Ga direct naar inhoud
Profielen | Profielen translated
27 april 2024

Zwart logo Profielen

Onafhankelijk nieuws van de Hogeschool Rotterdam

Het grote afscheidsinterview met Ron Bormans

Gepubliceerd: 29 June 2023 • Leestijd: 10 minuten en 30 seconden • Het Grote Interview

De afgelopen elf jaar gaf Ron Bormans als voorzitter van het college van bestuur leiding aan de Hogeschool Rotterdam. Tien jaar geleden spraken we hem uitgebreid toen hij net in dienst was. Nu, op de dag van zijn afscheidsfeest, blikt hij terug en kijkt hij vooruit: ‘De vraagstukken rondom het studiesucces van studenten uit Caribisch Nederland hebben mijn hart gestolen. Daar blijf ik me voor inzetten.’ 

Profielen spreekt Bormans in z’n kamer in de laagbouw van Museumpark, de chique directeurskamer van het voormalig Unileverpand. Op z’n bureau staat een cadeautje. Hij gaat de laatste weken vrijwel nooit met lege handen naar huis: mensen bestellen gebakjes, brengen bloemen met lieve kaartjes en wensen de bestuurder het allerbeste. Hij is dankbaar voor alle contacten die hij de afgelopen jaren opdeed, maar ook een beetje weemoedig: ‘Om het in voetbaltermen te beschrijven: ik heb het gevoel dat we als hogeschool klaar zijn om de finale te gaan spelen, maar dat ik net buiten de selectie ben gevallen. En daar baal ik van. Maar tegen vrienden zeg ik wel eens: Het is ook goed voor het spel dat er doorgeselecteerd wordt.’

In 2013 zei je in een eerste interview met Profielen: ‘De start van mijn huwelijk met het hoger onderwijs was gearrangeerd, een verstandshuwelijk. Maar m’n relatie met het hbo is inmiddels een echte liefdesrelatie geworden. In elk geval wat mij betreft.’ Hoe is het nu met de liefdesrelatie?

‘Het huwelijk heeft zich hier in Rotterdam alleen maar verder verdiept met de daarbij horende hoogtepunten én ergernissen. Het mooie aan het hbo vind ik dat we het snijvlak zijn van het aardse beroepsonderwijs en het reflectieve wetenschappelijke onderwijs. Als ik een vraagstuk heb, dan loopt er hier op school altijd wel iemand rond die er meer verstand van heeft dan ik. Het is heel praktisch, het stijgt niet op. Ik voel me daar als mens goed bij thuis.’ 

Waar zitten de ergernissen? 

‘Vooral in de alledaagse dingen die niet goed gaan. Er gaan honderdduizend dingen goed, maar soms gaat er ook wat fout en daar kan ik me dan aan ergeren. Niet omdat er geen fouten gemaakt mogen worden, maar omdat het vaak over jonge mensen gaat die door onze beslissingen met hun vingers tussen de deur kunnen komen. En dat is soms pijnlijk. Als bestuur neem je beslissingen en creëer je condities waarin mensen moeten werken of studeren. Als voorzitter ben je voor alles eindverantwoordelijk. Als je dat letterlijk neemt dan heb je een rol die niet te dragen is, maar formeel is dat wel zo. 

Overigens moet je dat ‘ergeren’ ook in perspectief zien. De afgelopen jaren zijn we van 30.000 naar 40.000 studenten gegroeid. Niet alle opleidingen zijn even hard gegroeid, op sommige plekken is het heel hard gegaan. Als je dan ziet hoe goed het ons is gelukt die groei te accommoderen en met een zekere rust nieuwe gebouwen en roosters te maken, goede mensen aan te nemen, dan ben ik ook heel trots. Ik heb het andere bedrijven nog niet zo zien doen. Dus die ergernis zit in de marge.’ 

Wat is volgens jou de grootste verandering sinds dat eerste grote interview?

‘De vraag die ik me de laatste maanden vaak heb gesteld is: is de wereld veranderd of zijn wij veranderd? We waren in het onderwijs altijd heel erg met onszelf bezig, maar de afgelopen tien jaar is er veel ingrijpends gebeurd dat de hogeschool is binnengekomen. Denk aan grote arbeidsmarktvraagstukken – hoe krijgen we meer balans in de grote toestroom van studenten in het economisch domein aan de ene kant, terwijl er zoveel meer vraag is naar technisch, verplegend en onderwijzend personeel aan de andere kant. 

‘Hoe bedienen we een arbeidsmarkt die steeds harder schreeuwt om mensen, terwijl demografisch gezien “de kinderen op zijn”? Maar ook maatschappelijke onrust – denk aan terroristische aanslagen in Europa, radicaliserende jongeren, oorlog op het continent, de onthoofding van leraar geschiedenis en maatschappelijke vorming Samuel Paty, het al dan niet hijsen van de pride-vlag op de HR-panden, Black Lives Matter. Daar moesten we ons toe verhouden. Die vraagstukken komen niet terug in dat eerste interview, dat is wat mij betreft een teken van de tijd.’ 

