Aangiftetijd: HR-docent belastingrecht geeft de beste bespaartips
Gepubliceerd: 23 March 2023 • Leestijd: 5 minuten en 15 seconden • Nieuws Dit artikel is meer dan een jaar oud.Steeds meer studenten hebben een bijbaan als zelfstandige, ziet docent belastingrecht Awinaash Ramadhin. Zelfs in de horeca staan ze als ‘zelfstandig ondernemer’ bier te tappen. Die studenten moeten nu extra opletten. Lees hier vier geldbesparende tips van een geëngageerde docent belastingrecht.
Veruit de meeste studenten kunnen geld verdienen door bij de belastingdienst aangifte te doen van hun inkomsten. ‘Sommige studenten krijgen van huis uit mee dat ze ver weg moeten blijven van de belastingdienst’, zegt docent belastingrecht Awinaash Ramadhin, ‘maar ook zij zullen meestal geld terugkrijgen, over de verdiensten van een bijbaantje’. Tot een brutoloon van ruim zevenduizend euro op jaarbasis krijgen de meesten geld terug, legt Ramadhin uit.
Sowieso is inkomsten verbergen steeds moeilijker. De belastingdienst krijgt de meeste gegevens automatisch binnen tegenwoordig. Dat heeft als voordeel dat je zelf geen jaaropgaven bijeen hoeft te scharrelen voor de aangifte. Het maakt het bovendien mogelijk om online een proefberekening te maken bij de belastingdienst, om te kijken of je geld terugkrijgt. ‘Ik adviseer iedereen om in ieder geval in te loggen bij de belastingdienst en die proefberekening te maken. Dan zie je wat eruit komt, zonder dat je nog daadwerkelijk aangifte doet.’
Ramadhin is als docent belastingrecht goed thuis in deze materie en schudt tijdens een kort telefoongesprek de tips met gemak uit zijn mouw.
Tip 1: Ook gratis woon-werkvervoer met je ov kan afgetrokken worden
‘Veel studenten weten niet dat je ook ov-kilometers kunt aftrekken van je inkomen wanneer je als student gratis met het openbaar vervoer reist’, aldus Ramadhin. Gratis reizen en toch belasting erover aftrekken klinkt misschien gek, legt hij uit, maar ‘het gaat de belastingdienst als het ware meer om de kilometers die je aflegt met het ov dan om de kosten die je ervoor maakt.’ Dus als je vanuit je huis naar je werk langer dan tien kilometer onderweg bent met het openbaar vervoer, dan mag je die afstand als reisaftrek meenemen in je aangifte (als je verder aan alle voorwaarden voldoet).
‘Het grappige is dat die aftrekpost alleen geldt voor woon-werkverkeer, dus niet voor je studie’, voegt Ramadhin toe. ‘Maar stel nu dat je peercoach bent bij de Hogeschool Rotterdam, dan werk je dus op de hogeschool en kan het zijn dat je studiereis ook woon-werkverkeer is. Voor sommige studenten geldt deze aftrek dus ook als ze naar de hogeschool reizen.’
Tip 2: Drempel voor zorgkosten geldt niet bij laag inkomen
Sommige studenten hebben hoge zorgkosten of een speciaal dieet. Ook die kosten kun je van de belastbare inkomsten aftrekken. ‘Er geldt in het algemeen wel een drempel voor’, zegt Ramadhin, wat wil zeggen dat je pas boven een bepaald bedrag de kosten kunt aftrekken, ‘maar die drempel geldt weer niet voor studenten die een laag inkomen hebben. Laat je dus niet zomaar door die drempel weerhouden, want het kan zijn dat je deze kosten uiteindelijk toch terugkrijgt van de belastingdienst.’
Tip 3: Als zelfstandige aan het werk? Reserveer belastinggeld
Het is een opvallende ontwikkeling die Ramadhin ziet: steeds meer studenten hebben een bijbaantje als zelfstandige. De personeelstekorten zijn zo hoog, is de indruk van Ramadhin, dat werkgevers al lang blij zijn als ze handjes hebben. ‘Je ziet het in de horeca, waar zo’n constructie eigenlijk het schoolvoorbeeld is van verkapte loondienst, maar ook in de zorg.’
Voor studenten is het voordeel: een hoger uurloon. Maar daar zit ook een risico in, waarschuwt Ramadhin. ‘Ze verdienen meer. Maar ze snappen niet altijd dat het een bruto inkomen is, waarover ze later zelf alsnog belasting moeten betalen.’ Dat betekent dus dat je beter niet alles wat je verdient op kunt maken. Reserveer een gedeelte om er later je belasting van te betalen.
