Stage in het magazijn van een grijparmenfabriek
Gepubliceerd: 4 October 2016 • Leestijd: 2 minuten en 7 seconden • Overig Dit artikel is meer dan een jaar oud.Ken je die grijparmen waarmee zeecontainers worden verplaatst? Ze heten spreaders en worden gemaakt in Krimpen aan de Lek, door Stinis. Tim Duijm, derdejaars logistics engineering, loopt er stage.
Bij Stinis worden de spreaders gefabriceerd en klaargemaakt voor verzending. Ook verkoopt het bedrijf losse onderdelen aan klanten die zich over de hele wereld bevinden. Het ontvangen en leveren van goederen en de opslag in het magazijn vormen een logistiek proces dat efficiënter kan. Dat weten ze bij het bedrijf, en daarom is Tim gevraagd te onderzoeken hoe het toekomstige nieuwe logistieke centrum in het bedrijf ingericht moet worden.
Niet in één hal
Tim: ‘Het probleem is dat er op heel veel verschillende plekken voorraad wordt aangehouden. Het ligt dus niet in één hal, maar ook in twee panden hier tweehonderd meter verderop.’
Het onderzoek van Tim bestaat uit tal van deelvragen, bijvoorbeeld over het vereiste vloeroppervlak van het magazijn. Tim: ‘Ook bespreek ik in mijn onderzoek hoe flexibel inzetbaar de magazijnmedewerkers zijn. En of er in de nieuwe situatie meer of juist minder personeel nodig is.’
Werken in het magazijn
Om het bedrijf en het logistieke systeem goed te leren kennen, draait Tim dertig procent van zijn tijd mee in het magazijn. ‘Dan krijg je bijvoorbeeld een lijst waarop de producten staan die uit het magazijn gehaald moeten worden om te worden ingepakt en verstuurd. Daardoor ervaar ik zelf dat niet alles even logisch is ingedeeld. Er zijn soms best grote loopafstanden.’
Maar hoe los je dat in een nieuw logistiek centrum op? Met één grote hal, luidt het logische antwoord dat ook Tim geeft. ‘En je moet ook aan een logische rij-indeling denken. In het huidige magazijn is zo’n rij gesplitst, waardoor je dus heel vaak extra meters aflegt. De focus in mijn onderzoek ligt op waar de magazijnstellingen in de hal komen te staan en welke stellingen er moeten komen. Ook de manier waarop kabels liggen opgeslagen, kan beter. Die liggen nu in de stellingen terwijl het makkelijker werkt als je ze ophangt, aan rollen.’
Als een schoolproject
De stage ligt echt in het verlengde van zijn opleiding logistics engineering (die niet zo lang geleden nog logistiek & technische vervoerskunde heette), ervaart Tim. ‘We hebben op school projecten die vergelijkbaar zijn. Ik vind het grappig dat je logistieke methodes waarover je op school hebt geleerd hier terugziet. Wel sluiten sommige methodes niet meer helemaal aan op de praktijk.’
Stinis is een familiebedrijf (de eigenaar woont naast het bedrijf en een groot aantal familieleden is er werkzaam) met zo’n honderd medewerkers en, ervaart Tim, een gemoedelijke sfeer. ‘In het magazijn wordt er bijvoorbeeld veel met elkaar gelachen en op kantoor doen ze er veel aan om jou als stagiair goed te begeleiden. Mijn collega’s willen en kunnen mij echt helpen als ik een vraag heb.’
Zelfstandig onderzoek
De combinatie van werken in het magazijn en op het kantoor, bevalt Tim erg goed. ‘Als ik ’s ochtends in het magazijn heb gewerkt, ben ik ’s middags achter mijn computer veel productiever.’ Anders dan op de hogeschool doet Tim zijn project bij Stinis niet met andere studenten. Tim: ‘Ik sta er echt alleen voor, en leer om zelfstandig onderzoek te doen.’
Jos van Nierop
Tim, jongen, pas op! Je bent net begonnen met je stage en hebt nu al je antwoord klaar liggen! Dat is erg gevaarlijk, omdat je door deze tunnelvisie mogelijke andere (betere) oplossingen over het hoofd ziet. Ook is het nogal een ingrijpende verandering, een heel nieuw magazijn bouwen. Hoewel ik best geloof dat het een goed advies is, denk ik niet dat een bedrijf zo’n grote investering doet op basis van het advies van een stagiair.
Je stelt dat het probleem is dat er nu twee halen zijn in plaats van één. Hoewel dit ongetwijfeld is hoe het personeel het ervaart, is het niet de kern van het probleem. Want waarom is het niet mogelijk om het met twee hallen te doen? Ik kan me voorstellen dat er bijvoorbeeld teveel heen er weer moet worden gereden, maar in dat geval is het probleem niet dat er twee halen zijn, maar dat een product naar beide hallen moet gaan voor de productie. Dan zou een mogelijke oplossing zijn om de productieprocessen zo in te delen dat die zoveel mogelijk in één hal plaatsvinden. Dit is gemakkelijker te implementeren dan een miljoeneninvestering voor een nieuwe hal.
Wat ik in jouw geval zou doen is focussen op kleinere veranderingen. Deze kan je vervolgens heel gedetailleerd uitwerken waardoor de (verwachte) resultaten van je advies heel duidelijk zijn, denk hierbij aan een percentuele verbeteringen. Dat gedetailleerd uitwerken van de resultaten van je advies wordt nog wel eens over het hoofd gezien door stagiairs, maar dit is erg belangrijk. Dit zal de basis vormen voor het bedrijf om jouw advies wel of niet op te volgen en het is natuurlijk hartstikke leuk om te zien dat jouw advies ook daadwerkelijk wordt geïmplementeerd!
Veel succes!
Karel