Zelfplagiaat: trap er niet in
Gepubliceerd: 15 January 2018 • Leestijd: 3 minuten en 25 seconden • Nieuws Dit artikel is meer dan een jaar oud.Dit is best een taai stukje, maar lees het toch even. Het is handig om te weten wat zelfplagiaat is en hoe je het kunt voorkomen, want als je in de fout gaat, zijn de rapen gaar. Voor zelfplagiaat kun je op de HR namelijk even hoge straffen krijgen als voor het overnemen van teksten van derden.
Ruim een jaar geleden leverde een groep EAS-studenten het werkstuk ‘De infuuspomp’ in. Een van hen had in zijn bijdrage geput uit eerder ingeleverd werk. Zónder bronverwijzing, maar plagiaatscanner Ephorus herkende de tekstfragmenten. Niet alleen de student hing, ook zijn groepsgenoten kregen een sanctie opgelegd door de examencommissie.
De student had zich schuldig gemaakt aan wat in de volksmond ‘zelfplagiaat’ wordt genoemd, maar ‘incorrecte zelfcitatie’ is waarschijnlijk een betere term. Dat is een complexe vorm van fraude die pas sinds 2014 in de Hogeschoolgids van de HR is opgenomen.
Gij zult uw eigen werk niet hergebruiken.
De zaak van VU-hoogleraar Peter Nijkamp bracht de bal in datzelfde jaar aan het rollen. Volgens een onderzoek van NRC Handelsblad zouden in verschillende publicaties van zijn hand dezelfde zinnen en alinea’s voorkomen, zonder bronvermelding. Dit leidde tot ophef en een aanpassing van de gedragscode wetenschapsbeoefening van universiteitenvereniging VSNU en van onderwijs- en examenregelingen (OER) van hogescholen.
Waarom mag dat eigenlijk niet: eigen werk hergebruiken. Hoe kun je nou van jezelf stelen? HR-jurist Digna Trimpe legt het uit: ‘Het mag niet, omdat het de bedoeling is dat je per vak nieuwe kennis opdoet. Als je oude kennis hergebruikt zonder bronvermelding, kunnen we niet vaststellen of je verder bent gekomen in je leerproces.’ In de wetenschap is het bovendien omstreden, omdat zelfplagiaat een vertekend beeld geeft van de productiviteit van een wetenschapper en hem daarmee een oneerlijk voordeel kan opleveren ten opzichte van zijn concurrenten.
Zelfplagiaat komt weinig voor, maar het is wel belangrijk om te weten wanneer je het fout doet. Als je wordt gepakt, wordt je werkstuk ongeldig verklaard, krijg je een berisping en kun je worden uitgesloten van deelname aan tentamens. Een heel forse straf. Een aantekening voor fraude (want daar valt plagiaat onder) betekent bovendien dat je niet meer cum laude kunt afstuderen.
Vermeld de bron: altijd en overal
Kern bij alle plagiaatkwesties en dus ook bij zelfplagiaat is het vermelden van de bron. Als je tekst en gedachtegoed uit een eerder werkstuk wilt gebruiken, zorg dan altijd voor een correcte verwijzing naar je eerdere werkstuk, en verwijs zowel in de tekst als in je literatuurlijst.
Dat is makkelijk zat en je hebt geen enkele reden om dit na te laten. Maar nu gaan we het ingewikkelder maken, want hoeveel mag je eigenlijk citeren uit eerder werk? ‘Daar kan ik geen standaard antwoord op geven. Er is geen maximum aantal woorden of zinnen vastgelegd’, zegt Arthur Stenfert Kroese. Hij is docent, jurist en voorzitter van de examencommissie van het Instituut voor Bedrijfskunde.
Je bent niet altijd in the clear als je een bronvermelding plaatst. Stenfert Kroese: ‘Je mag niet een heel hoofdstuk overnemen, en dan zeggen: Maar er staat toch een bronvermelding bij? Dat is strijdig met het uitgangspunt dat we moeten zien dat je nieuwe dingen hebt geleerd. Doe het dus met mate, vat je eerdere werk kernachtig samen en gebruik het alleen als je het nodig hebt als een van de bouwstenen van je verhaal, net zoals je ook – met correcte verwijzingen – werk van derden kunt gebruiken.’
Stenfert Kroese verduidelijkt het uitgangspunt met een paar culinaire illustraties: ‘Je moet niet steeds van hetzelfde theezakje nieuwe thee trekken.’ Of: ‘Je mag wel de krenten uit de pap gebruiken, maar niet hele liters pap.’
