In totaal vulde 39,2 procent van de Hogeschool Rotterdam-studenten de enquête in. De HR zit de laatste jaren steeds rond de 40 procent, vorig jaar was het 41,4. De score is vergelijkbaar met die van de Haagse Hogeschool (40,0) en Inholland (37,1), twee andere grote hogescholen in de Randstad. De Hogeschool Utrecht (34,6) en de Hogeschool van Amsterdam (32,9) doen het minder goed. De landelijke respons voor alle hogescholen zit op een gemiddelde van 40,7 procent.

Mediatechnologie

Binnen de HR zijn er wel duidelijke verschillen. Tegenover topper WdKA (nu 47, vorig jaar 43 procent) staat bijvoorbeeld het instituut CMI met 34 procent. Op opleidingsniveau zijn er nog grotere verschillen. Bij CMI wordt de score naar beneden gehaald door mediatechnologie waar maar 14 procent (26 van de 183 studenten) de moeite nam om zijn opleiding te beoordelen.

De lage respons wordt voor een deel veroorzaakt doordat de opleiding vorig jaar is opgegaan in creative media and game technologies; eerstejaars zijn er niet meer en dat zijn precies de studenten die het meest geneigd zijn de NSE in te vullen.

De respons bij de ouderejaars ten opzichte van de eerstejaars is ‘zoals gewoonlijk’ lager. Dat geldt ook voor de deeltijders en masterstudenten ten opzichte van de bachelorstudenten. De memo op Hint over de NSE-respons legt uit dat dit komt omdat ‘voltijd-studenten en eerstejaars veel beter bereikbaar zijn met responsverhogende activiteiten zoals klassikaal invullen’.

Respons van 100%

Goed scorende opleidingen zijn onder andere entrepreneurship (71 procent), de associate degree crossmediale communicatie (58 procent) en de master autonoom beeldende kunst waar maar liefst alle 25 studenten een oordeel gaven. Een respons van 100 procent.

‘Iedere opleiding heeft z’n eigen manier van oproepen. Sommige instituten en opleidingen doen aan klassikaal invullen. En het invullen kan tegenwoordig ook op je mobiel’, reageert Charlotte Smitshoek van de dienst concernstrategie op de hoge scores. ‘Een hoge respons komt meestal ook nadat de opleiding duidelijk maakt dat ze de uitkomst van de NSE belangrijk vindt.’

Verbeteringen na NSE

Dat belang is er ook daadwerkelijk, want de uitkomsten worden gebruikt om verbeteringen door te voeren. Smitshoek: ‘Het collegebestuur gebruikt (onder andere) de NSE als vertrekpunt voor het gesprek met de instituten. Het doorvoeren van verbeteringen loopt via het managementteam, dus directie én onderwijsmanagers, in overleg met de onderwijsteams.’ Een voorbeeld is IvG (instituut voor gezondheidszorg) waar onlangs, na kritiek in de NSE over de vele roosterwijzigingen, maatregelen zijn genomen.

De uitkomsten van de NSE worden in mei verwacht.

Jos van Nierop