maakte alles zwarter dat het zwartste zwart dat ik me kon voorstellen.’
Hoe bedoel je dat?
‘Zonlicht maakte me bijvoorbeeld sacherijnig, want dat betekende dat mensen leuke dingen met elkaar gingen doen. Vrienden stuurden appjes dat ik ‘gezellig’ mee moest gaan naar het park, het terras of het strand. Maar ik kon het niet, ik had absoluut geen behoefte om gezellig te doen. Ik heb me een keer laten overhalen. Het was verschrikkelijk. Ik was vreselijk onzeker omdat ik niet wist met wie ik zou gaan en of ze me wel leuk zouden vinden. Elke keer dat ik daarna de zon zag schijnen en m’n telefoon hoorde piepen, raakte ik in paniek.
‘Dus bleef ik binnen en reageerde niet op de berichten. Maar ik keek wel steeds of er nog nieuwe berichten waren. Hier werd ik natuurlijk ook niet blijer van. Ieder uurtje dat ik niet naar school ging of meedeed aan sociale activiteiten werd ik verdrietiger. Ik kon er ontzettend over piekeren en het legde me lam.’
Hoe ging het studeren in die tijd?
‘Studeren was moeilijk voor me. Op Zadkine heb ik horeca gedaan, daarna toerisme en daarna ben ik aan een opleiding tot docent Nederlandse Gebarentaal aan de Hogeschool Utrecht begonnen. Regelmatig dacht ik: “Ik ben hier klaar mee, waarom zou ik het nog doen? Het leven is niets waard. Je wordt geboren, gaat naar school, gaat werken om een gezin te onderhouden en dan ga je dood.” Dat was het beeld dat ik toen van het leven had, ik kon me niet voorstellen dat het ook leuk zou kunnen zijn. Er was geen ruimte in mijn hoofd om aan plezier te denken. Tijdens m’n laatste opleiding begon ik al te huilen als ik m’n huiswerk zag. Ik heb echt diep gezeten.’
‘Ik heb overwogen er een einde aan te maken, maar zette niet door omdat ik bang was te falen.’
‘Ik dacht altijd dat mensen heel hoge verwachtingen van me hadden. Verwachtingen die ik niet kon waarmaken. En dat weerhield me overal van: school, werk, noem het maar. Ik trok me liever terug dan dat ik tegen een muur zou aanlopen en op een gegeven moment durfde ik daadwerkelijk geen stap meer te zetten uit angst te falen. Toen heb ik wel overwogen er een einde aan te maken. Maar ook dat heb ik niet doorgezet, ik was bang dat het zou mislukken en dat mensen zouden weten van m’n falen.’
Waarom ben je niet aan de medicatie gegaan?
‘In 2012 ben ik in therapie gegaan en toen heb ik heb Lexapro (een antidepressivum, red.) geslikt. Dat was een fijne ervaring omdat ik me voor het eerst lekker in m’n vel voelde. Ook stopte het ‘oneindige denken’. Op een gegeven moment werd ik verliefd. Ik voelde me toen zo goed dat ik dacht de medicatie niet meer nodig te hebben. Toen dat uitging, ben ik ook weer medicatie gaan slikken. Ik kreeg op een gegeven moment Prozac voorgeschreven, maar daar werd ik suïcidaal van. Er zat een vlak, droog stemmetje in mijn hoofd dat maar door bleef zeuren, me aanmoedigde om er een einde aan te maken. Als ik wakker werd, begon het. Ik hoorde: “Ga maar naar het dak dan. Spring maar. Doe het dan.” Een bekende maar lastige bijwerking, zeker voor mensen met een depressie. Daar ben ik dus vrij snel mee gestopt.’
‘Ik heb m’n depressie kapot geredeneerd.’
Heeft die therapie geholpen?
‘Ja, het was fijn omdat ik over mijn depressie kon praten, maar op een gegeven moment werkte het niet meer. Ik moest na die sessies door met m’n leven en toen ben ik zelf aan m’n problemen gaan werken. Ik heb m’n depressie kapot geredeneerd. Als ik eens in een angstige periode zat en niet naar school, werk of vrienden wilde gaan, vroeg ik mezelf: “Gisteren was je niet bang om te gaan, waarom vandaag wel?” En dan bleek daar vaak geen goede reden voor te zijn en ging ik gewoon alsnog. Ik bleef mijn gevoelens toetsen aan de werkelijkheid en zo was ik eigenlijk bij mezelf in gedragstherapie. Het hielp!’
