Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
29 april 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

Portret Anja Oskamp door Frank Hanswijk

Rvt-voorzitter Anja Oskamp: ‘Ik ben niet iemand die vooraan hoeft te staan’

Gepubliceerd: 9 April 2024 • Leestijd: 6 minuten en 14 seconden • Interview

Het hoogste bestuursorgaan van de HR is tegelijkertijd het minst bekend: de raad van toezicht (rvt). In september werd Anja Oskamp voorzitter van de raad, nadat ze al bijna vier jaar als lid had meegedraaid. Een rol buiten de spotlights past haar wel, en past ook bij haar opvatting van hoe de rvt haar werk moet doen: op gepaste afstand, zonder het bestuur voor de voeten te lopen.

Coert Beerman nam deze zomer na acht jaar – de maximale zittingstermijn van een toezichthouder – afscheid van de raad. ‘We hebben met de raad over de opvolging gesproken en de andere leden vonden dat ik een goede voorzitter kon zijn’, vertelt Oskamp. ‘Ik moest daar even diep over nadenken en besloot toen dat het me heel leuk leek. Ik ben niet iemand die vooraan hoeft te staan, maar in dit soort functies doe je iets voor de maatschappij.’

Ze vindt het extra leuk dat deze nevenfunctie zich afspeelt in Rotterdam. ‘Ik ben Rotterdamse van geboorte en opgegroeid op de Zuid-Hollandse eilanden; ik heb in Brielle op school gezeten en vervolgens weer in Rotterdam gestudeerd. Het is altijd mijn stad gebleven. Toen een recruiter me jaren geleden benaderde voor deze raad van toezicht dacht ik daarom: dat is nou leuk om te doen, Rotterdam is zo’n fijne stad, die gun ik de beste hogeschool die er is. Ik vind het mooi om daaraan te kunnen bijdragen.’

Vaak pionieren

Na haar rechtenstudie in Rotterdam ging ze een jaar naar Noorwegen om onderzoek te doen. Terug in Nederland werd ze directiesecretaris van de Databank Kamers van Koophandel. ‘Dat lag me niet, ik ben vervolgens projectleider van de digitalisering geworden.’

Dat bleek een stap in een richting die ze haar hele loopbaan trouw zou blijven, want erna stapte ze over naar de Vrije Universiteit Amsterdam waar ze promoveerde op het vlak van artificiële intelligentie en recht. ‘Niet per se de technische kant van AI, maar de vraag: wat betekent dit nou, hoe gaan we ermee om? Daar was toen nog weinig aandacht voor. Het was echt pionieren, iets wat ik vaak heb gedaan in mijn carrière.’

In de academische wereld vond ze haar draai. ‘Onderwijs en onderzoek vind ik fantastisch. Ik wilde ook zeker hoogleraar worden, maar twee keer kon ik solliciteren en heb ik het niet gedaan. Ik had kleine kinderen, en ik dacht: als ik hoogleraar wordt zullen andere zaken in het geding komen. Ik heb ook altijd vier dagen gewerkt. Overigens werk je dan nog steeds heel veel, het wordt altijd meer.’

Een jaartje uitstel

Haar eerste bestuursfunctie was die van decaan bij de rechtenfaculteit van de Vrije Universiteit Amsterdam. Een baan waarvoor ze gevraagd werd – ‘mij overkomen dingen’ – waarvoor ze nog een jaartje uitstel vroeg: ‘Ik zei: ik wil het wel doen, maar over een jaar, want dan is mijn zoon klaar met zijn middelbare school.’

Uiteindelijk werd ze in 2011 rector van de Open Universiteit. ‘Ik was toen de tweede vrouwelijke rector van een universiteit in Nederland’, vertelt ze. ‘Nu zijn er zes of zeven. Heel goed. Op de Open Universiteit hadden we het grootste aandeel vrouwelijke hoogleraren, daar was ik heel trots op’, vertelt ze. Wat hielp was dat benoemingsadviescommissies altijd de vraag kregen ‘waren er geen vrouwen?’ als ze een man voordroegen. ‘Dat wisten ze op een gegeven moment en dat zorgde er al voor dat ze harder zochten.’

‘Op de Open Universiteit hadden we het grootste aandeel vrouwelijke hoogleraren, daar was ik heel trots op.’

Ook het grote aantal vrouwelijke bestuurders op de HR en het grote aandeel van vrouwelijke instituutsdirecteuren op de HR doet haar ‘hartstikke goed natuurlijk’. Zich actief bemoeien met het aannamebeleid doet ze echter niet. ‘We gaan niet sturen op de uitvoering’, stelt ze resoluut. ‘Voor ons eigen team kunnen we het natuurlijk wél zelf bepalen, dus toen in de raad van toezicht Charlotte (Charlotte Insinger, red.) vervangen moest worden, hebben we bewust gezocht naar een vrouw. En dan zijn ze er ook.’

Niet voor de voeten lopen

Door haar bestuurservaring heeft ze ook ervaring met raden van toezicht. ‘Ik weet bijvoorbeeld dat het belangrijk is die twee niet te vermengen, het bestuur en de raad van toezicht zijn twee heel andere dingen.’

De rvt moet bestuurders ‘niet voor de voeten lopen’, is haar uitgangspunt. Ze ziet de rol van sparring partner als meest belangrijk, ‘door een bepaalde kwestie bij een ander neer te kunnen leggen, weet je vaak al beter hoe je het op moet lossen’, zegt ze.

