Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
24 april 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

Column Halil Karaaslan: De lerarenopleiding is een fabriek

Gepubliceerd: 11 January 2017 • Leestijd: 1 minuten en 40 seconden • Halil Karaaslan Dit artikel is meer dan een jaar oud.

De lerarenopleiding is eenvormig. Iedere student volgt hetzelfde programma en dezelfde lessen, met uitzondering van keuzevakken en minoren. Het programma is niet slecht (per se), maar het gebrek aan eigen invulling van je leerroute zorgt er wel voor dat de lerarenopleiding een soort fabriek is die massaproductie levert.

Foto van Halil

Studenten, toekomstige leraren die worden klaargestoomd vanuit de lerarenopleiding, vinden vaak hun eigen manier van lesgeven buiten de opleiding in plaats van binnen. Tijdens de opleiding word je voornamelijk gemotiveerd om niet je eigen draai aan zaken te geven. Er is weinig ruimte voor eigen meningen en opvattingen over het onderwijs. En dat zorgt ervoor dat de diversiteit van docenten nogal te wensen overlaat.

Studenten worden te weinig uitgedaagd om gedurende de opleiding na te denken over het ontwikkelen van eigen lesmateriaal, lesdidactiek en/of het kiezen van eigen vakken die volgens de student van toegevoegde waarde kunnen zijn voor zijn/haar specialisatie. Oftewel: de student heeft weinig vrijheid en het programma staat muurvast.

In de praktijk komen docenten (ex-studenten) vaak situaties tegen waarin de lesmethodes niet voldoen aan zijn/haar wensen, ze geconfronteerd worden met klassen die onhandelbaar zijn, privéproblemen van leerlingen waar zij geen raad mee weten, diversiteit in de klas waar ze soms niet mee weten om te gaan en, de laatste tijd vaak in het nieuws: religieuze en culturele uitingen waarover zij het gesprek in de klas niet goed kunnen voeren.

‘Opleiding en praktijk staan los van elkaar’

De opleiding en de uitdagingen van de praktijk staan los van elkaar en worden tijdens de opleiding te weinig behandeld en besproken. Er is te weinig aandacht voor thema’s als radicalisering, omgaan met diversiteit, grote stedenproblematiek, omgaan met verschillende leerniveaus in één klas en ontwikkelen van verschillende lesstijlen. De student zou met dit soort thema’s al veel eerder in aanraking moeten komen en tijdens de opleiding uitgedaagd om hiermee om te kunnen gaan. Er zou meer vrijheid moeten zijn om je te verdiepen in die zaken waar je als student behoefte aan hebt. Voor de één betekent dit meer didactische training, voor de ander meer focus op theorie of op onderwijstrends en vernieuwingen.

De toekomstige werkgever(s) verwachten dat docenten tijdens het lesgeven meer rekening houden met verschillen in niveau, maar ook in cultuur en leerstijlen. Het idee van ‘maatwerk’ leeft steeds meer en wordt steeds vaker geëist van (toekomstige) docenten.

Het is dan ook bijzonder dat de fabriek die die docenten levert zelf, in plaats van maatwerk, massaproductie levert.

Halil Karaaslan (28) studeerde op de HR aan de lerarenopleiding maatschappijleer. Hij geeft dit vak aan mbo-2-leerlingen in Schiedam en mengt zich actief in het diversiteitsdebat. De komende maanden schrijft hij voor Profielen columns over diversiteit en onderwijs. Eerder dit jaar publiceerden we een interview met hem.
Dit artikel wordt je aangeboden door Profielen, het nieuwsmedium van de Hogeschool Rotterdam. Like what you see? Like ons dan op Facebook en blijf via je eigen tijdlijn op de hoogte van het laatste nieuws. Liever een nieuwsbrief? Meld je hier aan voor een wekelijkse update.

Recente artikelen

Recente reacties

Reacties

Laat een reactie achter

5 Responses to Column Halil Karaaslan: De lerarenopleiding is een fabriek

  1. Ik ben het grotendeels oneens met wat gesteld wordt in deze column, dat op de lerarenopleiding niet stilgestaan wordt bij (culturele) diversiteit. Steeds meer houden de beroepsvoorbereidende rekening met verschillen in leerlingen die wij als aanstormend docent zullen zien. Ik ben het wel eens dat niet altijd tools voor handen zijn wanneer het gaat over moeilijk handelbare klassen. Juist studenten die stage lopen kunnen die kloof tussen theorie en praktijk dichten door hierover in gesprek te gaan in de lessen met docenten en medestudenten.
    De kleine vrijheid in keuze om je eigen weg te kiezen kan ik begrijpen, maar dat er geen uitdaging is in het curriculum merk ik absoluut niet. Vakdidactisch word ik altijd uitgedaagd om out-of-the-box te denken en wordt creativiteit beloond. Het ontwikkelen van lesmateriaal staat dusdanig centraal dat ik nu aan het einde van jaar 4 zoveel materiaal heb dat ik op elke school meteen zou kunnen starten.
    Ik vraag mij af hoe de schrijver uiteindelijk aan deze ervaring komt en hoe lang hij al afgestudeerd is? Misschien is in de jaren tussen afstuderen en nu dusdanig veel veranderd dat hij dit niet heeft meegemaakt?

