Met de bouw gaat het goed, die verloopt volgens planning. Maar ook het onderwijs moet op de schop, werd in 2014 besloten. Hoe zien die plannen er precies uit en loopt ook daar de voorbereiding volgens planning?

‘Een paar dingen zijn duidelijk’, zegt Peter Karstel, directeur IBK (bedrijfskunde). ‘Het is niet zo dat er één instituut komt met een heleboel opleidingen, nee, veel blijft eigenlijk bij het oude. Er zijn en blijven vier economische instituten (COM, IFM, IBK en RBS), met hun eigen managers, directeuren en hun eigen onderwijsprogramma’s. De directeuren vormen wel samen een directieteam dat beleid op elkaar afstemt. Ook de propedeuses worden niet samengevoegd. Wat die vier instituten wel allemaal willen bereiken, is een stijgend rendement, een dalende uitval, gelijke kansen voor studenten van westerse en niet-westerse komaf en een sterkere binding met de beroepspraktijk.’

En er zijn nog wat wensen. Het onderwijs moet flexibeler: Het zou voor studenten makkelijker moeten worden om vakken uit verschillende opleidingen te kunnen combineren en zo meer zelf hun gewenste onderwijs vorm te geven. En het digitale leren moet een boost krijgen. ‘Dat zou echt meer aandacht moeten krijgen van het bestuur’, vindt Gerard van Assem, interim programmadirecteur. ‘We willen in kaart brengen welke docent wat al onder de knie heeft, wat elke docent minimaal moet kunnen en hoe we het niveau opkrikken van docenten die de benodigde kennis missen. Daar moet wat mij betreft extra geld naartoe. Overigens willen we leren op afstand en leren in de klas goed combineren. Leren op afstand alleen is niet voldoende.’

De nieuwe RBS wil daarnaast het eerste grote internationale domein worden waarin ondernemen en zakelijke ethiek centraal komen te staan. ‘We willen studenten bestand maken tegen de verleidingen van de financiële wereld’, zegt Karstel: ‘Dat zullen we dus een belangrijke plaats geven in het onderwijs.’

COM loopt voorop

Als het gaat om onderwijsvernieuwing loopt het instituut COM (commerciële economie) voorop. Het afgelopen collegejaar werd de opleiding opgesplitst in communities, duren de onderwijsperiodes maar vijf weken (minder vakken tegelijkertijd, maar meer achter elkaar), zijn er minder herkansingen, werd de zestigpuntenbsa ingevoerd, kunnen onvoldoendes worden gecompenseerd en is er een strakkere begeleiding. De andere economische opleidingen volgen de ontwikkelingen bij COM op de voet en overwegen soortgelijke maatregelen, maar om te zeggen dat COM als blauwdruk fungeert, gaat te ver, zeggen Karstel en Van Assem.

Karstel: ‘In de literatuur en het debat over onderwijsvernieuwing gaat het, net als bij COM, over kortcyclisch onderwijs (kleinere blokken), intensiever contact tussen docent en student en het invoeren van een compensatieregeling. Dat zijn elementen die je in verschillende vormen ook in het economisch onderwijs terug zult zien. De concepten van de opleidingen zijn pas gepresenteerd aan de onderwijscommissies. Die moeten er nu wat van gaan vinden en dan moeten de curriculumcommissies er nog vorm aan gaan geven. Alleen BIM (business IT & management) gaat een jaar later van start. Die opleiding wordt volgend jaar geaccrediteerd en we vinden het niet handig dat de opleiding in dat jaar een traject van onderwijsvernieuwing in gaat.’

De opleidingen zelf moeten besluiten welke maatregelen ze overnemen en hoe. Karstel: ‘Zie het economisch onderwijs van de toekomst als één grote familie waarvan de opleidingen allemaal unieke individuen zijn.’

Deeltijd nieuwe RBS

De deeltijdopleidingen van human resource management, bedrijfskunde MER, business IT & management, bedrijfseconomie en commerciële economie worden samengevoegd in één organisatieonderdeel onder leiding van één onderwijsmanager. Vorig jaar is een grote subsidieaanvraag voor de vernieuwing van het totale HR-deeltijdonderwijs door het ministerie van Onderwijs afgewezen.

‘Alsnog gaan we met de vorm die we toen hebben bedacht wel gewoon door’, legt Van Assem uit. Het deeltijdonderwijs gaat zich richten op werkende volwassenen met een flexibel aanbod van grote modules (van 15-30 studiepunten). De modules kunnen gestapeld worden en leiden uiteindelijk tot een diploma. Werkplekleren is een belangrijk onderdeel van het leerproces. Daarom is het verplicht om een relevante werkplek te hebben. Het onderwijsaanbod zal flexibel worden: er komt een mogelijkheid te versnellen of vertragen. Je kunt versnellen door vooraf toetsen of assessments te doen en geen les te volgen. De ambitie is om op termijn een deeltijd businessopleiding te ontwikkelen waarin studenten zich in diverse richtingen kunnen specialiseren.

Ondertussen worden er plannen gemaakt om de onderwijsondersteuning te stroomlijnen. In het nieuwe gebouw komen alle bedrijfsbureaus bij elkaar in één gang te zitten, en ook de directies zullen dicht bij elkaar gaan zitten. De bedrijfsbureaus zijn bezig afspraken te maken over de cijferadministratie bijvoorbeeld, of de tentamenadministratie.

In projectgroepen, waarin docenten en onderwijsmanagers van verschillende opleidingen en medewerkers van de diensten zitten, wordt onder andere gesproken over internationalisering, keuzevakken, minoren, toetsing, externe betrekkingen en financiën.

‘De onderwijsvernieuwing van het economisch domein is niet op 1 september 2017 afgerond’, zegt Karstel. ‘Het is een continu proces dat ook na 1 september zal doorgaan. Wel hebben de meeste opleidingen op 1 september voor het eerste jaar dat dan start een nieuw curriculum.’

Dorine van Namen

Illustratie: Demian Janssen