Ben je nu niet meer depressief?
‘Ik ben negen jaar depressief geweest maar sinds het voorjaar van 2014 kan ik eindelijk zeggen dat het weer goed met me gaat. Ik heb nog wel donkere dagen, maar die zijn hoogstens hinderlijk. Ik blijf thuis, leg m’n telefoon weg, ga tv-kijken en bestel eten. De dag daarna voel ik me weer beter.
En nu jij je beter voelt, ben je dus gespreksleider bij verschillende praatgroepen voor depressieve mensen, waaronder de StuDent-groep op de Hogeschool Rotterdam. Hoe zijn die bijeenkomsten?
‘Vanuit het Powerplatform organiseer ik samen met medestudent Bibi van Atten sinds oktober StuDent. De deelnemers mogen actief meedoen of alleen luisteren, dat staat vrij. De eerste bijeenkomst was veel drukker dan verwacht. We hadden op acht deelnemers gerekend, maar er kwamen er veertien. De oproep op Hint, de doorverwijzingen van de decanen en studiecoördinatoren en de aandacht vanuit het Powerplatform zorgden voor deze drukte. Meer drukte dan we aankunnen. We leiden nu twee groepen en er is een wachtlijst voor als we meer groepen opstarten. Op den duur willen we op iedere locatie een eigen praatgroep. Ondertussen werken Bibi en ik met Handicap + Studie en de Depressie Vereniging aan een plan om dit soort praatgroepen op zo veel mogelijk hogescholen en universiteiten op te zetten.’
Tekst: Tosca Sel
Fotografie: Wouter le Duc
Wat is een depressie?
Ongeveer twintig procent van de Nederlanders krijgt in zijn leven met depressie te maken. De helft van deze mensen herstelt binnen drie maanden, vijftien tot twintig procent ontwikkelt een chronische depressie die meer dan twintig jaar kan duren. Een depressie wordt vaak gezien als een neerslachtige periode of een dip, maar het is veel ingrijpender dan dat. Een depressie is een ernstige ziekte die onbehandeld tot langdurig verlies in kwaliteit van leven kan leiden.
Hoe herken je een depressie?
Als vijf of meer van onderstaande symptomen (waarvan in ieder geval 1 en/of 2) in een periode van twee weken bijna dagelijks aanwezig zijn:
- Depressieve stemming gedurende het grootste deel van de dag.
- Duidelijke vermindering van interesse of plezier in alle of bijna alle activiteiten gedurende het grootste deel van de dag.
- Duidelijke gewichtsvermindering zonder dieet, of gewichtstoename of afgenomen of toegenomen eetlust.
- Insomnia (slapeloosheid) of hypersomnia (extreem veel slapen).
- Psychomotorische agitatie (opwinding) of remming.
- Moeheid of verlies van energie.
- Gevoelens van waardeloosheid of buitensporige of onterechte schuldgevoelens.
- Verminderd vermogen tot nadenken of concentratie of besluiteloosheid.
- Terugkerende gedachten aan de dood, terugkerende suïcidegedachten of een (specifiek plan voor een) suïcidepoging.
Zie voor de volledige criteria de DSM-IV-TR art. 296.xx
Bron: GGZ Nederland (Factsheet juni 2013)
Waardevol!
Depressie maakt geen onderscheid tussen mensen. Het kan werkelijk iedereen treffen. Ik vind het moedig van deze student om hier een praatgroep voor te organiseren. het lijstje van de indicaties dat kan verwijzen naar een depressie is toch wel voor iedereen relevant. Zowel voor de mensen met een depressie en mensen die dat willen herkennen. Vind ik een praktische initiatief.
<3
Ga zo door en moedig van je om dit te delen. Het is een stukje kwetsbaarheid en daar heb ik ontzettend veel respect voor. Je helpt hier ongetwijfeld veel studenten mee. Succes met je studie!
Zag ‘t net op TV; moedig ervoor uit te komen. Sterkte voor nu en in je/jullie toekomst!
Allemaal bedankt voor de reacties!
Super trots ben ik op je ook al ken ik je niet maar herken mezelf wel in dit en soms denk ik als ik al mijn ervaringen en kennis zou delen dan zou ik heel wat.mensen kunnen steunen maar heb er gewoon weg de kracht niet voor.top
Held!!!