‘Leraren kunnen meer met toetscijfers dan ze denken’
Gepubliceerd: 22 January 2016 • Leestijd: 2 minuten en 58 seconden • Nieuws Dit artikel is meer dan een jaar oud.Basisschoolleerkrachten verdrinken in data. De Cito-toets, methodetoetsen, tempotoetsen: overal komen resultaten uit. ‘Leerkrachten kunnen meer met deze informatie dan ze denken’, zegt docent Bas Oprins die er een boek over schreef.
Oprins is pabodocent op de HR en schreef met drie collega’s het boek ‘Haal meer uit je toetsgegevens – van resultaten naar groepsplan’ dat nu op de pabo wordt gebruikt. Het blijkt voor leerkrachten vaak onduidelijk wat ze uit toetsresultaten kunnen halen. Terwijl het analyseren van deze cijfers belangrijk is om tot beter onderwijs te komen. Ook HR-docenten kunnen er mogelijk iets van opsteken.
Waar lopen leerkrachten uit het basisonderwijs precies tegenaan?
‘Zij weten vaak niet precies wat de resultaten uit toetsen kunnen betekenen. Zij kampen met vragen als: welke toetsen zijn nou echt relevant en welke niet? Wat doe ik met al die toetsgegevens? Hoe lees ik die? Wat betekent een A-score en wat betekent een B-score? De resultaten van de Cito-toets zeggen bijvoorbeeld andere dingen dan de resultaten van een rekenmethodetoets. Je moet de gegevens ook niet per kind willen bekijken: als je alle toetsen van een klas van dertig gaat analyseren, ben je veel tijd kwijt. Het is al druk genoeg op een basisschool.’
Jullie hebben er onderzoek naar gedaan. Wat voor onderzoek?
‘Wij hebben trainingen ontworpen voor leerkrachten om opbrengstgerichter te werken, dus dat toetsgegevens worden gebruikt om tot betere resultaten van kinderen te komen. Het gaat daarbij om het verbeteren van jouw vaardigheden als leraar. Daarvoor hebben we anderhalf jaar lang leerkrachten op zes verschillende scholen gevolgd. Met vragenlijsten en interviews hebben we onderzocht wat de leerlijnen en doelen van de leerkrachten zijn. We hebben gekeken naar hun datageletterdheid en ze onder andere geleerd hoe ze een groepsplan moeten schrijven. Een groepsplan is door de onderwijsinspectie verplicht gesteld. In zo’n plan vertellen leerkrachten hoe ze het onderwijs de komende periode gaan vormgeven per groep kinderen. Nu komt het voor dat docenten maar wat opschrijven en dan verdwijnt het in een la.’
Zien uw studenten van de pabo deze problematiek ook op hun stage op de basisschool?
‘Jazeker. In het derde jaar moeten pabostudenten een groepsplan schrijven voor hun stageklas. Daarbij moeten ze ook kijken naar de plannen die er al in klassen liggen. Dat blijken soms kleine stukjes papier te zijn waarop vaag iets geschreven staat. Studenten geven dit bij ons aan. Het is dus ook de bedoeling dat zij de kennis die ze uit ons boek opdoen, weer overbrengen op de leerkrachten bij wie ze stagelopen.’
Allemaal leuk en aardig, maar wordt er hier door docenten van de Hogeschool Rotterdam wel opbrengstgericht gewerkt?
‘Wij? Goede vraag. Nee, ik denk niet genoeg. Dat is cultuur en gewoonte. Op de basisschool heb je verschillende toetsmomenten. Hier heb je aan het eind een toets. Punt. Er wordt niet gekeken naar welke onderdelen goed of slecht worden gemaakt. Ik zou wel willen dat dat gebeurde. Zo kun je wat meer inzicht krijgen in de individuele leerresultaten. Op het hbo zijn we niet heel intensief met de toetsanalyse per klas bezig. Maar het kan wel.’
Hoe zie je dat voor je?
‘Wij zouden bijvoorbeeld kunnen gaan kijken welke onderdelen van een toets slecht gemaakt worden. Dan kunnen we onze lessen voor de volgende klas daarop aanpassen. We kunnen ook onderzoeken in hoeverre er bij de studenten al sprake is van voorkennis, om beter in te kunnen spelen op wat ze al weten. Of formatief toetsen: hoeveel hebben de studenten halverwege het blok al opgestoken?’
Waarom gebeurt dit dan niet?
‘Ik denk dat alle docenten wel in staat zijn om daar een draai aan te geven, maar daar heeft tot nu toe niet de prioriteit gelegen. Er is ook niet zo veel tijd voor. Al kan ik natuurlijk niet voor al mijn collega’s spreken.’
Eenzelfde soort boek schrijven voor je collega’s van het hbo zit er dus niet in?
‘Dat zie ik eerlijk gezegd niet zo zitten. Ik weet niet of het een manier van werken is die aansluit bij docenten van het hbo. Ik vind het wel belangrijk dat we het op studiedagen over opbrengstgericht werken hebben. Ik weet het, het is geen sexy onderwerp, maar het speelt.’
Saskia Stavenuiter
Er is binnen de Hogeschool software (Contest) beschikbaar waarmee het mogelijk is toetsresultaten van multiple choice toetsen te analyseren.