Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
30 november 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

Docenten zien eerstejaars die meer werken, meer stress hebben en makkelijker tentamens skippen

Gepubliceerd: 3 July 2023 • Leestijd: 8 minuten en 21 seconden • Nieuws Dit artikel is meer dan een jaar oud.

Eerstejaars zijn iets minder gemotiveerd en minder goed voorbereid dan een paar jaar geleden, blijkt uit het 100-dagenrapport. Najaar 2022 wordt daarin onder andere vergeleken met najaar 2019, pre-corona. Worden de verschillen herkend? En wat wordt ermee gedaan? Profielen besprak het met enkele docenten.

Illustratie van student met achter een laptop en kijkend naar het beeldscherm van zijn telefoon

Het 100-dagenrapport bestaat sinds 2015 en wordt jaarlijks uitgevoerd. Alle eerstejaars ontvangen honderd dagen nadat ze met hun opleiding zijn begonnen, eind november, een enquête met daarin vragen over onder andere hun studiegedrag. Afgelopen november vulden 1954 van de 9304 (21 procent) benaderde eerstejaars voltijds studenten de enquête in.

Minder gemotiveerde eerstejaars

Op de vraag over de studiemotivatie antwoordde 48 procent dat die groter is dan bij de start van de opleiding. In 2019 lag dat percentage met 60 procent een stuk hoger. Ook vragen over het voorbereiden op lessen en toetsen en over het volgen van studieactiviteiten laten afgelopen najaar een minder gemotiveerde eerstejaarspopulatie zien dan in 2019. De eerstejaars hebben zich daarnaast minder goed voorbereid op hun studie(keuze).

Ook in de recent gepresenteerde welzijnsmonitor op de HR scoort het onderwerp ‘motivatie’ met een 5,8 maar een magere voldoende. De docenten die Profielen sprak herkennen dit beeld en de uitkomsten van het 100-dagenrapport. Sommigen zien weinig of kleine verschillen maar de meesten zien een duidelijke tendens van lagere motivatie, wat natuurlijk niet wil zeggen dat iedereen ongemotiveerd is.

‘Ik zou ze door elkaar willen schudden’

‘Ik merk dat studenten minder nieuwsgierig zijn. Ik zou ze soms wel door elkaar willen schudden!’, vertelt Ellemiek Weidema, docent bij de Ad-opleidingen ondernemen en accountancy. Ze wil niet te negatief zijn en benadrukt dat zeker niet alle studenten matig gemotiveerd zijn, maar ziet dus wel een verschil met een paar jaar geleden. ‘Als we bijvoorbeeld een spreker krijgen, krijg ik van studenten de vraag “Moeten we er zijn?” Of ik krijg voorafgaand aan een college de vraag ‘Wat gaat u doen in deze les? Ik weet nog niet of ik wil blijven.’

Studenten hebben het drukker dan tijdens de coronaperiode maar ook drukker dan in de periode vlak daarvoor, najaar 2019, zien meerdere docenten. De studie neemt een minder belangrijke plek in het leven van jonge mensen in; familie, vrienden, social media en werk zijn ook erg belangrijk voor hen.

‘Ze hebben het heel druk’

‘Ze hebben het heel druk. Met vrienden, werk, sport, en alles tegelijk’, ziet ook Rutger van Hogezand (watermanagement) die net als andere docenten merkt dat dat ook voor stress zorgt. ‘Ze denken: “Hoe dan? We halen het niet”. Die stress hebben ze. Volgend jaar komt de basisbeurs terug, misschien gaan ze dan minder werken en geeft dat een beetje verlichting.’

‘Volgend jaar komt de basisbeurs terug, misschien gaan ze dan minder werken en geeft dat een beetje verlichting.’

In een recente studie van het Trimbos-instituut, dat ook de stress ziet bij studenten, proberen onderzoekers te achterhalen waar die stress vandaan komt. Hun belangrijkste conclusie is dat studenten met een opeenstapeling van onzekerheden te maken hebben. Ze voelen zich ‘overspoeld door hoge eisen, verwachtingen en verantwoordelijkheden’.

Zorgen over toenemend gebruik game- en goksites

Op de HR wijst een aantal docenten bij de toegenomen ervaren stress met name naar het intensief gebruik van social media door studenten. HRBS-docent Sascha Nieuwboer ziet daarnaast het toenemend gebruik van game- en goksites. ‘Daar maak ik mij zorgen over. Ik zie het steeds meer, het is echt toegenomen. Studenten zitten in de les bijvoorbeeld op Betcity. Ze worden daar wel op aangesproken, maar tijdens lessituaties heb je daar niet altijd en bij iedere student de tijd voor’.

Studenten van Femme van der Kolk (communicatie) zitten de hele dag op social media. Whatsapp, Tiktok et cetera. ‘En sommigen zijn echt verslaafd. Zelfs als je in een consult zit met vijf man zitten ze erop.’ ‘Met continue whatsapp-meldingen op hun laptop, die ze ook voor hun studie gebruiken’, vult collega Sanne Smit aan.

