‘Ik schrik van het aantal probleemdrinkers op de hogeschool’
Gepubliceerd: 9 May 2019 • Leestijd: 7 minuten en 16 seconden • Het Grote Interview‘Het is niet alleen maar vrijheid, blijheid als je in je studententijd veel drinkt. Het is niet goed voor je hersenen en het is een goede voorspeller van later verslavingsgedrag’, zegt hoogleraar Ingmar Franken. Hij duidt het Profielen-onderzoek en legt uit wat nou eigenlijk het verschil is tussen een dubbele espresso en een lijntje coke.
Wat is het eerste dat je opvalt aan de cijfers van het Profielen-onderzoek?
‘Ik schrik toch wel van het aantal probleemdrinkers: 49 procent van de mannen en 40 procent van de vrouwen die het afgelopen jaar dronken. Het drugsgebruik van studenten lijkt echt wel hoger dan een paar jaar geleden. Daar schrok ik ook van.
‘Ter relativering: Studenten pieken in deze fase van hun leven qua drinken en niet iedereen gaat op dit niveau door. Dat neemt niet weg dat ik me zorgen maak over deze generatie, want probleemdrinken is een goede voorspeller van latere verslaving. Zo veel probleemdrinkers, dat is niet zo mooi.’
Lees hier meer over het grote drank- en drugsonderzoek:
5.662 studenten hebben de enquête ingevuld, een respons van 15,6 procent. Zijn de resultaten representatief?
’15,6 procent is niet echt hoog, dus ik denk niet dat het helemaal representatief is. We weten dat mensen die een probleem hebben met drugsgebruik juist eerder geneigd zijn zo’n enquête in te vullen. Van alcohol weet ik dat eerlijk gezegd niet, maar ik denk dat je daar het omgekeerde kunt verwachten: dat mensen met een alcoholinname aan de hoge kant zo’n enquête niet invullen. Dat neemt niet weg dat het absolute aantal respondenten hoog is, evenals het aantal alcohol- en drugsgebruikers.’
Slechts 17 procent van de studenten die de enquête hebben ingevuld, heeft studievertraging. In werkelijkheid is dat de helft.
‘Dat is opvallend ja, het zijn dus de betere studenten die hebben deelgenomen. De categorieën ‘ooit gebruikt’ en zelfs ‘de laatste 30 dagen gebruikt’ zijn waarschijnlijk geen goede voorspellers van studievertraging. Het kan goed zijn dat iemand eens iets gebruikt op een feestje. Dat betekent niet dat dat de studie direct negatief beïnvloedt. Hoeveel keer per week iemand gebruikt, zegt waarschijnlijk meer over studievertraging.’
Bijna een kwart van de respondenten binget wekelijks. Mannen drinken dan minimaal zes en vrouwen vier glazen alcohol binnen twee uur.
‘Dat is iets wat eigenlijk alle studenten doen. Wekelijks stappen betekent per definitie een binge. Ik praat het niet goed, maar ben niet verbaasd. Het is niet alleen maar vrijheid, blijheid als je in je studententijd veel drinkt. Dat moet wel duidelijk zijn. Het is niet goed voor je hersenen en het is een goede voorspeller van later verslavingsgedrag.’
Wat vind je van de cijfers over het drugsgebruik van studenten van de hogeschool?
‘Cannabis-, xtc- en amfetaminegebruik zijn hoog, maar in lijn met wat we bij de enquête van EM (Erasmus Magazine, red.) uit 2018 zagen. Het zijn vrij hoge cijfers vergeleken met een paar jaar geleden. Lachgas valt op. Als de EM-enquête er niet was geweest, zou ik ook hierover geschokt zijn. Een jaar of zes, zeven geleden heb ik zelf een enquête gedaan onder studenten en toen waren die aantallen echt beduidend lager.
‘De trend is redelijk duidelijk: de partydrugs – xtc, amfetamine en cocaïne – springen eruit. Lachgas is iets van de laatste jaren, de trend van dit moment. Dat zal wel weer een beetje overwaaien. GHB-gebruik is niet zo heel hoog. Dat was een paar jaar geleden hoger. Heroïne: ik denk dat dit een of twee mensen zijn die dat weleens geprobeerd hebben, want het lijkt me lastig studeren met een heroïneverslaving. De respondenten van jullie enquête studeren bij de hogeschool. De mensen met de meeste problemen in gebruik zijn al uitgevallen.’
De meeste studenten drinken of gebruiken omdat ze het lekker en gezellig vinden of nieuwsgierig zijn naar het effect. 7 tot 16 procent van de alcohol- en drugsgebruikers noemt ook negatieve motieven. Ze gebruiken om zorgen te vergeten of omdat ze zich depressief of nerveus voelen.
