Waarin heb je je de afgelopen tijd ontwikkeld?

‘In het eerste jaar was ik vooral bezig met mijn eigen ontwikkeling. Ik was vooral gefocust op mijn eigen taken en vakken. Ik ben bijvoorbeeld in mijn eentje naar Malmö gegaan om de klimaatproblemen in die stad te onderzoeken.

Ik vind het leuk om dit soort uitdagingen aan te gaan, maar ik merkte vorig jaar ook dat de opleiding mij wel makkelijk af ging. Daarom ging ik op zoek naar die extra push om mezelf nog meer uit te dagen. Toen ben ik me veel meer gaan inzetten voor de hogeschool zelf. Ik kijk nu breder naar de hele opleiding en het werkveld om te ontdekken wat ik kan doen om niet alleen mezelf, maar ook anderen vooruit te helpen.’

Op wat voor manier heb je je ingezet voor de hogeschool?

‘Ik heb bijvoorbeeld meegeholpen met het organiseren van de introductieweek dit jaar. Het doel was dat de eerste- en tweedejaars meer binding zouden krijgen met elkaar. Daar plukken we nu al de vruchten van. Met studievereniging StuW, waarvan ik voorzitter ben, organiseren we dit jaar een kerstgala en we zien dat daar veel eerstejaars en tweedejaars op afkomen.

Daarnaast heb ik ook een summerschool georganiseerd, samen met hogeschool Zeeland en Texas Universiteit. Hun laatstejaarstudenten kwamen naar Nederland om in verschillende steden te kijken naar de adaptieve klimaatmaatregelen hier en wat ze daarvan in Amerika zouden kunnen leren.’

Welk schoolproject van jou werd het best beoordeeld?

‘Dat was het idee voor een groene fietsenstalling. Voor het vak klimaatadaptatie moesten we bedenken hoe we een straat in het Oude Noorden opnieuw zouden aanleggen om hem klimaatadaptief te maken. Zoals de straat nu is, kan ie de problemen door klimaatverandering in de toekomst niet aan. Wij moesten daarom met oplossingen komen.

Ik had het idee om een groene fietsenstalling te maken met een groen dak en daaromheen een soort van doorzichtige opbergbak voor het water. Het water valt op het groene dak en sijpelt in de wanden. Zo kan iedereen zien hoeveel water een regenbui bevat. De bewoners worden dan bewust van hoeveel water er nu valt op straat en waarom we ons moeten inzetten om klimaatverandering tegen te gaan. Het groene dak zorgt voor de vermindering van CO2, geluidsoverlast en meer biodiversiteit. De gemeente toonde interesse in het project en de hogeschool ook. Nu ben ik samen met een docent bezig om te kijken of we dat met een groepje studenten van verschillende opleidingen ook echt kunnen gaan maken.’

Wat vond je het leukst om te doen?

‘Het tofste vond ik de vijf dagen in Malmö. Met een climate scan hebben we de kansen en bedreigingen voor de stad in kaart gebracht. Dit deed ik samen met studenten uit Noorwegen, Zweden en Tsjechië. Dat heeft echt indruk op me gemaakt. Ik heb gezien hoe belangrijk internationale samenwerking kan zijn en hoe belangrijk de rol van Nederland kan zijn in watermanagement. Die kennis is wel nodig als je naar de klimaatproblemen kijkt. Er moet echt iets gebeuren, maar als we internationaal kunnen samenwerken dan geloof ik dat we erin kunnen slagen om de problemen door klimaatverandering het hoofd te bieden. We moeten met wateroverlast en droogte leren omgaan, en ik geloof dat dat dat kan met innovatie.’

Waarin wil je jezelf nog ontwikkelen?

‘Ik wil het beste voor iedereen en zoek daarom graag naar een compromis. Ik ben niet iemand die snel met de vuist op tafel slaat om mijn gelijk te krijgen. Tijdens bestuursvergaderingen merk ik dat ik het soms lastig vind om leiderschap te tonen. Daarin zou ik iets meer assertief en to the point willen zijn.’

Wat zijn je plannen in de nabije toekomst?

‘Ik zou graag voor mijn stage weer naar het buitenland gaan; ergens in een Europese stad droogte en wateroverlast oplossen. Venetië zou leuk zijn want daar is het probleem heel actueel.’

Tekst en foto: Wietse Pottjewijd

Volg ons op Instagram