Wat doen jullie hier?

Nard: ‘We hebben zo een toets, een digitale economietoets.’

Waar gaat het over?

Nard: ‘Applied economics. Over healthcare, maar ik weet het niet precies want ik heb het niet goed geleerd.’

Waarom niet?

Nard: ‘Hij telt maar voor 5 procent mee. Ik heb lekker in het zonnetje gezeten en had geen zin om te studeren.’
Maxime: ‘En het is een toets die je op algemene kennis ook wel kan halen.’

Of kunnen jullie het hebben, een slecht cijfer?

Maxime: ‘We krijgen vier van die toetsen, en wat Nard al zei: hij telt maar voor 5 procent mee.’

Net ging het bij jullie over Barcelona…

Nard: ‘Ja. Ik ga vanaf september stage lopen in Barcelona of in Stockholm, daar ben ik nog niet uit. Ik kreeg die twee plaatsen voorgeschoteld van Farmfrites, het bedrijf waar ik stage ga lopen. Ze hebben twee grote kantoren in het buitenland.’

Maar wordt het Stockholm of Barcelona?

Nard: ‘Ik vind het allebei goed. De kantoren zijn ongeveer hetzelfde. Het leven in Stockholm is wel duurder maar je krijgt daar wel betere vergoeding, bijna het dubbele. Ik denk dat het toch Barcelona wordt. Daar heb je lekker weer en strand.’

En Maxime, ga je ook op stage?

Maxime: ‘Ja naar Tbilisi in Georgië.’

Da’s niet alledaags…

Maxime: ‘Ik ben er al twee keer geweest. De broer van een goeie maat van me is daar getrouwd met een Georgische. De cultuur is er deels Russisch en deels westers. Ik ga er stage lopen bij een consultancybedrijf dat veel samenwerkt met de Nederlandse ambassade. Het zal dus een mix van politiek en economie worden.’

Wat ga je er precies doen?

Maxime: ‘Ik zal een project toegewezen krijgen. Iets met ziekenhuizen of iets agrarisch, het kan van alles zijn. Ik kom er wel achter als ik in Georgië ben, in september.’

Jos van Nierop