‘De cijfers zijn vooral gebaseerd op de NSE (Nationale Studentenenquête) die begin dit jaar is afgenomen. Toen was de studenttevredenheid inderdaad onvoldoende’, vertelt Oversier over de periode waarin mwd te maken kreeg met een hervisitatie omdat de accreditatieorganisatie NVAO de opleiding met een onvoldoende beoordeelde.

Twee beoordelaars afstudeerwerk
Inmiddels heeft het visitatiepanel NQA positief geadviseerd over mwd en is het verbeteren van de opleiding in volle gang. Afgelopen studiejaar stond daarbij in het teken van het op orde brengen van het afstudeerniveau. Nieuw is dat het werk moet worden gezien door twee beoordelaars, in het verleden was dat er vaak maar één. Oversier: ‘Daarnaast zijn begeleiding en beoordeling gescheiden, is er een nieuwe, betere afstudeerhandleiding gemaakt, mag je niet meer met z’n tweeën of als groepje met één afstudeerwerk komen en heeft het Kenniscentrum Talentontwikkeling een adviserende rol gekregen.’

Dat laatste, en sowieso de nauwere samenwerking met het kenniscentrum, moet ook de kwaliteit van de docenten op een hoger niveau brengen. Oversier: ‘Een aantal docenten draait een dag mee in het kenniscentrum, ze doen onderzoek. Op die manier ontwikkelen ze zichzelf en blijven ze op de hoogte van de huidige beroepspraktijk. Weer andere docenten draaien mee bij een organisatie in het werkveld.’ Juist omdat de beroepspraktijk snel verandert, investeert de opleiding dus in allerlei vormen van samenwerking.

Lesgeven in tweetallen
Een aantal docenten is met pensioen gegaan. Daardoor én omdat de HR meer geld uittrekt voor docenten, zijn er afgelopen studiejaar twaalf nieuwe docenten aangetrokken. Dat zorgt ook voor nieuwe energie in het team. Oversier: ‘Bij een aantal modules wordt er nu in tweetallen lesgegeven, dit om de samenwerking te verbeteren.’

De samenwerking binnen het docententeam was in het verleden niet altijd even goed. Oversier: ‘We zetten daarom extra in op het werken in teams en teamvorming. Zo is er elke dinsdag een opleidingslunch, een teambijeenkomst waar ervaringen worden uitgewisseld; dat bevordert de samenwerking.’

Nemen van verantwoordelijkheid
Ook voorzitter Yentl van Heest van de imr (instituutsmedezegenschapsraad) merkt dat het beter gaat met de opleiding. ‘Er staat nu een team dat er tegenaan wil. Vroeger deden de medewerkers wat er moest gebeuren, nu doen ze wat er nodig is. Het gaat om het nemen van verantwoordelijkheid. We staan er nu dus goed voor.’

Jos van Nierop