Aanleiding voor de stellingname van beide onderwijsorganisaties is een artikel van twee weken geleden in het AD. Daarin wordt gemeld dat een pabostudente van de HR geen stage mag lopen op een openbare basisschool omdat ze een hoofddoek draagt. Stichting BOOR en de HR zijn over de kwestie in gesprek gegaan en zeggen nu in een gezamenlijk persbericht op één lijn te zitten en open te staan voor studenten van alle gezindten.

Competenties en kwaliteiten voorop
‘Als kledingvoorschrift wordt de richtlijn gehanteerd dat dit de beroepsuitoefening niet in de weg moet staan. Het dragen van een hoofddoek als stagiaire is vanuit dit uitgangspunt geen issue’, aldus de twee onderwijsorganisaties. ‘We vinden de kwestie uiterst vervelend voor de studente. Beide partijen zijn het erover eens dat in tijden waarin het onderwijs behoefte heeft aan meer goede leraren voor de klas, competenties en kwaliteiten voorop moeten staan. Stichting BOOR stelt de gedragscode intern nogmaals aan de orde met als doel een dergelijk voorval in de toekomst te voorkomen.’

‘Discriminerend beleid’
Het persbericht en het AD-artikel melden dat de studente inmiddels een andere stageplaats heeft gevonden. De studente, die twee weken geleden niet via het AD wilde reageren, richtte zich met haar klacht tot de Rotterdamse PvdA. De raadsfractie van die partij stelde er schriftelijke vragen over aan burgemeester en wethouders. De PvdA wil onder andere weten of het college bereid is de betreffende basisschool aan te spreken op de weigering ‘zodat andere studentes in de toekomst niet het slachtoffer worden van het discriminerende beleid van deze school’. Het college heeft de vragen nog niet beantwoord.

Jos van Nierop