Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
4 mei 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

Blog Demian: Gevallen vrouwen, bloed en bami

Gepubliceerd: 2 June 2015 • Leestijd: 3 minuten en 42 seconden • Demian Janssen Dit artikel is meer dan een jaar oud.

Afgelopen vrijdag troffen mijn vriendin en ik een bewusteloze vrouw aan in de brandpoort. Wij waren onderweg naar mijn ouders aan de zonovergoten west coast van Nederland. Druk babbelend baanden wij ons een weg door de stille straatjes en brandpoortjes tot wij beiden plotsklaps halt hielden.

 Gevallen vrouwen, bloed en bami

Even verderop, op de kruising van verschillende brandgangen, zagen wij een rode bol op de grond liggen. Het bleek een capuchon. Was er iemand onwel geworden, of slachtoffer van een geweldsdelict? Met ingehouden pas kwamen we dichterbij, benieuwd wat we om de hoek zouden aantreffen. Rode trui met capuchon, trainingsbroek en plastic Crocs zonder sokken. Geen van onze vragen was hiermee beantwoord. Wel was er bloed te zien, op haar handen en op de grond. Zwart bloed, dus ze lag er al een tijdje.

Ik boog voorover en vroeg of alles goed was. Hierop bewogen de handen en het hoofd, ze was in ieder geval nog in leven. Het was een vrouw van rond de vijftig, haar haar was bedekt met een muts en capuchon. Ze had blijkbaar net iets te eten gehaald, want onder haar rechterarm lag een plastic tasje met een verpletterd bakje bami. De print op het bakje vertelde ons, ondanks de beperkte zichtbaarheid, dat de bami afkomstig was van het plaatselijke Chinees-Indische afhaal- en wokrestaurant, een stukje verderop.

Onhandig en bibberend hees ze zichzelf op haar knieën. Het bloed was afkomstig van een nare jaap in haar kin en voorhoofd en van schaafwonden op haar handen, maar ernstig leek het niet. ‘Gaat alles goed hier?’, vraag ik onhandig. Het antwoord blijft nog even uit. Mijn vriendin staat enkele meters achter me en bekijkt de situatie met een schuin oog. ‘Ik…ik weet niet wat er gebeurd is…’, zegt ze met dubbele tong. Ik kan niet met zekerheid zeggen of ze enorm donkere ogen had of dat haar pupillen abnormaal groot waren.

Het verdere gesprek verloopt warrig. Ze heeft geen dokter of politie nodig, zegt ze. In eerste instantie verklaart ze dat ze waarschijnlijk een epileptische aanval heeft gehad en van haar fiets is gevallen. Ik bied haar een flesje water aan dat toevallig in mijn tas zit. Ze neemt een paar slokken en zegt dat ze medicijnen in haar tas heeft. Ik kijk rond en zie dat er in geen velden of wegen een fiets of rugzak te bekennen is.

Ze wil het flesje water teruggeven, maar dat is inmiddels bedekt met modder en bloed. ‘Houd maar hoor’, bied ik aan. Ze begrijpt het gelukkig. ‘Jaaa, je weet nooit wat iemand heeft hè? Ik heb het gelukkig wel altijd schoon gedaan.’ Nu pas valt het haar op dat er bloed in het spel is. Paniekerig kijkt ze naar haar handen. Mijn vriendin geeft haar een servetje van de kiosk waarmee ze haar handen zo goed mogelijk afveegt.

We staan hier nu al tien minuten en zijn nog steeds niets wijzer geworden. ‘Weet u zeker dat u een tas en fiets had?’ Ze denkt van wel. ‘Kunt u zich iets herinneren van het vallen?’ Ze heeft werkelijk geen idee. ‘Bent u misselijk of duizelig of heeft u hoofdpijn?’ vraag ik conform de EHBO-app die al zo lang op mijn telefoon staat. Zij zegt van niet, maar ik geloof er geen snars van. Ze werkt bij de GGZ, zegt ze, maar naar aanleiding van haar verhaal kan ik haar aan twee kanten van de zorg plaatsen.

Ik hijs haar overeind en moet haar ondersteunen. ‘Ik kan wel zelf staan hoor’, zegt ze. ‘Nou, dat zullen we maar niet doen anders gaat u weer op uw muil’, grap ik met de beste bedoelingen. Ik vraag me af wat ik ermee aan moet. Het eten zou al op tafel staan, enkele meters van ons vandaan, en dit schoot niet op. Ik ben verrast door mijn ongeduld en iets wat zelfs lijkt op verveling. Had ik ook zo gereageerd als ze een dure bontjas aan had gehad? Of als er wel een fiets had gelegen?

Ik vraag haar waar ze naartoe op weg was. ‘Eéntje verder’, zegt ze met een armgebaar vol willekeur. Ik loods haar een stukje de brandpoort door en we komen zelfs langs de achtertuin van mijn ouders. Even overweeg ik of ik haar binnen moet laten, maar zonder om te kijken lopen we er voorbij. Ze zegt in welke straat ze woont, en ik besef dat we terug moeten. Door het drugs- en alcoholgebruik in die wijk, werd ons als kind geïnstrueerd ‘bij die mensen vandaan te blijven’.

Toen ik even later thuis dit verhaal vertelde, bleek dat het hoogstwaarschijnlijk om dezelfde vrouw ging die mijn moeder een paar maanden eerder ook tegenkwam, zij het onder minder erbarmelijke omstandigheden. Ze kwam toen onze tuin uitgelopen en brabbelde iets over dat we onze tuin beter moesten afsluiten. Zij kon het weten, want ze was onze keuken binnengewandeld en had een hanglamp van het plafond geknipt. Sindsdien hebben we een groot gietijzeren hek om de achtertuin.

Samen strompelen we de brandpoort uit richting de straat. Ze kan het van hieraf wel zelf en vraagt wat ze me verschuldigd is. Ik ben een beetje verbaasd. Symbolisch gaat ze al haar zakken af die, vanaf waar ik sta, aardig leeg lijken. Ik bedank haar vriendelijk en zeg dat dat helemaal niet nodig is. Ik geef haar de instructie om als ze thuis is toch de politie maar te bellen en een doktersafspraak te maken. Dit gaat ze ook doen, maar pas na een warm bad, zegt ze. Ik wens haar succes en alsnog een fijne middag, zij bedankt ons en hoopt voor ons hetzelfde.

Gevallen vrouwen, bloed en bami

Demian Janssen is derdejaars illustratie aan de Willem de Kooning Academie. Zijn hart gaat uit naar het beeldverhaal en naar redactioneel werk.

Recente artikelen

Recente reacties

Reacties

Laat een reactie achter

Comments are closed.

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Aanbevolen door de redactie

Back to Top