Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
30 november 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

Lector Lia Voerman: ‘Zodra ik voor de klas sta ben ik leraar, geen lector’

Gepubliceerd: 21 December 2021 • Leestijd: 4 minuten en 59 seconden • Nieuws

De lectoren op de Hogeschool Rotterdam zijn in de eerste plaats onderzoekers en geen docenten. Ze dragen vanuit hun praktijkgerichte onderzoek wél van alles bij aan het onderwijs. In deel 5 van een serie interviews: hoe een gedreven club van docenten, onderzoekers en lectoren een minor op poten zette voor ‘effectievere’ leraren.

Gosse Romkes
Gosse Romkes

Dit najaar draait er een nieuwe minor in pilotvorm: Effectief in de klas. Een typisch voorbeeld van onderwijs dat ‘geboren is’ uit onderzoek, vertellen praktijkonderzoeker Gosse Romkes, Lector Lia Voerman (didactiek) en lector Carlos van Kan (pedagogiek). ‘In november 2020 heb ik mijn promotieonderzoek afgerond’, vertelt Romkes, ‘over leren lesgeven gedurende de opleiding. Daarvoor heb ik een groep studenten vijf jaar lang gevolgd en eerste- en vierdejaars studenten vergeleken.’ Op die manier probeerde hij erachter te komen hoe de aankomende leraren zich tijdens de opleiding en hun stages professionaliseren. ‘het leek me leuk de uitkomsten van het onderzoek te kunnen verbinden met onderwijs’, zegt hij.

Geen standaard tekstboeken

Die mogelijkheid kwam meer binnen bereik door het starten van de lectoraten didactiek en pedagogiek. ‘We hebben de handen ineen geslagen en een minor ontwikkeld langs de lijnen van de lectoraten en mijn onderzoek. In de minor gaat het nu over pedagogiek, didactiek, klassenmanagement en groepsdynamica.’ Romkes is de initiator en verbindende schakel. Van Kan en Voerman nemen de respectievelijke thema’s pedagogiek en didactiek op zich. Collega’s Arja den Uil en Francien Schraal hebben een grote inbreng in de minor en richten zich op de onderwerpen lesorganisatie en groepsdynamica. Voor andere thema’s zijn nog andere docenten betrokken. Iedereen werkt vanuit zijn of haar eigen expertise, er is geen ‘keurslijf’, zegt Gosse Romkes, ‘geen standaard tekstboeken of powerpoints, er is niks voorgeschreven.’

Dat wil niet zeggen dat er geen programma is. Na een introductie en het ‘opschudden’ van de studenten met allerlei inbreng vanuit de verschillende expertises, gaan de studente ‘experimenteren met nieuw gedrag in de klas’.

Bumpy moments in het onderwijs

Carlos van Kan legt uit hoe hij de wetenschap, uit onder meer zijn eigen onderzoek, de lessen in brengt. ‘Ik werk vanuit pedagogische concepten en probeer die betekenisvol te maken in de dagelijkse praktijk’, legt hij uit. Dat kan vrij abstract beginnen, zelf heeft hij bijvoorbeeld veel onderzoek gedaan naar antinomieën, tegenstrijdigheden die vaak optreden in de klas door situaties die allebei wenselijk zijn, maar ook elkaars tegenpool. ‘Je wilt leerlingen uitdagen, maar ook veiligheid bieden, je wilt sturen én loslaten’, geeft hij als voorbeeld. ‘Dat zijn geen problemen die opgelost moeten worden, maar blijvende kwesties, waartoe je je moet verhouden.’

‘Het onderwijs zit vol met onmiddellijkheid, situaties waar je meteen iets mee moet.’

Hij wil zijn studenten daarover laten nadenken zodat ze meer gereedschap krijgen om om te gaan met de ‘bumpy moments’ in het onderwijs: ‘Want het onderwijs zit vol met onmiddellijkheid, situaties waar je meteen iets mee moet. Het mooie van de lerarenopleiding is dat je over die momenten kunt reflecteren en dat je dat niet in je eentje hoeft te doen. Je kunt samen bouwen aan je praktische wijsheid. Onderzoek speelt daar een rol in, maar onderzoekers kunnen je niet vertellen wat je moet doen.’

‘Nuttig om eens goed na te denken’

Carlos van Kan
Carlos van Kan

De minor biedt verdieping waar onze studenten vaak niet de tijd voor nemen of krijgen’, zegt Romkes. ‘Bijvoorbeeld een gedragscorrectie in de klas. Dat kun je snel en oppervlakkig doen, of er de tijd voor nemen om scherp te krijgen wat er misgaat. Het mooie van Carlos is dat hij er de diepte mee in gaat.’ ‘Dat vind ik ook heel leuk omdat ik zelf een achtergrond heb in het onderwijs. Onderzoek moet in de praktijk betekenis hebben’, zegt Van Kan.

