Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
9 januari 2025

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

Het panel: Mag je studenten een genadezesje geven?

Gepubliceerd: 7 November 2017 • Leestijd: 3 minuten en 30 seconden • Nieuws Dit artikel is meer dan een jaar oud.

Net onvoldoende, maar de student heeft echt een voldoende verdiend. Of nemen zesjesstudenten met hun minimale inspanning het risico op een krappe onvoldoende voor lief? Met andere woorden: mogen docenten van een 5,4 een 5,5 maken? Het panel over genadezesjes.

Logo van Het Panel, door Demian Janssen

Yamina – ‘De student had een 10 kunnen halen’

Docent accountancy (Instituut voor Financieel Management)

‘Studenten nemen een gok: minimale inspanning met maximaal risico.’

‘Ik vind niet dat studenten een genadezesje mogen krijgen. Als je een student die zich minimaal inspant een 5,5 geeft in plaats van een 5,4, doet die de volgende keer precies hetzelfde: zich minimaal inspannen. Die student krijgt het moeilijk als hij steeds complexere opdrachten zelfstandig moet uitvoeren. Zo vragen we ons een heel enkele keer weleens bij een vierdejaars af hoe hij zo ver heeft kunnen komen. Hadden we niet eerder strenger moeten zijn?

‘Bij de landelijke accountancytoets laten we alle resultaten tussen de 5,3 en 5,7 door een tweede docent beoordelen. Maar dat cijfer kan dus ook omlaag gaan na deze second opinion. Om dat te bepalen hebben we gewoon een normering afgesproken en daar moet je je aan houden.

‘Een 5,4 uitdelen is hard. Misschien beheersen de studenten de stof, maar dan hadden ze het gewoon moeten opschrijven. Ik denk dan ook: ze hadden voor de toets een tien kunnen halen. Alle punten daaronder laat je liggen. Heel veel studenten mikken op een 5,5 en nemen dus een gok: met hun minimale inspanning nemen ze een maximaal risico. Deze studenten verdienen geen genadezesje.’

Ralf Hillebrand: ‘Goede student niet straffen met een vijf’

Docent digitale didactiek (Instituut voor Lerarenopleidingen)

‘Je kunt alleen een genadezesje geven als je de student goed kent.’

‘Ik heb in uitzonderlijke gevallen genadezesjes uitgedeeld. Niet vaak. Ik kan me, van de veertien jaar die ik tot voor kort in het mbo werkte, zes gevallen herinneren. Dat waren altijd studenten die de opleiding verder goed hadden doorlopen en prima functioneerden in het werkveld. Alleen haalden ze mijn vak steeds niet. Moet je dan op een paar tienden geen diploma geven? Kijk, als een student een twee haalt: duidelijk. Maar een 5,3 en dan na vier jaar afscheid nemen? Dat zou ik heel onrechtvaardig vinden.

‘Het verschil tussen mbo en hbo is dat ik op het roc de student goed kende. Ik had een overzicht van de totale student en dat mis ik hier nog. Je kunt alleen genadezesjes uitdelen als je ook weet hoe de student het in andere vakken doet. Je praat erover met mededocenten, je kijkt in het systeem naar de andere cijfers of naar de aanwezigheidslijsten en je ziet hoe betrokken een student in de klas is. Ik heb het gevoel dat we in het hbo onze studenten niet echt kennen, maar dat is wel een vereiste voor een genadezes.’

 

Jan Arndts, docent anesthesie (Instituut voor Gezondheidszorg):

‘Een patiënt verdient geen hulpverlener die uit medelijden een zesje heeft gekregen.’

 

Sandra Hekkelman: ‘Met genadezesje doe je iedereen tekort’

Docent en coach bij het Instituut voor Communicatie, Media en Informatietechnologie

Sandra Hekkelman door Demian Janssen‘Zorg liever voor een goede beoordeling, afgestemd met collega’s’

‘Genadezesjes? Nooit doen! Je doet jezelf als examinator tekort, maar ook de kwaliteit van de opleiding, de studenten en de waarde van het getuigschrift. Je zou denken dat een keer een genadezesje geven niet erg is. Scheelt ook veel gedoe met de examencommissie. Maar wat als het bij meerdere cursussen gebeurt? En als docenten dat niet met elkaar delen? Dan rolt de student door de studie heen, maar dan zal hij of zij vaker struikelen naarmate de opleiding vordert. Is dat eerlijk naar de student? En naar de opleiding? En naar de andere studenten? Wat betekent dat uiteindelijk voor de waarde van het diploma van alle studenten?