Illustratie van een student met een laptop en telefoon en om de afbeelding heen allerlei fake social mediaberichten

De twee docenten zien dat ‘met name meiden’ soms extra gevoelig zijn voor alles wat er op social media gebeurt. Rick Heikoop van watermanagement heeft het vermoeden dat jongeren zich ook zorgen maken over het klimaat, en dat dat voor stress zorgt. ‘Bij onze opleiding speelt dat misschien meer dan bij sommige andere opleidingen.’ Die zorgen worden ook in het Trimbos-onderzoek benoemd.

Studenten bereiden zich minder voor

De drukte en de stress leiden ertoe dat studenten keuzes maken, moeten maken, die soms de studie niet ten goede komen. Zich voorbereiden op studieactiviteiten doen steeds minder studenten, blijkt ook uit het 100-dagenrapport. In 2019 antwoordde 60 procent met ‘eens’ op de stelling ‘Ik bereid mijn studieactiviteiten voor’, in 2022 is dat percentage gedaald naar 53 procent.

De gedeelde ervaring van docenten is daarnaast dat studenten makkelijker thuis blijven (of gaan werken), zeker als ze maar voor één of twee lesuren naar school moeten komen. ‘Voor één les komen ze niet. Voorheen zinde het ze niet als er maar één uur op een dag was ingeroosterd, nu komen ze gewoon niet’, vertelt Michelle van Ammers, coördinator van jaar 1 bij vastgoedkunde. ‘Tenzij het verplicht is, zoals studieloopbaancoaching en vaardigheidsonderwijs.’

‘Als ze op school zijn willen ze dat dat nuttig is’

Studenten zijn niet per se intrinsiek minder gemotiveerd dan hun voorgangers, maakt Jessica Bosman, docent bij human resource management, duidelijk. ‘Je merkt dat studenten kritischer zijn geworden. Waarom moeten we naar school komen? Waarom voor anderhalf uur? Als ze op school zijn willen ze dat dat nuttig is, anders hadden ze beter kunnen werken.’ Het vergt van de opleiding ‘veel veranderingen’, concludeert ze. ‘We moeten zorgen dat ze naar school komen als ze dan ook langer hier kunnen zijn.’

‘‘Je merkt dat studenten kritischer zijn geworden. Waarom moeten we naar school komen?’

En als ze dan op school komen, moet het ook nuttig zijn. Tom van den Boogaard van managing & new retail (onderdeel van ondernemerschap & retail management): ‘We moeten echt kijken hoe we ze gemotiveerd weten te houden. Het ouderwetse hoorcollege is na corona echt voorbij. We moeten ze dingen laten doen in de les, anders komen ze gewoon niet.’ Over dit ‘bij de les houden’ is de opleiding ‘voortdurend’ in gesprek met de studenten, vertelt de docent. ‘Of ze daarover inspraak hebben? Ja. We kunnen uiteraard niet aan alle wensen voldoen, maar bijvoorbeeld wel werkvormen iets anders vormgeven.’

Tentamens worden makkelijker geskipt

Meerdere docenten zien dat vergeleken met een paar jaar geleden tentamens makkelijker worden geskipt. ‘Na corona maken ze gevoelsmatig keuzes om bepaalde tentamens niet te doen’, ziet Van Ammers. ‘Dan doen ze er bijvoorbeeld twee wel en twee niet. Dat is sterker geworden.’

Het is ook de ervaring van Van den Boogaard: ‘Ik werk hier nu zes jaar en zie een andere student. In het begin was er meer de wil om nominaal te studeren. Nu vinden ze het prima om er langer over te doen’, zegt de docent, die denkt dat het beter zou zijn als er hogere eisen aan de studenten worden gesteld.

‘We willen eerstejaars zachte landing geven’

Om studenten ‘bij de les te houden’ zetten sommige opleidingen extra in op binding en het bieden van structuur. De opleiding van Van den Boogaard is sinds het lopende studiejaar thematischer (het gaat specifiek over retail) en kleinschaliger ingericht. ‘We willen de eerstejaars de eerste honderd dagen een zachte landing te geven. We kijken dan wat ze leuk vinden. Ze zijn twee dagen hier op school, en ze hebben twee dagen om zich voor te bereiden. Na de honderd dagen gaan ze twee dagen per week op stage.’

‘Er zijn minder studenten die blijven en denken: misschien wordt het nog leuk’

De honderd-dagengrens wordt door de studenten ook gezien als moment om eventueel met de opleiding te stoppen. Van den Boogaard: ‘Ze stoppen nu eerder, niet in februari maar in november. Er zijn minder studenten die blijven en denken; misschien wordt het nog leuk. Zulke studenten zijn ook niet leuk voor de rest van de klas.’

