‘Bij de ambities is er heel duidelijk voor gekozen om de instituten de gelegenheid te geven om de basis weer orde te brengen’, stelde cmr-lid Sjoerd van Vliet over de kaderbrief*, de notitie van het college van bestuur die vooruitloopt op de op te stellen begroting voor 2022.

Wegwerken van achterstanden

Van Vliet: ‘De ambities in de huidige kaderbrief lijken niet bijzonder hoog te zijn. Maar het goed borgen van het nieuwe onderwijs én het wegwerken van achterstanden die door corona zijn ontstaan, zijn al flinke ambities.’ In het bespreekdocument van de cmr wordt daarbij gesproken over het creëren van rust voor medewerkers en studenten die onder andere kampen met werkdruk.

Geld zal de komende tijd vooral nodig zijn voor het ‘implementeren’ van het ‘hybride’ inrichten van het onderwijs. ‘De raad juicht dat toe’, stelde Van Vliet. Daarbij wordt financiële ruimte vergroot door het in september beschikbaar komen van de zogenoemde NPO-middelen (Nationaal Programma Onderwijs).

‘Kosten kunnen per instituut heel verschillend zijn’

Die middelen worden over de onderwijsinstituten verdeeld op basis van de studentenaantallen, iets waar de cmr het niet helemaal mee eens is. Van Vliet: ‘Zo’n verdeling is wellicht voorbarig. Waarom kijk je niet naar de specifieke vertragingen die ergens zijn opgelopen? En de kosten van de plannen kunnen per instituut heel verschillend zijn, je moet voorkomen dat sommige instituten hun plannen niet kunnen uitvoeren.’

Collegelid Wijnand van den Brink is voor dat laatste niet zo bang. ‘Er gaat aanzienlijk meer geld naar de instituten. En als een instituut meer wil doen, dan kan er geld uit het eigen vermogen worden gehaald.’

‘Kaders decentralisatie nog onvoldoende duidelijk’

Een ‘belangrijke vraag’ die de cmr in de vergadering op tafel legde ging over de decentralisatie op de HR die een aantal jaar geleden werd ingezet. De cmr ziet dat dit niet overal in de organisatie even goed werkt. Van Vliet: ‘We merken dat het her en der knelt, instituten weten niet waar ze ruimte kunnen nemen en waar niet. De kaders daarvoor zijn nog onvoldoende duidelijk.’

Van den Brink vond onder andere de vraag over decentralisatie er niet per se eentje voor de behandeling van de kaderbrief maar beloofde op een later moment meer duidelijkheid te verschaffen wat er centraal en wat er decentraal georganiseerd zou moeten worden.

Drie speerpunten van de cmr

De cmr deelde in de vergadering voor het eerst drie speerpunten die ze gaat gebruiken bij het beoordelen van plannen van het cvb. Het eerste, ‘welzijn van studenten en medewerkers’, was van toepassing bij het eerder aangehaalde akkoord van de cmr met het wegwerken van achterstanden en daarmee tegengaan van werkdruk.

Een tweede speerpunt is het ‘streven naar de duurzaamste en gezondste hogeschool van Nederland’. Van Vliet daarover, in de vergadering: ‘We hopen dat het cvb voor het studiejaar 2021/22 niet alleen komt met toezeggingen maar ook met concrete plannen, bijvoorbeeld over afvalbeheer.’ ‘Die plannen worden opgesteld en we gaan jullie daar in meenemen’, beloofde Van den Brink.

Speerpunt drie is ‘diversiteit en inclusie’, een onderwerp dat in dezelfde vergadering uitgebreid werd besproken tijdens het agendapunt over de ‘Coalitie tegen racisme’. De cmr is het eens met dit plan van het college.

*) De door het cvb opgestelde kaderbrief werd besproken in de openbare vergadering van de cmr maar werd door het college van bestuur bestempeld als ‘vertrouwelijk’; het document was niet beschikbaar voor het publiek, inclusief Profielen.

Tekst: Jos van Nierop

Profielen, het onafhankelijke nieuwsmedium van de Hogeschool Rotterdam, deelt wekelijks artikelen op Linkedin. Ben jij onze nieuwe connectie?