Wat heb je gemaakt?
‘Ik ben afgestudeerd met een website waarop ik laat zien hoe het asielzoekerssysteem in elkaar zit. Dat heb ik onderzocht, en ik wilde laten zien waar ze verblijven. Als het over asielzoekers gaat, gaat het meestal over de mensen zelf en over hun vluchtverhaal. Dat is ook belangrijk maar ik wilde het systeem laten zien. Dus bijvoorbeeld hoe de politiek werkt en welke opvanglocaties er zijn. En daar heb ik dan foto’s van gemaakt.’

Hoe kwam je erop om dit te gaan doen?
‘Ik lees veel kranten en tijdschriften en las in september heel veel over de bed-bad-broodkwestie en minister Teeven. Daar begreep ik niks van, terwijl ik het wel wilde weten. Mijn onderzoek, dat best veel tijd kostte, heb ik vertaald naar een website.’

Wat is je opgevallen tijdens het onderzoek, en het fotograferen?
‘Dat er bijvoorbeeld drie soorten opvangcentra zijn. Ook wist ik niet dat er opvangcentra zijn in gevangenissen. Dat vond ik wel choquerend. Daar mocht ik ook eigenlijk geen foto’s maken, iets wat ik stiekem toch gedaan heb. De asielzoekers mogen overigens wel 24 uur in- en uitlopen. Wat verder opvalt, is dat de centra niet echt in een stad of dorp staan. Er is vaak geen openbaar vervoer, dus zijn de asielzoekers toch wat afgesloten van de maatschappij. Terwijl ze ook graag willen werken, maar dat niet mogen.’

Wat vind je van het asielbeleid?
‘Ik vind dat het beleid is ingesteld op het terugsturen van mensen. Mijn site heet daarom Retour Afzender. Ik snap dat je als overheid keuzes moet maken, maar het beleid komt mij wel heel onmenselijk over. Als je uitgeprocedeerd bent, kun je in beroep gaan. Maar, als je op mijn site op ‘Ga in beroep’ klikt, kom je weer bij het begin van de site. Zo werkt het volgens mij. Verder is het trouwens niet belangrijk wat ik ervan vind, mijn site is er om het systeem uit te leggen.’

Ga je na je afstuderen nog verder met dit onderwerp, met deze site?
‘Bij nieuwe ontwikkelingen wil ik de site updaten. En bij de master photography die ik in Breda ga volgen, ga ik misschien verder met het onderwerp.’

Jos van Nierop