Is het de taak van de hogeschool om zich daarmee bezig te houden?

‘Als er in de samenleving iets spannends gebeurt, dan zou je dat buiten de deur kunnen houden omdat studenten naar de hogeschool komen om een vak te leren. Ik heb dat altijd een veel te smalle opvatting van het onderwijs gevonden. Het is extreem belangrijk  om studenten te leren om burger te zijn en ze daar de ruimte voor te bieden. Voor mij is de essentie van het onderwijs dat we mensen wegwijs maken in de wereld. En de wereld is groter dan een set vaardigheden die nodig is voor de beroepsuitoefening.’ 

In 2013 scoorde veertig procent van de bacheloropleidingen een onvoldoende in de Keuzegids. Je dacht toen dat de kwaliteit van het bacheloronderwijs en studenttevredenheid niet genoeg aandacht kregen. Hoe gaat dat nu?

‘Vanaf dag één ben ik gaan sturen op onderwijskwaliteit en studenttevredenheid, daar heb ik toen het woord FOCUS aan gekoppeld. Ik wilde dat een diploma van de Hogeschool Rotterdam een solide diploma was, dat we mensen met vertrouwen de samenleving in stuurden. Ik zat daar stevig op om een signaal af te geven: ik was tijdens mijn kennismakingsperiode wat mensen tegengekomen die een positiever beeld van de hogeschool hadden dan ik fair vond.

‘Groeiprocessen zijn geen rechte lijn omhoog, het meandert. Gelukkig zitten we nu niet meer aan de onderkant van de lijn. We deden het weer beter in de laatste Nationale Studenten Enquête (NSE) waar we gemiddeld genomen een stap voorwaarts hebben gezet en we komen een beetje uit de post-corona-dip.
Het is niet alleen dat het door mij komt dat het nu goed gaat – integendeel, dat is een collectief iets. Die hogeschool is niet van mij, die heeft een eigen ziel en identiteit en daar heb ik elf jaar lang leiding aan mogen geven of de vertegenwoordiger van mogen zijn, maar het is nooit van mij geweest. Ik kon niet aan een paar knoppen draaien om dingen te veranderen, dat hebben we echt met z’n allen gedaan.’ 

In 2013 vroegen we je hoe studenten betrokken werden bij de studenttevredenheid, toen zei je: ‘Laat studenten meepraten. Dan kan je ze ook medeverantwoordelijk maken. Als je rekening houdt met hun wensen, mag je ook meer van studenten verwachten, kan je ook zeggen: “Oké, ik ga het anders doen, en nu jij.” Hoe gaat het met de stem van studenten in de organisatie? 

‘Als je kijkt naar de participatie in formele zin, in de medezeggenschapsraden, dan zie je dat het niet goed gaat. Het aantal mensen dat zich verkiesbaar stelt of dat gaat stemmen, krimpt jaar na jaar. Het heeft crisis-achtige proporties aangenomen. 

‘We zijn niet de democratische hogeschool geworden die ik zou willen dat het was. Misschien heeft dat iets te maken met de tijdgeest, maar daar wil ik me niet achter verschuilen. Ik heb het een plek gegeven in hoe ik mijn werk deed, ik ben studenten gaan opzoeken. In de formele structuren, maar ook daarbuiten. Zo heb ik veel studenten uit Caribisch Nederland aan tafel gehad om te horen hoe het voor hen is om 9000 kilometer te vliegen om hier te komen studeren. 

‘En als ik wat tijd tussen meetings heb, zoek ik studenten op. Als er dingen spelen, probeer ik in gesprek te komen. Dat doe ik niet alleen omdat ik het belangrijk vind, ik vind het ook leuk. Een van de charmes van dit werk is voortdurend verbonden blijven met de jeugd, het houdt me jong.’  

Destijds wilde je weg van het rendementsdenken. Ook studenten met een minder passende vooropleiding moesten hier aan de slag kunnen. Je zei toen: ‘Ik vind het belangrijk om duidelijk te zijn tegen studenten: “Als jij met die vooropleiding die studie wilt gaan volgen, is de kans groot dat je het niet redt. Ben jij toch gemotiveerd om dat te doen, dan ben je bij ons van harte welkom.” Hoe heeft dit uitgepakt? 

‘Deels is dat gelukt, deels niet. In 2016 lanceerde ik het plan voor een verplicht schakeljaar voor mbo’ers die onvoldoende voorbereid waren op het hbo maar die stap toch wilden zetten. We zagen dat steeds meer studenten uitvielen. Eerst vielen er meer mannen uit, maar daarna ook de vrouwelijke studenten met migratie-achtergrond terwijl die bij ons altijd succesvol waren. Toen vond ik dat we in moesten grijpen. Want de mbo’er deed het – in tegenstelling tot de beeldvorming – altijd relatief goed.