‘Goede contacten met medestudenten’

De inzet op binding, studenten zich thuis laten voelen op de opleiding, lijkt niet zonder resultaat als gekeken wordt naar de respons over dat onderwerp in het 100-dagenrapport. Het oordeel van de eerstejaars van najaar 2022 over onderwerpen die met binding te maken hebben, is gelijk aan dat van 2019. In beide jaren is 61 procent van de eerstejaars het eens met de stelling ‘Mijn docenten weten wie ik ben’. Ook op de stelling ‘Ik heb goede contacten met mijn medestudenten’ wordt in beide jaren door eenzelfde percentage (77 procent) met ‘eens’ beantwoord.

Bij logopedie zitten eerstejaars sinds het nieuwe curriculum elke dag op school van 9.00 tot 12.30 uur om begeleid onderwijs te krijgen, vertelt jaarteamleider Maris van Sluijs. ‘Het merendeel is er ook. Als je te veel ochtenden hebt gemist, kun je niet aan de tentamens meedoen, omdat je vaardigheidsonderwijs hebt gemist.’ Logopedie heeft voor de min of meer verplichte ochtenden gekozen om studenten beter te betrekken bij het onderwijs. Van Sluijs: ‘Van de 55 eerstejaars die nog niet zijn afgehaakt, gaan er denk ik 51 hun p in een jaar halen.’

‘Studenten werken alleen onder toezicht van docent’

Ook bij accountancy op de locatie Kralingse Zoom zien docenten dat het motiverend werkt als studenten naar school (moeten) komen en dat ze daar aan huiswerk of opdrachten werken. Sascha Nieuwboer: ‘Ik werk hier sinds 2014 en weet inmiddels: als je er zeker van wilt zijn dat ze iets doen, moet dat onder jouw toezicht.’ 

‘Als docententeam zijn wij bijna altijd op school waar we een open-deurbeleid hebben.’

De docenten van accountancy benadrukken dat een motiverende studieomgeving om veel meer gaat dan alleen toezicht. Miranda Jansson: ‘Als docententeam zijn wij bijna altijd op school waar we een open-deurbeleid hebben. Ook tijdens corona, toen deden we dat in Teams. Studenten kunnen binnenlopen om onder andere vragen te stellen. Je merkt ook dat ze gezien willen worden.’

‘We doen ongelofelijk ons best ze uit het slop te trekken’

Kort na corona werd al duidelijk dat veel studenten qua motivatie ‘in een dipje zaten’. ‘Als team deden en doen we ongelofelijk ons best om ze uit het slop te trekken. Wij hebben ook behoorlijk volle klassen’, vertelt Iris van der Graaf die net als haar collega’s aandacht zegt te hebben voor haar studenten. Jansson: ‘Als iemand er niet is, stuur ik die student een berichtje: “Ik heb je gemist”. Ook Nieuwboer doet dat: “Jammer dat je er niet was, wat is er aan de hand?”, vraag ik dan bijvoorbeeld. Er is bij ons geen verplichte aanwezigheid, behalve bij de projecten.’

‘Als iemand er niet is, stuur ik die student een berichtje.’

Motivatie en de aanwezigheid op school worden, zien docenten, in negatieve zin beïnvloed door de drukte en stress die studenten ervaren door een vol leven met school, werk, vrienden en social media. Uit het 100-dagenrapport blijkt dat de ervaren studiedruk vanuit de opleiding is toegenomen: minder eerstejaars dan in 2019 ervaren nooit of bijna nooit die studiedruk (in 2019 ging dat om 36 procent, in 2022 was dat gezakt naar 26 procent). Meer eerstejaars antwoordden in 2022 ‘neutraal’ op deze vraag (het percentage steeg van 30 naar 40 procent).

Studiedruk vanuit privéomgeving bleef gelijk

In de respons op de stellingen over de ervaren studiedruk vanuit de privéomgeving van de student en vanuit zichzelf zijn tussen 2019 en 2022 slechts kleine verschillen te zien. Goede planning zou kunnen helpen bij het bestrijden van studiedruk, stellen verschillende docenten maar het maken van ‘een haalbare planning’ wordt minder populair: in 2019 deed 53 procent van de eerstejaars het, afgelopen najaar 47 procent.

Docent Femme van der Kolk van communicatie: ‘Ze kijken niet eens naar de weekplanning. Plaatsen alles buiten zichzelf, en nemen niet zelf de regie over hun eigen planning. Dat is ook omdat het eerstejaars zijn. In jaar 3 worden ze vaak pas echt serieus. In het eerste jaar is iedereen nog zoekende. We nemen ze daarom ook aan de hand. In jaar 2 zie je ze wel vaker op school blijven om te blijven werken.’

Van der Kolks collega Danielle van Benthem denkt dat de opleiding wat meer zou moeten doen met het aanleren van bepaalde vaardigheden. ‘Hoe zorg je er bijvoorbeeld voor dat je de stress niet meer ervaart? Hoe ga je beter plannen? Zulke dingen worden belangrijker, mensen worden er ook op aangenomen.’

Tekst: Jos van Nierop
Illustraties: Demian Janssen

Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief!

Recente artikelen

Recente reacties

Reacties

Laat een reactie achter

Comments are closed.

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Aanbevolen door de redactie

Back to Top