Kamer akkoord met wetsvoorstel leeruitkomsten: praktijkervaring mag bepaalde vakken vervangen
Gepubliceerd: 13 March 2024 • Leestijd: 1 minuten en 39 seconden • NieuwsKennis en vaardigheden toepassen in de praktijk en tentamens overslaan? Bij sommige opleidingen kan het. Na bijna tien jaar experimenteren mogen hogescholen officieel met ‘leeruitkomsten’ gaan werken. En universiteiten ook.
De Tweede Kamer heeft dinsdag het wetsvoorstel ‘Leeruitkomsten’ aanvaard. Daarmee wordt het mogelijk om bepaalde vakken weg te strepen tegen praktijkervaring, zodat studenten sneller hun diploma behalen. Ook kunnen ze hun beheersing van bepaalde kennis en vaardigheden in de praktijk laten zien in plaats van tentamen te doen.
Dit is bedoeld om het hoger onderwijs flexibeler te maken, bijvoorbeeld voor werkenden die zich willen bijscholen. Zij kunnen hun werkervaring meenemen en sneller een diploma behalen.
Vorige week debatteerde de Tweede Kamer urenlang over het wetsvoorstel. Wat zijn de voor- en nadelen en hoe houd je de kwaliteit van het onderwijs overeind? Maar minister Robbert Dijkgraaf wist genoeg partijen van het nut te overtuigen.
Docenten moeten instemmen
Unaniem was het niet. De Socialistische Partij en GroenLinks-PvdA stemden tegen, al hebben ze het wetsvoorstel wel met amendementen bijgestuurd.
Er is bijvoorbeeld een amendement van SP en GroenLinks-PvdA aangenomen om sneller te evalueren: al na twee jaar. Dat vond Dijkgraaf prima. Er kan dan snel bijgestuurd worden, mocht het toch niet lopen zoals gewenst.
Ook hebben de twee linkse partijen ervoor gezorgd dat docenten inspraak krijgen. Sterker nog, ze hebben nu instemmingsrecht. Zonder hun goedkeuring kunnen opleidingen niet met leeruitkomsten gaan werken.
Hele hoger onderwijs?
Ook het CDA had een amendement ingediend. Deze partij is erg enthousiast over onderwijs met leeruitkomsten en wilde aanvankelijk dat het hele hoger onderwijs er desgewenst gebruik van kon maken, inclusief de meer theoretische opleidingen. Minister Dijkgraaf was daar geen voorstander van en wilde de wetswijziging beperken tot opleidingen met een ‘substantiële praktijkcomponent’.
Het CDA kreeg maar weinig steun van andere partijen en paste het amendement aan. Het aangepaste (en aanvaarde) amendement zorgt ervoor dat het universitaire onderwijs nu expliciet wordt genoemd in de wet. Wel vraagt de Tweede Kamer via een motie om onderzoek naar de voorwaarden waaronder meer theoretische opleidingen dit systeem zouden kunnen hanteren.
Propedeuse blijft
Een amendement van NSC kwam er eveneens doorheen. Dat ging over de propedeutische fase van voltijdsopleidingen: die blijft in stand, ook bij het werken met leeruitkomsten. De hbo-propedeuse is voor sommige studenten een belangrijk diploma, waarmee ze kunnen doorstromen naar het wetenschappelijk onderwijs. Deeltijd- en duale opleidingen hoeven volgens dit wetsvoorstel Leeruitkomsten niet meer met een propedeuse te werken.
Tekst: HOP, Bas Belleman
Foto: Jeroen van der Meyde, Tweede Kamer
In mijn ogen meer bureaucratie en extra werk. Immers vrijstellingen konden al aangevraagd worden bij de examencommissie. Ik zie de toegevoegde waarde van deze wet dus niet.
@Sjoerd, vrijstellingen kunnen alleen worden goedgekeurd op basis van behaalde resultaten in het onderwijs, en die behaald zijn binnen de diplomatermijn van 10 jaar.
Deze wet (mits ik dit goed interpreteer) maakt het mogelijk vrijstellingen te krijgen op basis van werkervaring, in plaats van eerder behaalde toetsen, zonder specifieke termijnsbeperking. Het ontkoppelt dus de harde verbinding tussen vrijstellingen en toetsing op opleidingsinstituten.
Dit is goed nieuws voor mensen met veel werkervaring, die bijv. intern zijn doorgegroeid bij een bedrijf en functies hebben bekleed waarbij een bepaald diploma een vereiste zou zijn voor een sollicitant, maar zij dit diploma zelf niet hebben. Als ze dit diploma alsnog willen behalen, kunnen ze hun kennis meenemen in het pad naar dat diploma.
Binnen het onderwijs wordt continu gekeken naar de competenties die relevant zijn voor werkgebieden zodat een opleiding aansluit op het werkveld. Nu is dat tweerichtingsverkeer, opleidingsinstituten kunnen nu ook kijken of competenties die je opgedaan hebt in het werkgebied aansluiten op je opleiding, en daar relevante vrijstellingen voor geven.