Houd je conceptversie buiten Ephorus
Verder zijn er twee bijzondere situaties waarin je extra alert moet zijn: groepswerk en conceptstukken. De EAS-studenten die in het groepje zaten met de zelfplagiërende student kregen door hun examencommissie een straf voor plagiaat opgelegd, terwijl zij het plagiaat zelf niet hadden gepleegd. Als student wordt er van je verwacht dat je het werk van groepsgenoten kritisch leest en alert bent op plagiaat, al is dat lastig, geeft ook Stenfert Kroese toe. ‘Er is vaak grote tijdsdruk waardoor er geen controle op elkaars werk is. Toch is het belangrijk dat wel te doen en correcte bronvermelding altijd als gespreksonderwerp de agenda te zetten.’ HR-jurist Digna Trimpe vult nog aan dat het verstandig is daarvan een gespreksverslag te maken.
Een ander risicomoment is het inleveren van een conceptversie om feedback van je docent te krijgen. Doe je dat in N@Tschool, dan zet Ephorus de tekst in de database. Als vervolgens het definitieve werkstuk ter beoordeling wordt ingeleverd, ziet het vuurrood van ‘zelfplagiaat’. Stenfert Kroese: ‘Het is dus zaak dat je het concept op papier of via de mail aanlevert en met je docent afspreekt deze tekst niet in Ephorus te uploaden.’
Twijfel je over zelfplagiaat? Dan is het verstandig om te overleggen met je docent of het hogerop te zoeken en de examencommissie om raad te vragen. Maar vergeet niet dat het uitgangspunt eigenlijk heel simpel is: vermeld ALTIJD de bron, ook als je het zelf bent.
– zorg voor correcte bronvermelding, in tekst en in de literatuurlijst
– vat eerder werk kernachtig samen
– let op bij groepswerk
– zorg ervoor dat concepten niet in Ephorus worden geüpload
Tekst: Esmé van der Molen
Illustratie: evvu.ch
Waarom komen dit soort handige artikelen áltijd op/na het inleveren van een stuk wat hier relevant aan is? 😛
Dit artikel roept de nodige verbazing op, bij mij zowel als bij collega’s.
‘Zelfplagiaat’ wordt sinds 2014 beschreven in de Hogeschoolgids en bestreden als complexe fraude.
In de Onderwijsvisie van de HR, uit augustus 2016 staat letterlijk:
“Visie op leren.
We kijken op drie manieren naar leren:
– leren van het verleden […]
– participeren in het heden […]
– creëren van de toekomst.[…]”
In de toelichting bij de subs wordt duidelijk dat uitwisseling van kennis en samenwerking als noodzakelijke voorwaarde worden gezien voor de ontwikkeling tot beroepsbeoefenaar.
De reactie van HR-jurist Digna Trimpe is gebaseerd op de inhoud van de Hogeschoolgids en daarmee correct, maar past mijns inziens niet bij de slogan van de HR “Overtref jezelf” of de recent gepubliceerde onderwijsvisie. Ook de maatregel dat de gehele groep EAS-studenten wordt bestraft voor dit zogenaamde zelfplagiaat past daar niet bij. De docent heeft voor screening een toepassing als Ephorus voor nodig; hoe redelijk is het te verwachten dat de student zich tegen zelfplagiaat beschermt zonder een dergelijk instrument.
De verhouding student-docent wordt bovendien gejuridiseerd door het advies verslagen te maken van gesprekken die je met de docent voert. Dit gaat linea recta in tegen het streven naar een goed pedagogisch klimaat in de hogeschool.
De plagiaatscanner lijkt in de casus “Infuuspomp” zonder verder onderzoek naar de aard van het signaal te zijn ingezet. Ephorus heeft slechts een signaalfunctie voor het herkennen van identieke tekstdelen. Dat betekent dat wanneer ‘de bellen rinkelen’ de docent de aard en herkomst van de gesignaleerde identieke tekstgedeelten bekijkt. Dan kan eenvoudig worden vastgesteld wanneer het eerste document, dat het signaal doet afgaan, een conceptversie betreft.
Uiteraard gaat het erom dat een student laat zien dat hij/zij bijleert, zich ontwikkelt en een doel bereikt. Hergebruik van eigen materiaal kán hierbij juist uitermate belangrijk zijn, omdat de student daar mogelijk een andere invalshoek bij heeft ontwikkeld, een nieuw perspectief of meer en degelijker fundering voor de inhoud heeft ontwikkeld. Door dit in het algemeen als frauduleuze handeling te kwalificeren, waarmee het aantonen van verdergaande ontwikkeling niet mogelijk zou zijn, wordt het leren door en de professionele ontwikkeling van de student te kort gedaan. Nergens staat dat het aantonen van “iets nieuws geleerd hebben” verplicht is. Wanneer de student laat zien aan de gestelde toetsdoelen te voldoen is de toets behaald.