‘De meerderheid drinkt gelukkig niet om problemen te vergeten. Deze cijfers zijn beduidend lager dan die van de totale groep drinkers en dat is positief, maar: dit is de echte risicogroep. Een op de vijf mensen krijgt op enig moment in zijn leven wel iets van verslavingsproblematiek. Verslaving staat met depressie en angst in de top drie van psychische problemen. Die drie doen niet veel voor elkaar onder. Ik schat in dat vooral de risicogroep daar later mee te maken krijgt.’
Wordt de basis van alcohol- of drugsverslaving in de studie(leef)tijd gelegd?
‘Nee, dat hoeft niet. Op dit moment staat het alcoholgebruik van ouderen in de belangstelling. Het kan heel goed dat zij geen geschiedenis van alcoholgebruik hebben, en dat ze drinken om eenzaamheid te dempen bijvoorbeeld. Het kan zijn dat ze op latere leeftijd het dagelijkse glaasje verruilen voor het dagelijkse flesje. Het is wel zo dat je in je jeugd de basis legt voor omgaan met problemen. Als je dan veel alcohol gebruikt, kan problemen wegdrinken een levensstrategie worden.’
Wat is de invloed van middelengebruik op het leren?
‘Ik onderscheid directe effecten – studeren onder invloed of met een kater – en langetermijneffecten. Ik denk dat weinig mensen onder invloed van alcohol gaan studeren, maar ook met een kater zal studeren moeilijker gaan. Cannabis kan een dag later nog invloed hebben op je cognitieve vermogens. En als je in het weekend xtc slikt, kan de kater pas dinsdag of woensdag komen, de zogenaamde dinsdag- of woensdagdip. Dat zal het studeren beïnvloeden.
‘Over de langetermijneffecten weten we nog niet zo veel. Er zijn aanwijzingen dat alcoholgebruik een negatieve invloed heeft op de hersenen van jongeren. Maar het is niet zo dat je IQ meteen 10 punten daalt, dat zijn indianenverhalen. Grootschalige studies naar cognitieve effecten van heavy drinking bij adolescenten laten niets zien. Dat betekent dat de effecten er niet zijn of dat ze heel subtiel zijn. Op dit moment denken we dat de directe effecten het meest problematisch zijn voor het leren.’
Uit ons onderzoek blijkt dat 15,6 procent van de respondenten een ouder, broer, zus of partner heeft met problematisch alcohol-, drugs- of medicijngebruik. Deze studenten hebben een slechtere lichamelijke en psychische gezondheid en ook vaker studievertraging dan studenten bij wie er in het gezin geen problemen zijn met middelengebruik. Dat is ook een effect van middelengebruik op het leren.
‘De impact van problematisch middelengebruik voor de omgeving is groot, dat klopt helemaal. Families hebben een groot probleem en daar wordt bijna nooit bij stilgestaan.’
Vind je dat de Hogeschool Rotterdam een voorlichtingscampagne moet starten?
‘Ik ben geen preventie-expert, maar ik denk wel dat er iets moet gebeuren aan awareness. Alcohol is het grootste probleemmiddel, niet het pilletje af en toe – overigens is dat ook niet goed te praten. Maar alcohol is het echte probleem. En daar zijn veel mensen zich niet voldoende van bewust. Media springen erbovenop als het om drugs gaat, maar de olifant in de kamer is alcohol. Ik ben erg voor bewustzijn, dat mensen weten wat de risico’s zijn en hopelijk verstandige beslissingen nemen.’
Gebruiken hoogopgeleiden meer dan laagopgeleiden?
‘Alcohol wel ja. Het dagelijkse wijntje bij het eten hoort echt bij de hogeropgeleiden. Dat is een van de weinige dingen waarop hogeropgeleiden minder gezond scoren dan lageropgeleiden. Bij bijna elk gedrag – lichaamsbeweging, roken, eten – is het andersom.’
Studenten konden vragen achterlaten na de enquête. De vraag wanneer een middel, of een gedraging, verslavend is, kwam regelmatig terug. Een student vroeg: ‘Wat is het verschil tussen een dubbele espresso en een lijntje coke?’
Lachend: ‘Nou, die verschillen zijn nogal groot. Het gemakkelijke antwoord is: Ik heb nog nooit een cafeïneverslaafde in de verslavingszorg gezien. Dat betekent dat er geen probleem is met cafeïne. De negatieve gevolgen van een dubbele espresso zijn nihil. Een paar koppen koffie per dag schijnt voor veel dingen zelfs goed te zijn. Onthoudingsverschijnselen vallen in het niet bij wat je doormaakt als je stopt met cocaïne, alcohol of roken. Als je cocaïne op dagelijkse basis gaat gebruiken, zoals veel mensen met koffie doen, dan raak je zeker verslaafd.
