Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
29 maart 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

‘Staat gaf rijke studenten meer geld dan arme’

Gepubliceerd: 1 February 2016 • Leestijd: 2 minuten en 38 seconden • Nieuws Dit artikel is meer dan een jaar oud.

Tot in de jaren zestig kregen rijke gezinnen meer kinderbijslag voor hun studerende kinderen dan arme. Het kost immers meer om een welgesteld kind op te voeden dan een kind uit een arbeidersgezin, was de gedachte.

Kansen in koninkrijkDe studiefinanciering kwam meer dan een eeuw lang vooral ten goede aan rijke families, staat in het zojuist verschenen boek Kansen in het koninkrijk – Studiebeurzen 1815-2015. Dat was ook nog zo in de jaren vijftig van de vorige eeuw.

Extra kinderbijslag
Vanaf 1953 mochten ouders de onderhoudskosten voor hun studerende kinderen aftrekken van de belasting en kregen ze bovendien extra kinderbijslag tot deze kinderen 27 jaar oud waren. Opmerkelijk genoeg werd deze steun groter naarmate de ouders meer verdienden.

Niet alleen de belastingaftrek was hoger, ook de kinderbijslag was destijds hoger voor mensen die meer verdienden. Een goede opvoeding van kinderen ‘op stand’ was nu eenmaal duurder dan die van arbeiderskinderen, was de gedachte.

Kinderen van Kamerleden
Pas in 1963 werd de kinderbijslag voor iedereen gelijk. Kort daarna verdwenen ook de speciale studietoelagen voor kinderen van Kamerleden, burgemeesters, artsen, hoogleraren en notarissen.

‘De standenmaatschappij ligt helemaal niet zo ver achter ons’, zegt de Leidse historicus Pieter Slaman, een van de onderzoekers wiens proefschrift is verwerkt in het boek. ‘Soms schrok ik echt van wat ik las over welk type student wel en niet thuishoort op een universiteit.’ De toegankelijkheid van het hoger onderwijs, nu een veelgehoord argument voor studiebeurzen, speelde tot ver in de twintigste eeuw nauwelijks een rol.

Natievorming
Het is 1815 als Koning Willem I besluit om de eerste beurzen uit te reiken voor onderwijs dat als doel heeft mensen ‘tot eenen geleerden stand in de maatschappij voortebereiden’. Met de beurzen wilde hij vooral de staats- en natievorming stimuleren, wat hem trouwens niet erg lukte. De Franstalige katholieken in het zuiden vertikten het bijvoorbeeld om met een rijksbeurs Nederlands te gaan studeren in Luik.

Vanaf 1850 kwamen er mondjesmaat meer beurzen voor talentvolle studenten. In het woelige revolutiejaar 1917 werd het aantal toelages flink uitgebreid en konden ook meer studenten van bijzondere universiteiten ervan profiteren. Zo hielpen de beurzen de tegenstellingen tussen standen en zuilen te verzachten.

Ook kwamen er beurzen die jongeren moesten verleiden om een opleiding te volgen waaraan de arbeidsmarkt behoefte had. Dat laatste werkt niet, concluderen de drie wetenschappers. Slaman: ‘Als je tweehonderd jaar geschiedenis op een rij zet, blijkt gewoon dat sturing met beurzen geen zin heeft. Studenten laten zich leiden door een toekomstidee, niet door een tijdelijk financieel voordeeltje.’

Basisbeurs
In de woelige jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw kwam er steeds meer kritiek op de studiefinanciering via de kinderbijslag. Er werd een explosief generatieconflict uitgevochten en twintigers vonden dat ze te lang hun hand moesten ophouden bij hun ouders. ‘Iedereen werd maar rijker en rijker, behalve studenten’, vat Pieter Slaman samen.

Toch duurde het nog tot halverwege de jaren tachtig voor de basisbeurs het levenslicht zag: een vast bedrag voor iedere student, ongeacht afkomst of inkomen van de ouders. Al snel bleek dat een onhoudbaar systeem, concluderen de auteurs. Het was simpelweg te duur. Bovendien bevoordeelde de basisbeurs nog steeds kinderen van rijke ouders omdat die geld kregen dat ze helemaal niet nodig hadden.

‘Dus zie je dat de basisbeurs sinds de jaren tachtig steeds verder is ingeperkt’, zegt Slaman. ‘Bij invoering bedroeg de beurs nog de helft van wat een student maandelijks uitgaf, nu kun je er amper een kamer van betalen.’ Bovendien moeten studenten sinds 1996 hun beurs terugbetalen als ze niet binnen tien jaar een diploma halen.