Tip 4: Giften aan goeie doelen kun je aftrekken
Studenten die eenmalig geld schenken aan een goed doel of daar lid van zijn, kunnen dat geld aftrekken van de inkomsten waarover ze belasting moeten betalen. Een aftrekpost als deze zorgt er dus voor dat je inkomen virtueel omlaag gaat, zodat je uiteindelijk minder belasting betaalt. Hiervoor geldt ook een drempel: 1 procent van je inkomen met een minimum van 60 euro. Heb je in het hele jaar dus minder dan in totaal 60 euro aan goede doelen gegeven, doe dan geen moeite.
Wat precies een ‘goed doel’ is, heeft de belastingdienst ook vastgesteld. Die organisaties krijgen het stempel van een Algemeen Nut Beogende Instelling, meestal gewoon een ‘ANBI’ genoemd. Of de organisatie waar jij aan hebt gegeven een ANBI is, kun je nazoeken in het ANBI-register.
Landelijke aangiftedag
Afgelopen zaterdag heeft Ramadhin met studenten meegedaan aan de landelijke aangiftedag, die stichting SOFIR samen met de belastingdienst en lokale belastingwinkels organiseert. Vooraf trainde hij ruim vijftig studenten fiscaal recht en fiscale economie in de belangrijkste aandachtspunten bij het invullen van een aangifte inkomstenbelasting.
Ramadhin weet dat mensen die het geld het hardst nodig hebben, juist dit soort inzichten het best kunnen gebruiken. En dat terwijl mensen in de financiële dienstverlening, zegt hij, ‘vooral vermogenden helpen met hun belastingaangifte, terwijl sociaal zwakkeren onze hulp veel harder nodig hebben. Kijk maar naar de toeslagenaffaire. Het perverse aan ons belastingsysteem is dat de mensen die het geld niet nodig hebben er meer uithalen dan de mensen die het wel nodig hebben.’
Een belastingspecialist inhuren kunnen mensen zonder geld zich niet veroorloven. Dus probeert Ramadhin studenten mee te geven dat ze als belastingspecialist in opleiding ook een belangrijke maatschappelijke taak te vervullen hebben. ‘Begin niet gelijk over je te hoge tarief tegenover iemand die hulp vraagt. Natuurlijk moeten mijn studenten straks ook hun hypotheek kunnen betalen, maar ik wil ze duidelijk maken dat we er niet alleen zijn voor de vermogende klanten. Dat moet niet de houding zijn die wij ze hier meegeven.’
Goedbedoelde maar te complexe regelingen
Onderzoek en onderwijs in zijn sector gaat toch al te veel over vermogens, ziet Ramadhin, omdat vermogende mensen nu eenmaal de klantenkring vormen van toekomstige werkgevers van zijn studenten. Toeslagen worden wel in de boeken behandeld, ‘maar er wordt hier bijna geen les over gegeven.’
Hij was er zelf ook bij, afgelopen zaterdag in het Timmerhuis in Rotterdam, waar mensen die slecht Nederlands spreken of die in een enorm ingewikkelde situatie zitten maar zich geen hulp kunnen veroorloven, door studenten en andere belastingspecialisten werden geholpen.
Die hulp is echt hard nodig, zegt Ramadhin. ‘Er zijn in Nederland heel veel regelingen die goedbedoeld zijn, maar die het uiteindelijk juist moeilijker maken voor mensen.’ Kort geleden, vertelt hij, was er weer een uitspraak van de Raad van State die het bevestigde: al die goedbedoelde regelingen van de overheid zijn te complex en pakken voor sommigen juist slecht uit.
Ervaring opdoen met aangiftes en gesprekken
Op de aangiftedag hebben zijn studenten veel mensen kunnen helpen, zegt Ramadhin. ‘Ik hoop daarom dat we als hogeschool de kennis die we in huis hebben veel vaker en ook structureel kunnen inzetten. We onderzoeken bijvoorbeeld nu of we met de Rotterdamse ombudsman kunnen samenwerken, zodat wij die kunnen ondersteunen.’
Dat beaamt zijn collega-docent van de opleiding finance, tax and advice Nathalie Scherpenisse, die een korte stage van tweedejaarsstudenten bij de belastingdienst coördineert. Tijdens deze zogenoemde HUBA-stage (Hulp Bij Aangifte) hielpen de afgelopen twee weken dertig studenten zo’n zestienhonderd mensen met het invullen van hun belastingaangifte. Dat doen de studenten in de eerste plaats omdat ze zo op een relatief eenvoudige manier mensen kunnen helpen die willen weten of zij recht hebben op aftrekposten of die het moeilijk vinden om digitaal aangifte te doen.
Studenten hebben er ook zeker baat bij, zien Ramadhin en Scherpenisse. Ze doen veel ervaring op, met zowel de belastingaangifte inhoudelijk als met het voeren van gesprekken met klanten. Want het gaat hier uiteindelijk om de studenten.
Tekst: Olmo Linthorst
Illustratie: Demian Janssen
Mijn complimenten!