Jammer dat het advies van de KNAW naar aanleiding van de affaire van VU-hoogleraar Nijkamp, beschreven in Profielen van 2 april 2014, niet wordt ingezet ter relativering van de wijze waarop het fenomeen ‘zelfplagiaat’ door de kwalificering in de hogeschoolgids wordt gecriminaliseerd. (140402_knaw_briefadvies_citeren.pdf)
“Hergebruik van eigen teksten is in de wetenschap gebruikelijk, waarbij bronvermelding wenselijk, maar niet altijd noodzakelijk is. Beoordelen of in een specifiek geval van hergebruik sprake is van discutabel gedrag (Questionable Research Practice) vraagt om een zorgvuldige interpretatie van de feiten. De belangrijkste zijn: het doel dat de betreffende passage dient in de nieuwe publicatie en de schade die het hergebruik doet aan andere wetenschappers of aan de wetenschap. Om dat goed te kunnen beoordelen is inhoudelijke kennis van het betreffende vakgebied noodzakelijk, evenals kennis van de op dat specifieke terrein gangbare publicatietradities.” Bron: https://www.knaw.nl/nl/actueel/nieuws/zelfplagiaat-is-geen-plagiaat; Gedownload op 9 januari 2018.
Ik mis de precieze argumentatie van de examencommissie, maar zoals het nu wordt gepresenteerd lijkt de uitspraak eerder onrecht voor de studenten te produceren. Een focus op de letter van de wet en niet de geest van de wet. Eens met Titia, dit lijkt op een doorgeslagen juridisering.
Het is natuurlijk complete onzin om dit op studeren los te laten. Iets wat men eerder geleerd heeft, dient juist onthouden te worden. Als dezelfde kennis nogmaals ingezet wordt, zou het nu als zelfplagiaat gezien worden. Het idee van de term is te voorkomen dat wetenschappers geen oud onderzoek als nieuw neerzetten (wat men daar ook van mag vinden) en heeft daarom geen enkel nut in een leerproces. Verder geldt in het onderzoek dat men vaak met anderen samenwerkt en dus bij het overnemen van eerdere werken ook bijna altijd van mede-auteurs plagiaat pleegt. Wederom geldt dit niet voor het leerproces, tenzij er sprake is van eerder teamwerk dat geciteerd wordt.
Zelfplagiaat is geen term voor plagiaat en is daarom dus een verkeerd gekozen term en mag dus zeker nooit op dezelfde manier gebruikt worden. Zoals KNAW aangeeft in een andere publicatie (https://www.knaw.nl/nl/actueel/publicaties/correct-citeren):
“Plagiaat gaat dus per definitie over gebruik van het materiaal van andere wetenschappers zonder adequate bronvermelding. De term zelfplagiaat wordt soms gebruikt voor het hergebruik van eigen tekst zonder adequate bronvermelding. De term wordt in dit briefadvies echter vermeden, omdat het een onzuiver begrip is. Men kan immers niet zijn of haar intellectueel eigendom van zichzelf stelen of nogmaals toe-eigenen. Daarmee is de kern van het begrip ‘plagiaat’, die ook verantwoordelijk is voor de zware kwalificatie ‘wetenschappelijk wangedrag’ (RM), bij zelfplagiaat niet aan de orde.”
Oftewel, hoe het door de examencommissie gebruikt wordt als equivalent aan plagiaat is per definitie fout. Het was noch het doel, noch een conclusie van de jurisprudentie. Nog leuker: econoom Peter Nijkamp werd in 2016 vrijgesproken van datgene waar de hele heisa om begonnen was.
Conclusie: de term zelfplagiaat gebruiken? Trap er niet in!
Er is jurisprudentie van COBEX die van een genuanceerdere kijk blijk geeft op “zelfplagiaat” dan het bovengenoemde beleid van de Hogeschool Rotterdam:
Plagiaat is het zich toe-eigenen van gepubliceerd materiaal van een ander, zonder voldoende recht te doen aan de oorspronkelijke auteur(s). ‘Zelfplagiaat’ is daarmee een onzuivere term: studenten kunnen zich immers niet onrechtmatig eigen materiaal toe-eigenen. De term kan beter helemaal vermeden worden, omdat die ten onrechte de suggestie wekt dat er sprake is van een ernstige schending van de integriteit. Hergebruik van eigen teksten is in de wetenschap gebruikelijk, waarbij bronvermelding wenselijk, maar niet altijd noodzakelijk is. De commissie stelt dat studenten er recht op hebben dat hun werk binnen de geldende context wordt geïnterpreteerd en dat ze worden beoordeeld op basis van zorgvuldige afweging van de aard, redenen en effecten van hun handelswijze.