Einde aan voortrekken rijken
‘Met de invoering van het leenstelsel in 2015 lijkt voor het eerst in tweehonderd jaar een duidelijke keuze te zijn gemaakt om de toegankelijkheid van het hoger onderwijs voor lagere inkomensgroepen in het bijzonder te vergroten’, schrijven de auteurs.

Eigenlijk, beargumenteren ze, is er pas na tweehonderd jaar definitief een einde gekomen aan het voortrekken van de rijken en notabelen.

HOP, Petra Vissers

Het boek ‘Kansen in het koninkrijk. Studiebeurzen 1815-2015’ van Pieter Slaman, Wouter Marchand en Ruben Schalk is vanaf vandaag te krijgen. Het staat onder meer gratis op de website van de Dienst Uitvoering Onderwijs.

Over de strijd rond de basisbeurs schreef het HOP eerder.

Recente artikelen

Reacties

Laat een reactie achter

3 Responses to ‘Staat gaf rijke studenten meer geld dan arme’

  1. Uit mijn eigen studietijd (jaren 70) herinner ik me het volgende:

    Studenten met rijke ouders die goed met hun ouders overweg konden hadden geen probleem (dat zal trouwens meestal zo zijn).
    Studenten met arme ouders hadden ook geen probleem: zij kregen een studiebeurs waarvan ze redelijk rond konden komen. Veel rianter dan de latere basisbeurs.

    Wie hadden er wel een probleem: studenten van net iets minder rijke ouders die toch geacht werden de studie van hun kinderen te betalen en – de grootste groep – studenten van rijke ouders die ruzie hadden met hun ouders. Dat kwam toen heel veel voor: het z.g. generatieconflict.
    Die ouders streken gewoon de driedubbele kinderbijslag op, maar gaven hun kinderen geen cent, behalve als zij aan allerlei voorwaarden zouden voldoen (bepaald type kleding dragen, ‘s avonds om 10 uur thuis zijn etc.) Het was voor deze studenten onmogelijk om een studiebeurs te krijgen, behalve als hun ouders een z.g. weigerverklaring tekenden. Dat deden die ouders niet want: ‘ik weiger niet om voor je betalen, je moet alleen aan mijn voorwaarden voldoen.’
    Ik heb studenten meegemaakt die elke avond en elk weekend hotelkamers schoonmaakten om toch maar te kunnen blijven studeren. Vaak lukte het niet.

    Zelf had ik ‘rijke ouders’ (tweeverdieners, wat ik die tijd bijzonder was) en die stelden ook eisen: thuis blijven wonen, een deel van de huishouding doen en niet betaald gaan werken – dat zou maar afleiden van de studie. Het leek me handig er geen ruzie over te maken!

    Maartje

  2. Ik heb gestudeerd in de jaren ’10 en heb mijn studie zelf betaald; mijn ouders weigerde financieel bij te dragen. Mijn geld verdiende ik door de oogst en verkoop van walrussenmelk, een delicatesse in noordoost Azië. De verkoop was relatief eenvoudig. Eens per twee weken huurde ik een deel van een gekoelde container waarmee ik de melk naar retailers in Azië verscheepte.

    De uitdaging zat hem in de oogst. Logischerwijs had ik geen boerderij met walrussen tot mijn beschikking, ook wilde walrussen zijn niet te vinden in Nederland of omringende landen. De enige resterende optie was hierdoor diertuinen. Mijn werkwijze was uniek en voor zo ver ik weet is er niemand in de walrussenmelkindustrie met een vergelijkbare werkwijze. Gewapend met een emmer en een door mij gemodificeerde fietspomp sprong ik over de omheining in een duikpak. De gemiddeld responstijd van de bewakers/ verzorgers was ongeveer tien minuten, dus ik moest snel te werk gaan.

    Vrouwelijke walrussen van mannelijke onderscheiden is moeilijk, ook voor een ervaren walrussenmelker. Vaak “installeerde” ik mijn pomp op de gok, in de hoop dat er melk uit kwam. In het geval van een juiste gok duurde het vaak twee tot drie minuten voor ik mijn emmer had gevuld en maakte ik mijn get away.

    Van de winst die ik behaalde op een liter walrussenmelk kon ik ongeveer een week studeren. Ook al ben ik sinds een jaar niet meer werkzaam als walrussenmelker, ben ik nog wel actief als vrijwilliger in de industrie. Wekelijks geef ik voor cursussen en voorlichting aan beginnende walrusmelkers.

    Wat mij betreft mag de basisbeurs worden afgeschaft. Iedere student kan zelf zijn geld verdienen door te werken in een niche melkmarkt.

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Aanbevolen door de redactie

Back to Top