‘Zorg daarom liever voor een goede beoordelingssystematiek en stem die af met collega’s van hetzelfde cursusonderdeel en elders binnen de opleiding. Dan krijg je een zuiver oordeel waaraan je niet twijfelt en dan zijn je cijfers gerechtvaardigd. Dit is heel moeilijk, maar een beoordeling moet goed onderbouwd worden, zodat de student weet waar hij aan toe is en waar hij zich nog in kan ontwikkelen.’

Mirjam Braams: ‘Vooroordelen bij hoge uitzondering meewegen’

Eerstejaarsstudent social work (Instituut voor Sociale Opleidingen)

‘Er moet nu eenmaal ergens een grens getrokken worden.’

‘Stel dat je goede verslagen inlevert, je bent betrokken en je hebt om allerlei redenen je dag niet op het tentamen. Zeker als het tentamen je laatste kans is, dan zou ik een genadezesje terecht vinden. Maar als je je best niet doet en denkt met wat slijmen je cijfer naar een voldoende te kunnen ophogen, nee, dan zeker niet.

‘Je moet niet te veel genadezesjes uitdelen, want het is nogal lullig voor de andere studenten die wel een onvoldoende krijgen. En het goede van papieren toetsen is dat de vooroordelen van docenten geen rol spelen. Het moet objectief zijn. Misschien is de grens tussen 5,5 en 5,4 niet te rechtvaardigen, maar er moet nu eenmaal ergens een grens getrokken worden.

‘Mijn moeder is toevallig leraar en zij bespreekt op school de resultaten van leerlingen met haar collega’s. Ik zou het wel goed vinden als docenten dat hier ook zouden doen. Als er dan een keer bij hoge uitzondering iemand in aanmerking komt voor een genadezesje, dan wegen niet alleen de persoonlijke sympathieën van één docent mee, maar ook de ervaringen van collega’s.’

Tekst: Olmo Linthorst
Illustraties:
Demian Janssen

Recente artikelen

Recente reacties

Reacties

Laat een reactie achter

3 Responses to Het panel: Mag je studenten een genadezesje geven?

  1. De dochter van een oud collega van ons was op 1/10 punt gezakt voor haar middelbare school diploma.
    Onze collega bekend met validiteit etc. van tentamens vocht dit aan en won de zaak: dochter geslaagd. Hij kon aantonen dat het vaststellen van het resultaat van tentamens niet op 1/10 punt mogelijk is: er is een spreiding/variantie van 1 punt.

  2. Ik kan me vinden in de opvatting van Ralf Hillebrand in het artikel. Natuurlijk moet je een grens stellen bij een toets, maar tegelijkertijd is zo’n toets maar één meetpunt in een hele reeks meetpunten. Als je dan op een gegeven moment voor de situatie staat dat een student bijna klaar is met de opleiding, maar na herkansing op een 5,4 blijft steken voor één onderdeel(tje), dan moet je je af durven vragen als docent of die ene onvoldoende inderdaad betekent dat de student geen goede beroepsbeoefenaar kan worden. Dat is me nogal een oordeel. In dat geval zou ik het, zoals Ralf, holistisch bekijken.

    Verder vind ik de reactie van Ron Heekelaar herkenbaar. In iedere toets zit immers een meetfout. Dus een 5,4 ziet er wel heel precies uit, maar het zegt niet met 100% zekerheid iets over de ware score van de student. Er zit immers altijd onzekerheid in de scores van een toets. Een toets is geen precies meetinstrument, zoals een weegschaal. We komen hiermee in het begrippenkader van de psychometrie terecht. Klinkt eng, maar valt best mee. Als ik student was, dan zou ik altijd bij de docent informeren naar de gehanteerde cesuur. De docent moet die kunnen verantwoorden. En als een toets (eerste kans) door bijvoorbeeld 100 studenten is gemaakt, dan zou ik als student ook willen weten of er iemand is met het cijfer 10. Zo niet, dan was de toets wellicht te moeilijk en zou de cesuur aangepast kunnen worden.

  3. Ongeveer 15 jaar geleden een zeer gezien koppel bij verschillende instituten: Jos de Kleijn en Pieter Mosterd, stelden:

    Er zijn voor zowel het groepsproduct als het individuele verslag 3 cijfers beschikbaar:

    een cijfer 2: het product is onvoldoende en voldoet op geen enkele wijze aan datgene wat de opdrachtgever verwacht.
    een cijfer 4: het product is nog niet af, maar er zit een goede mogelijkheid in om het op een acceptabel niveau te krijgen. Er worden aanvullende reparatieopdrachten gegeven.
    een cijfer 6: het project is voldoende gemaakt. De projectbegeleider heeft de mogelijkheid om extra punten te geven voor zaken die de projectgroep bijzonder goed gedaan heeft.

    http://www.josdekleijn.nl/mbo.htm
    bovenstaand uit: Download toetsbeleid en beoordelingscriteria voor alle docenten

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Aanbevolen door de redactie

Back to Top