Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
26 april 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

‘Nee tenzij’ wordt ‘ja mits’ (maar misschien ook niet)

Gepubliceerd: 11 November 2014 • Leestijd: 5 minuten en 37 seconden • Longread Dit artikel is meer dan een jaar oud.

De cmr heeft gistermiddag waarschijnlijk ingestemd met het nieuwe organisatieplan van de diensten. Waarschijnlijk.

Maakt het iets uit of je ‘ja’ of ‘nee’ zegt, als er als voorbehoud eenzelfde ‘tenzij’ achter staat?

Ik eet deze appel op, tenzij hij niet lekker is. Ik eet deze appel niet op, tenzij hij lekker is. Feitelijk maakt het niets uit. Als de appel lekker is eet je hem op (en als hij niet lekker is, niet). Alleen de grondhouding is anders. Wie de appel weigert-tenzij, staat in eerste instantie negatief tegenover de appel. Wie de appel accepteert-onder-voorbehoud staat er positief tegenover.

Het lijkt haarkloverij. Toch is het de belangrijkste conclusie van de cmr-vergadering van gistermiddag: de grondhouding van de centrale medezeggenschapsraad (cmr) over de dienstenreorganisatie is van negatief naar positief gekeerd.

Achteraf werd deze draai echter weer in twijfel getrokken, omdat het ‘tenzij’ van de cmr voor sommigen te ver ging.

Mankementen
Tijdens de openbare cmr-vergadering van vanmiddag stond één thema op de agenda: ‘kws’, de voor medewerkers van de Hogeschool Rotterdam bekende afkorting voor ‘Kwaliteit Werkt Samen’. Onder die noemer worden de huidige negen diensten van de HR samengevoegd tot vier grote diensten. Dat moet ervoor zorgen dat medewerkers van de diensten beter gaan samenwerken.

De centrale medezeggenschapsraad zou gisteren haar definitieve groene of rode sein voor de reorganisatie afgeven. Dat zou gebeuren door al dan niet in te stemmen met het organisatieplan, waarin het cvb duidelijk maakt hoe de vier nieuwe diensten eruit komen te zien.

Dat organisatieplan, liet de cmr vorige week al per brief aan het college van bestuur weten, bevatte allerlei mankementen. De cmr wilde daarom niet instemmen, ‘tenzij het cvb akkoord gaat met het toezeggen van’ dertien inhoudelijke uitwerkingen (ter vergadering werd een veertiende punt toegevoegd) en zou reageren op openstaande vragen.

Bovendien eiste de cmr dat het cvb deze veertien ‘ontbindende voorwaarden’ aan de ‘hogeschoolgemeenschap’ bekend zou maken.

Die voorwaarden bevatten procedurele problemen en inhoudelijke vragen. Zo wil de cmr meer uitleg krijgen over het hoe en waarom van een speciale managementfunctie bij de dienst personeel en organisatie. En het wil meer duidelijkheid over de rol van een nieuw orgaan, de klantenraad. In de klantenraad moeten mensen uit het onderwijs meebepalen wat de diensten (in grote lijnen) doen, zodat de diensten nooit te ver van het onderwijs kunnen afdwalen. De cmr heeft tevens vragen over de managementstructuur en de organisatie van de bedrijfsbureaus van de diensten.

Het voorstel van de cmr aan het college van bestuur was om pas later met de specifieke uitwerking op alle veertien punten in te stemmen. Als het college daarmee akkoord zou gaan, dan zou de cmr met het organisatieplan instemmen.

Plotseling ingestemd
Collegelid Jan Roelof leek er gisteren de vaart in te willen houden, toen hij direct alle voorwaarden van de cmr omarmde. Hij zei het stuk voor stuk belangrijke punten te vinden die hij ‘herkende en erkende’. Hij wilde aan sommige voorwaarden al in december voldoen, anderen kon hij op langere termijn regelen.

Vervolgens deed Jan Roelof een procedureel voorstel om de zaak nog wat verder te bespoedigen. Het cvb zou direct met het IOD (InspraakOrgaan Diensten) zaken doen in plaats van met de cmr.

(Het cvb heeft een deadline op 1 januari, legde Jan Roelof eerder uit in Profielen: alleen in een wat langere vakantie kan de administratieve omschakeling van negen naar vier diensten plaatsvinden. De kerst- en zomervakantie volstaan, maar wachten op de zomer wil het cvb liever niet.)

Cmr-voorzitter Fons van Maldeghem schorste na dit voorstel de vergadering om met de cmr-leden onderling over het voorstel van Roelof te praten. Toen de vergadering tien minuten later werd hervat, had de cmr ook al over het voorstel gestemd: de cmr ging niet akkoord met procedurele shortcuts. De leden hadden vrijwel unaniem gestemd voor het behandelen van de veertien punten volgens de ‘normale route’.