Dat wil overigens niet zeggen dat het ‘direct toepasbaar’ moet zijn. ‘Mijn eigen onderzoek is juist tamelijk fundamenteel. Het is soms heel nuttig om eens goed over dingen na te denken. Zo kun je een instrumentarium ontwikkelen vanuit wetenschappelijk onderzoek, dat je in de praktijk doorleeft. En dan ben ik ook nog in de positie om met studenten te werken. Dat is wel heel gaaf.’

Hoge verwachtingen hebben

Lia Voerman
Lia Voerman

Het beeld dat de studenten hadden van de lectoren was vooraf niet per se positief, vertelt Romkes lachend. ‘Ik hoorde studenten zeggen “die lectoren zullen wel professoren zijn die over onze hoofden heen gaan praten”. Vervolgens zag ik Lia bezig in de klas en ze aten uit haar hand.’

Voerman’s lessen in de minor gaan over didactisch coachen, en sluiten aan bij haar eigen onderzoek en onderzoek van anderen onder meer over ‘hoge verwachtingen’ hebben. De vertaling van wetenschap naar praktijk is op het vlak van didactisch coachen al gemaakt, zegt Voerman. ‘De vraag is: hoe kun je zo met leerlingen omgaan dat ze echt iets leren? Dat kan door feedback en coaching op het cognitieve vlak (bijvoorbeeld uitleg van de stof, red.) maar ook doordat je laat merken dat je de leerling zíet. Is-ie enthousiast? In verzet? Zie je zijn talenten?’

Voorbeeldrol extreem belangrijk

“Die lectoren zullen wel professoren zijn die over onze hoofden heen gaan praten”

Feedback geven, leert Voerman haar studenten, doe je op vier gebieden. ‘Op de inhoud, maar ook op de strategie van leren. Dat laatste is veel effectiever. Ten derde op: hoe zit je erbij, de modus van de leerlingen. En tot slot op persoonlijke kwaliteiten. Men zegt altijd je moet feedback geven op het gedrag en niet op de persoon. Maar in mijn eigen onderzoek heb ik laten zien dat dit in bepaalde gevallen wél goed is, namelijk als het gaat om die kwaliteiten, bijvoorbeeld vriendelijk zijn, goed kunnen analyseren.’

Haar voorbeeldrol vindt ze extreem belangrijk: ‘Als je het als lector hebt over feedback geven dan moet je het zelf ook kunnen, je bent het rolmodel. Zodra ik voor de klas sta ben ik leraar, en geen lector’, stelt Voerman. ‘Ik denk dat studenten heel veel kunnen leren van hun eigen leraren. Teach as you preach dus, laat zelf het gedrag zien dat je van de studenten verwacht.’

Volgens Romkes was het op papier al een mooie minor, maar zorgt de pilot ervoor dat duidelijk wordt wat werkt en dat alle docenten goed op elkaar ingespeeld raken. ‘Onze minor is heel kansrijk, maar er kunnen nog dingen beter.’ Bijvangst van onderwijs aan de vierdejaars: ‘Je kunt inzicht krijgen in wat er in het begin van de opleiding goed of minder goed is gegaan. Hoe goed kunnen ze bijvoorbeeld feedback geven?’

Ervaringen en drijfveren van studenten zelf

‘Experts aan het woord laten en studenten deelgenoot maken van hun kennis’, vat Romkes de minor samen. Die kennis hoeft voor Van Kan niet alleen voort te komen uit wetenschappelijk onderzoek. ‘Ik laat mijn leerlingen bijvoorbeeld ook de film Entre les murs bekijken, over een docent in Parijs die worstelt met zijn klas.’

‘Ook mooi is dat in de minor ruimte besloten ligt voor het delen van praktijkervaringen en drijfveren van studenten zelf’, zegt Van Kan, ‘Het is echt een platform voor nadere ontwikkeling. De opleiding is een vrije ruimte om fouten te maken en te reflecteren.’ ‘We zijn natuurlijk ook voortdurend onszelf aan het evalueren’, voegt Voerman toe. ‘Waarom doe ik wat ik doe? Mijn praktijk is evidence based, en het is goed dat te expliciteren in wat je doet.’

Tekst: Edith van Gameren
Foto’s: Frank Hanswijk

 Profielen, het onafhankelijke nieuwsmedium van de Hogeschool Rotterdam, deelt wekelijks artikelen op Linkedin. Ben jij onze nieuwe connectie?

Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief!

 

 

 

 

 

Reacties

Laat een reactie achter

Comments are closed.

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Back to Top