  2. Het artikel en de daaropvolgende reactie leggen mijns inziens de vinger op de zere plek: ons onvermogen om mensen te verbinden met de inhoud/leerdoelen. Waar de schrijver de mens centraal stelt in de probleemstelling (aansluiten op het diversiteit vraagstuk binnen een school/leeromgeving ) zoekt de schrijver van de reactie de oplossing in vakdidactiek en inhoud (leerinhoud centraal). Een oplossing kan liggen in het dichter bij elkaar brengen van deze inzichten: beide aspecten verdienen aandacht in een lessituatie. Dat pragmatiek ons in een richting dwingt lost het probleem niet op. Een andere inrichting van ons onderwijs kan mogelijk nieuw licht laten schijnen op dit vraagstuk.

  3. Halil legt de vinger op een aantal “zere plekken” in onderwijs. Wat hij schrijft heeft alles te maken met het wat en hoe van onderwijs. Vrij vertaald uit Halil onder meer een urgentiebesef van knelpunten in onderwijs. Hij bepleit ruimte voor eigen verantwoordelijkheid, bieden van maatwerk, personaliseren van onderwijs, regie over de leerontwikkeling bij de lerende zelf en zo ook voor het ontwerp ervan. De kloof tussen onderwijs en de praktijk moet volgens hem worden gedicht en meer maatwerk is nodig.

    In (inter)nationale beleidsrapporten die steunen op wereldwijd uitgevoerd onderzoek, wordt dit urgentiebesef gedeeld. De focus ligt vooral op het kunnen omgaan met de veranderende samenleving, met als gevolg dat lerenden niet alleen leren voor nu, maar vooral ook voor morgen. De competentie die hiervoor nodig is, is een leven lang leren. Een competentie die niet alleen moeten worden verworven door toekomstige professionals van nu, maar ook door hun opleiders, hun managers en bestuurders. Aan een leven lang leren liggen een heleboel competenties ten grondslag die, eveneens wereldwijd, worden samengevat als 21ste eeuw competenties. Het strekt te ver om hier nu in detail op in te gaan, maar het gaat vooral om competenties waarin de opvattingen van Halil zijn terug te vinden en nog meer dan dat. En dit inzicht is allesbehalve een nieuwtje. Helaas blijkt dat, uitzonderingen daargelaten, de gevoelde urgentie veelal geen gelijke tred houdt met de noodzakelijke innovatie van het onderwijs die voor een leven lang leren noodzakelijk is. Voor alle duidelijkheid, ik heb het dan niet over de inrichting van allerlei leerroutes waaraan op allerlei momenten een leven lang kan worden deel genomen!

    Ik onderschrijf de opvatting van René dat een andere inrichting van ons onderwijs mogelijk een nieuw licht kan laten schijnen op het vraagstuk, waarbij het uiteraard niet gaat om innovatie om de innovatie. In de Onderwijsparade die gisteren plaatsvond was ik niet alleen getuige van mooie voorbeelden van innovaties, van de strijd die er soms voor moest worden geleverd, het getoonde lef. Maar ook van het gretige gehoor waaruit inspiratie en verwondering van toehoorders bleek en voor wie bepaalde praktijken een utopie leek.

    Daarover nadenkend bekruipt me, juist na zo`n inspirerende dag, helaas ook het gevoel dat “we” er nog lang niet zijn en voel ik de urgentie meer dan ooit.

  4. Hoewel ik het zeker eens ben met de zere plek in het onderwijs die meer in het algemeen door Rene Slootweg en Freddy Veltman benoemd wordt, wil ik er toch op wijzen dat het verhaal van Halil de inspanningen van docenten van IvL ernstig tekort doet. Er is inmiddels wel degelijk d.m.v leerwerk taken uitgebreide aandacht voor diversiteit, radicalisering en werken in het complexe klassen.
    De constatering dat “de opleiding en de uitdagingen van de praktijk los van elkaar staan” gaat geheel voorbij aan het nu actuele concept Samen Opleiden dat ontwikkeld wordt en waarvan 40 % daadwerkelijk op de werkplek plaatsvindt. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de Opleidingsschool MBO Rotterdam& Drechtsteden (OSMRD) die dit jaar van start gaat en expliciet opleidt voor de grootstedelijke context en het omgaan met verschillende leerniveaus. Eerder al- is met verschillende VO scholen het voornoemde concept uitgerold.

  5. Fijn Marja dat je mijn reactie in algemene zin hebt opgevat, want zo was het inderdaad bedoeld!

    Ik onderschrijf de initiatieven waarnaar jij verwijst zeer zeker en zo ook de mooie voorbeelden die tijdens de Onderwijsparade naar voren kwamen. Echter, “de andere kant” (zowel binnen de HR maar ook daarbuiten) is er ook (nog) en daar liggen veel vraagstukken en innovatieve kansen. Dan kunnen verschillen in percepties van wie en waarover dan ook een mooi uitgangspunt zijn om naar het waarom van deze verschillen te kijken, de dialoog te openen. Dat kan weer een manier zijn om tot perspectiefverbreding te komen en kan al dan niet beweging ontstaan. Mooi toch?

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Aanbevolen door de redactie

Back to Top