Tegen de mensen die denken dat koffie en cocaïne vergelijkbaar zijn, zou ik bijna willen zeggen: Ga eens in een kliniek kijken. Dan zie je hoe moeilijk je van een cocaïneverslaving afkomt. Daarbij komt dat de psychische en sociale gevolgen van cocaïnegebruik vele malen groter zijn. Van cocaïne heb je steeds meer nodig, je krijgt daardoor steeds meer geldproblemen, criminaliteit ligt op de loer. Coke is geen onschuldig middel.’
Coke en koffie werken toch allebei op het genotscentrum in je hersenen?
‘Ze zijn inderdaad beide in staat om je genotscentrum te activeren, dat hebben alle genotsmiddelen gemeenschappelijk. Je genotscentrum werkt onder invloed van dopamine. Er komt een hoeveelheid dopamine vrij en dat geeft een prettig gevoel. Maar de hoeveelheid die vrijkomt bij cocaïne is heel veel groter dan bij cafeïne. Het is echt van een andere orde.’
Maar je doet het wel dagelijks, kunt misschien niet zonder.
‘Ook de vergelijking met iets wat je dagelijks doet, gaat niet op. Ik trek dagelijks mijn kleren aan, dat betekent niet dat ik er verslaafd aan ben. Ik drink dagelijks water. Dat betekent niet dat water verslavend of ongezond is. De redenering is verkeerd. Alcohol, cocaïne, heroïne zijn middelen waar mensen grote problemen door krijgen, waardoor hun leven en dat van de mensen om hen heen ontwricht raakt. Die mensen zien we in de verslavingszorg.’
Hoe zit het met gedragsverslaving? Waarom wordt gokken wel en het gebruik van social media en gamen niet tot de verslavingen gerekend?
‘Ook hier is de orde van grootte weer anders. Voor gokken heb je steeds meer geld nodig, je maakt schulden. Dat gebeurt bij het gebruik van social media of gamen niet. Ik zeg niet dat obsessief bezig zijn met gamen of social media goed is, maar je raakt er niet zodanig door in de problemen dat je mensen gaat bedriegen of criminele activiteiten moet gaan ondernemen. De sociale kant van het leven blijft intact. Dat is bij gokken of cocaïneverslaving niet het geval. Dan moet je steeds gekkere dingen doen om de verslaving te verdoezelen en aan geld te komen.
‘Van gokken weten we ook veel meer. Er ligt een lijn van twintig, dertig jaar onderzoek. We weten wat het met je doet, wat het met je hersenen doet. Het onderzoek naar gamen en social media is nog maar net begonnen. Het kan best zijn dat het over twintig jaar wel tot de verslavingen wordt gerekend, maar ik denk dat de omvang van het probleem altijd anders zal zijn dan bij alcohol, cocaïne en gokken.’
Dit artikel komt uit ons grote drank en drugs-nummer. Je leest er hier meer over:
Tekst: Dorine van Namen
Fotografie: Frank Hanswijk
Los van alle resultaten vind ik dat het kort door de bocht om gamen niet als verslaving mee te nemen. Gamen kan namelijk wel het sociale leven van iemand ontwrichten. Hoewel er in eerste instantie niet snel sprake zal zijn van grote geld problemen verdwijnen deze mensen wel 12+ uur per dag achter hun computer scherm. Dat is iets dat je sociale leven helemaal om zeep helpt, om maar niet te spreken over slaapproblemen en je gezondheid die als gevolg daarvan achteruit kan gaan. Helaas is hier echter nog niet heel veel aandacht voor.
Ik heb een paar vragen:
Waarom is de school nog niet alcoholvrij? Aangezien we het gezonde en goede voorbeeld willen geven (zie rookbeleid).
En zijn er niet een hoop mensen die door gamen geldproblemen hebben door niet of minder naar werk/school te gaan, nog niet gesproken over te laat komen. Of wat te denken van de aanschaf van DLC`s of complete spelen, die ook niet goedkoop zijn.
Ook Sandrecht maakt een goed punt.
“Waarom is de school nog niet alcoholvrij? Aangezien we het gezonde en goede voorbeeld willen geven (zie rookbeleid).”
Omdat deze betutteling totaal niet werkt. Het falende rookbeleid is hier een prachtig voorbeeld van, sigaretputten weggehaald om roken zogenaamd niet te stimuleren, nu ligt er een peuken-tapijt voor de deur van de wijnhaven.
Denken vanuit idealen ipv logica werkt niet om het doel te bereiken, voorlichting en gecontroleerd gebruik werkt hierbij beter dan het simpel weg te verbieden.
@Lars
Zeker, ben ik helemaal met je eens! Ik vraag mij alleen af hoe de school dit verklaard.