Column Bart Siebelink: ‘Nooit zonder werk’
Gepubliceerd: 3 April 2017 • Leestijd: 2 minuten en 13 seconden • Bart Siebelink Dit artikel is meer dan een jaar oud.Iedereen kent er wel een paar, van die mensen die overal stellige meningen over hebben, deze niet onder stoelen of banken steken en – nu komt het – ook nog eens heel vaak gelijk hebben. Gewoon omdat ze het scherp zien.
Zo ook mijn beste middelbareschoolvriend Hans: vijftig jaar, kale knikker, tikkeltje gezet van postuur, gezellig Brabants dialect en na een vlot doorlopen studie werktuigbouwkunde aan de TU in Eindhoven directeur van enkele goedlopende fabrieken die zijn vader na de oorlog is begonnen. Hans’ vader, een geboren ondernemer die ook vol zat met levenswijsheden die aan tafel na de maaltijd royaal werden uitgedragen. Je kon urenlang naar hem luisteren en hoe je het ook probeerde, er viel geen speld tussen te krijgen.
Nou, met die Hans dus had ik onlangs weer eens afgesproken in Rotterdam en het leek me leuk om hem rond te leiden door de Willem de Kooning Academie. Dat is bepaald geen straf, want het fraaie oude gebouw aan de Blaak geeft mij als insider na meer dan tien jaar nog altijd het gevoel dat het een voorrecht is het te mogen betreden.
Als eerste togen we naar de drukwerkplaats (publication station voor intimi) waar we wat studenten druk bezig zagen met zeefdrukken op textiel. Hans wilde natuurlijk alles weten van de techniek en de studenten hadden er zichtbaar lol in hem dat geduldig uit te leggen. Zo ging het ook in de studio (sound & vision station) waar een student bezig was aan een clip bij een door hemzelf geschreven song, terwijl een klasgenote hem interviewde in het kader van een alternatief gossipmagazine dat ze aan het maken was. In het interaction station lukte het ons niet om met de studenten aan de praat te raken, omdat ze te geconcentreerd bezig waren met de 3D-printer. En na een biertje in de Willem (jawel, ons eigen companyrestaurant), viel Hans’ oog op de piano in de hal waarop hij nog even wat rake riffs weggaf (want, ja, dat kan ie ook al). Hij verliet de academie met een: ‘Goh, ge krijgt helemaal energie van al die jonge mensen die zo vol passie bezig zijn.’
‘Ge krijgt helemaal energie van al die jonge mensen die zo vol passie bezig zijn.’
Later die avond praatten we bij zoals dat gaat tussen oude vrienden die elkaar slechts af en toe zien. En als vanouds zat Hans tijdens het natafelen weer goed op zijn praatstoel. Altijd boeiend om naar te luisteren, want heel vaak hoor je inzichten waar je graag zelf op was gekomen. Over de politiek, over zakendoen, over de economie, over de toekomst en over de mentaliteit van de mensen in het algemeen. Een van zijn ergernissen: ‘Al die pretstudies. Het is kennelijk hip om maar iets mediagenieks en ijdels te doen, ook als je helemaal geen talent hebt. Waarom ik me daaraan erger, is omdat we in Nederland geen uitvoerende technici meer opleiden. Zie maar eens goede lassers te vinden. Die halen we tegenwoordig uit het buitenland. En maar klagen over de immigratie. Dat gaat toch allemaal niet goed, Bart?’
Ik was even blijven steken bij het woord ‘pretstudies’ en vroeg hem of hij daarmee soms ook de academie bedoelde. En hij sprak de woorden: ‘De studenten die we gezien hebben, die kúnnen echt wat. En daar gaan ze na vijven nog mee door. Let maar op, die zullen nooit zonder werk zitten!’
Dit is een docenten-wisselcolumn.Bart Siebelink is docent Text aan de Willem de Kooning Academie.
Hij deelt deze column met Bart Bijl (lerarenopleiding Nederlands).
leuk verhaal, leuk geschreven
Hans goed gezien onze studenten hebben inderdaad veel potenties, ge hebt uw bril goed gepoetst.