Op zich niet erg schokkend, ware het niet dat even later bleek dat met dit besluit kennelijk ook was ingestemd met het organisatieplan. In afwezigheid van het cvb en andere toehoorders (zoals ondergetekende) nam de cmr een besluit waar al bijna een jaar reikhalzend door het bestuur naar wordt uitgekeken. Het groene sein is gegeven: de dienstenreorganisatie kan doorgaan. De deadline van 1 januari zou nog gehaald kunnen worden.

Maar dat vond niet iedereen goed nieuws.

Problemen achteraf
De manier waarop de cmr voor die positievere ‘ja, mits’ stemde, was voor sommigen zo moeilijk te vatten dat zij pas na instemming problemen begonnen te zien. Zo kwam medeopsteller van het organisatieplan Ard van Aken (als directeur personeelszaken medeverantwoordelijk voor de reorganisatie) pas achteraf met bezwaren over de ‘voorwaarden’ die de cmr had gesteld. En daarmee bracht hij de hele instemming weer in gevaar.

Zo was punt acht van de veertien voorwaarden deze: de cmr zou instemmen met het organisatieplan als het bestuur ‘een nadere uitwerking van de vier nieuwe diensten’ zou geven, waarbij de cmr ook de ‘werkprogramma’s 2015’ wilde zien.

‘Ter instemming aan het IOD (het inspraakorgaan diensten, OL)’, stond achter dit achtste punt.

Maar het inspraakorgaan diensten hééft helemaal geen instemmingsbevoegdheid, bracht Van Aken in. En de cmr heeft trouwens ook niet de bevoegdheid om met werkplannen in te stemmen. Dat is veel te gedetailleerd en hoort onder de verantwoordelijkheid van de directeur. ‘Zit de cmr zichzelf hier nu in overleg met de cmr extra bevoegdheden toe te delen? Dat vind ik nogal wat’, fulmineerde Van Aken.

Volgens Van Aken zou er een onwerkbare situatie ontstaan als hij zijn werkprogramma eerst met zijn medewerkers zou moeten opstellen om vervolgens maar af te moeten wachten of het IOD ermee akkoord zou gaan. Moest hij als directeur nou verantwoording afleggen aan het cvb of aan de medezeggenschapsorganen? ‘Als dit zo blijft staan weet ik gewoon niet wat ik moet doen als ik morgen op mijn werk kom.’

Ultieme dreiging
De discussie na de instemming duurde inmiddels zo lang dat ondertussen meerdere leden van de cmr (studenten en medewerkers) hun jas pakten en vertrokken. En de discussie kwam pas tot een eind toen Lester Verhoef, voorzitter van de studenten van de medezeggenschapsraad in duidelijke bewoordingen de ultieme consequentie voor het bestuur schetste: niet instemmen met deze (of andere) voorwaarden betekent einde verhaal voor de instemming van de cmr.

Nu had die instemming de facto al plaatsgevonden, achter gesloten deuren weliswaar, maar het dreigement was hard genoeg om het cvb tot een schorsing te nopen. Jan Roelof kwam daarna terug met de mededeling dat wat hem betreft zijn eerdere toezegging bleef staan. Hij voegde daar echter zelf ook weer nieuwe voorwaarden aan toe: hij wilde alle dertien punten in één keer met de cmr regelen. Dus geen instemming door het IOD, zoals bij punt acht stond, maar alleen door de cmr.

Roeloef benadrukte tevens dat het hier een unieke situatie betreft en dat de cmr nu niet voor altijd instemming op werkprogramma’s hoeft te verwachten.

Dat wilde de cmr wel accepteren, alleen was er ondertussen wel een nieuw probleem ontstaan: omdat er al zoveel leden weg waren gegaan, kon er niet meer over dit nieuwe voorstel gestemd worden. Er moet namelijk een minimumaantal leden aanwezig zijn voor het goedkeuren van besluiten (minimaal de helft van het aantal leden plus één) en dat haalde de cmr niet meer.

Jan Roelof ging echter gewoon door met constateren dat er een ‘ja,mits’-situatie was ontstaan en dat hij ‘door kon met kws’.

Dat werd niet weersproken door de nog aanwezige cmr-leden. Maar ook niet bevestigd – wat door een gebrek aan voldoende leden ook niet had gekund. Daar leek aan het eind van de lange en verhitte vergadering echter niemand zich meer druk om te maken.

De vraag is nu of de eerste instemming van de cmr blijft staan, terwijl de voorwaarden voor die instemming achteraf veranderd zijn. De cmr stemde in met de ‘normale route’ voor de dertien punten zoals die op papier stonden (en de ene die werd toegevoegd tijdens de vergadering), ongewijzigd. Dus ook met instemming op punt acht door het IOD.

Als de voorwaarden voor instemming na instemming veranderen, wat is dan de status van die instemming? Het lijkt er daarom op dat nu zelfs de meest marginale conclusie weer op losse schroeven is komen te staan: Heeft de cmr nu wel of niet officieel de draai gemaakt van ‘nee, tenzij’ naar ‘ja, mits’? En maakt dat nog iets uit?

Olmo Linthorst

Recente artikelen

Recente reacties

Reacties

Laat een reactie achter

Comments are closed.

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Aanbevolen door de redactie

Back to Top