De raad vergadert vier tot zes keer per jaar met het college van bestuur. ‘Dan staat er een hele reeks onderwerpen op de agenda, sommige zijn om ons te informeren, anderen moeten we goedkeuren of we moeten er “iets van vinden”.’ Daarnaast heeft Oskamp om de paar weken ‘bila’s’ (bilaterale gesprekken, dus een-op-een) met bestuurders waarin ze wordt bijgepraat. ‘En de rvt krijgt dikke stapels stukken, we vragen door, vragen om extra stukken of aanvullende gesprekken, vergaderen regelmatig met AMC (de HR-afdeling voor controle en kwaliteitszorg, red.) en de cmr. En in speciale gevallen worden we onmiddellijk geïnformeerd bijvoorbeeld toen het schietincident bij het Erasmus MC plaatsvond.’

Reflecteren en meedenken

Oskamp staat bekend als een inhoudelijk bestuurder. Bij de Open Universiteit leidde ze als rector een belangrijke omslag naar een digitale leeromgeving maar vooral naar een meer activerend onderwijsmodel, waarin de afstandsstudenten meer bij de les worden gehouden en bijvoorbeeld meer kunnen samenwerken met ‘klasgenoten’. Het aantal afgestudeerde masterstudenten verdubbelde, en haar inzet op dit thema leverde haar een SURF Onderwijsaward op.

Ondanks al haar knowhow, waakt ze ervoor om zelf allerlei plannen te lanceren voor de HR: ‘Wij kunnen natuurlijk antwoord geven op de vraag “hoe zou jij dat doen”, we kunnen reflecteren en meedenken. Een dag per jaar gaan we off site (een ‘heidag’, red.) om helemaal door te spreken hoe we ervoor staan met de hogeschool. Hoe bewegen we ons in het huidige landschap, welke toekomstscenario’s zien we?’

Brede blik op onderwijs

Op dit moment is Oskamp ook voorzitter van de Wetenschappelijk Technische Raad van SURF. ‘Ik ben geen bèta, maar ik kan de juiste vragen stellen’, merkt ze daarover nuchter op. Naast haar rol bij de HR en bij SURF zit Oskamp ook nog in de rvt van ROC Koning Willem I College in Den Bosch, haar woonplaats. Ze heeft dus een brede blik op het hoger- en beroepsonderwijs. ‘Ik prijs de minister dat hij veel aandacht heeft voor het middelbaar beroepsonderwijs. Die praktijk is zo belangrijk. Ook in het hbo is de praktijk belangrijk, maar hier combineren we dat met onderzoek.’

‘Het hbo heeft een goudmijn aan mogelijkheden voor onderzoek waar de wereld iets aan heeft.’

Over dat onderzoek stelt ze dat we trots mogen zijn op het mooie onderzoek dat bij de Hogeschool Rotterdam wordt gedaan. ‘Dat mogen we echt veel meer uitdragen. Ik hou niet van de term “praktijkgericht onderzoek”: onderzoek is onderzoek en het hbo heeft een goudmijn aan mogelijkheden voor onderzoek waar de wereld iets aan heeft. Bovendien is het voor je onderwijs enorm belangrijk om te weten wat de actuele stand van zaken is. Gelukkig komt het door de lectoren steeds meer op de kaart.’

Spannender?

Raden van toezicht lijken de laatste tijd vaker in het nieuws; in onderzoeken naar sociale veiligheid of een onveilige werksfeer (bijvoorbeeld het Rapport Van Rijn en het rapport over sociale veiligheid in het hoger kunstonderwijs) wordt steevast benoemd dat de raad van toezicht hier scherp op moet zijn. Bovendien is een mediarel snel geboren. Is het werk van toezichthouders daar moeilijker of spannender door geworden, ligt het meer onder een vergrootglas?

Oskamp relativeert: ‘Ik denk dat het meevalt en ik denk dat wij als raad van toezicht een heel duidelijke taakopvatting hebben. Wij staan verder van de organisatie af, en waar we toezicht op kunnen houden is dat de organisatie goed is opgetuigd. Het systeem met bijvoorbeeld vertrouwenspersonen en klachtenprocedures moet zichtbaar zijn en goed werken. Wij zijn met vijf kritische en ervaren mensen in de raad. Vanavond hebben we een zelf-evaluatie, hoe doen we het, waar halen we de informatie vandaan? We zitten in intervisiegroepen met collega-toezichthouders’, somt ze op.

‘Wij staan verder van de organisatie af, en waar we toezicht op kunnen houden is dat de organisatie goed is opgetuigd.’

Signalen over problemen op de werkvloer, sociale veiligheid, ongewenst gedrag of bepaalde incidenten, komen via het cvb bij de toezichthouders terecht, of via de incidentenregisters die AMC bijhoudt. In theorie is het mogelijk dat mensen binnen de HR de rvt rechtstreeks benaderen – stel dat ze bijvoorbeeld een probleem hebben met het cvb zelf -, maar dat is zeldzaam en ook niet echt de bedoeling, legt Oskamp uit: ‘Directe signalen uit de organisatie hebben we bij mijn weten de afgelopen jaren niet gehad. Voordat het zover komt, zijn er zoveel stappen en mogelijkheden geweest om dingen te melden en moet de hele “escalatieladder” zijn gevolgd, die eindigt bij het cvb. Het zou aanmatigend zijn te denken dat wij het beter weten.’

Tekst: Edith van Gameren
Foto: Frank Hanswijk

Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief!

Reacties

Laat een reactie achter

 

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Back to Top