‘Het verplichte schakeljaar is er niet gekomen voor alle opleidingen, er zijn wel wat schakelprogramma’s gekomen voor de pabo en het economisch onderwijs. Daarbovenop is er meer aandacht gekomen voor het vergroten van studiesucces. In de vrije ruimte op het mbo worden studenten bijvoorbeeld voorbereid op de volgende stap. Door al die dingen samen zijn slagingskansen van mbo’ers en havisten nu weer even groot.’

In 2013 moest er meer geld naar het onderwijs en werd bezuinigd op de diensten. Nu zitten we weer in een situatie waarin bezuinigd wordt op de ondersteuning. Is er genoeg geld beschikbaar voor het onderwijs?

‘Ik kan niet zeggen dat we de afgelopen elf jaar slecht behandeld zijn als het over geld gaat, dat zou ongepast zijn richting de ministers die zich voor ons hebben ingespannen. En de sector krimpt, er worden minder kinderen geboren, dus er komen minder studenten. Ik denk dat de budgetten onder druk komen te staan en het vraagstuk financiën steeds hoger op de agenda’s zal komen.

‘In mijn ogen staat het hbo op een kantelpunt: hoe ontwikkelen hogescholen zich om aantrekkelijk te blijven voor aankomende generaties studenten? Ik heb hier op verzoek van de Vereniging Hogescholen een rapport over geschreven en ik denk dat hogescholen op termijn “professioneel georiënteerde universiteiten” moeten worden. Ook in het hbo hebben studenten recht op van onderzoek doordrongen leeromgevingen. Ook in het hbo moet je je opleiding op masterniveau kunnen afsluiten. Door gebrek aan onderzoekssubsidies kunnen we die stap niet zetten. We hebben geld nodig om ons te kunnen positioneren. Dat gaat de universiteiten trouwens ook helpen. Je ziet dat zij last hebben van massaliteit terwijl hogescholen gaan krimpen, daar heeft niemand wat aan. 

‘We hebben professionals nodig die goed opgeleid zijn én nieuwe dingen kunnen verzinnen. Na hun afstuderen komen ze in een beroepscontext te werken die niet “fixed” is. Vrijwel alle beroepen zijn in transitie. En daar moeten we de professionals van de toekomst beter op voorbereiden. Dus als je het mij vraagt, moet dit een landelijk issue worden.’ 

Ben je een mens van vertrouwen of controle, vroeg Profielen je aan het begin van je HR-carrière. Toen antwoordde je: ‘Ik vind tegenspraak heel belangrijk, maar dat is wat anders dan dat ik ervan hou. Vaak vind ik tegenspraak irritant en reageer ik niet altijd volgens het boekje. Integendeel. Maar ik ben me er heel goed van bewust dat je fouten gaat maken als die tegenspraak er niet is.’ Heeft elf jaar besturen hier iets aan veranderd?

‘Wat ik toen zei, is het eerlijke verhaal. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat feedback extreem belangrijk is, maar ik weet ook dat sommige mensen het spannend vinden om mij feedback te geven. Want als mensen mij aanspreken op wat ik niet goed doe, vind ik dat niet altijd plezierig. Maar ik waardeer het wel, hoewel ik dat niet altijd meteen laat merken.

‘Als mensen mij prikkelen door interessante dingen te zeggen, ga ik “aan”. Dan ga ik naar voren zitten, m’n stem verheffen en soms zet ik dan ook al m’n overtuigingskracht in om de kracht van de argumentatie te testen. Dat kan intimiderend overkomen, maar zo is het niet bedoeld. Respect staat voor mij voorop. Het zijn juist deze gesprekken waar ik ‘s avonds nog eens over nadenk, ze beïnvloeden mijn denken en m’n kijk op de wereld. Het heeft me een betere bestuurder gemaakt.’ 

In je welkomstinterview vertelde je ook iets over de rolverdeling thuis: ‘Ik vind het niet meer dan normaal om mijn deel van het werk in huis te doen. Ik doe heel vaak de was in het weekend. Dat heeft iets. Dat vind ik fijn. En ik strijk zelf m’n overhemden.’ Is dat zo gebleven?

‘Ja! Ik was en spaar m’n overhemden op  – ik heb gelukkig een behoorlijke voorraad – tot ik tijd heb om te strijken. Op m’n studeerkamer staat een hometrainer en daar hangen ze aan tot ik op een regenachtige zondagmiddag de strijkplank uitklap. Dat wassen en strijken heeft iets lauterends. In een interview met NOS-verslaggever Gerri Eickhof las ik dat hij in het weekend de wasmachine aanzet en dan in het venster van de wasmachine gaat zitten kijken. Zo bont maak ik het nog net niet. Ik kies meestal een praatprogramma uit dat ik aanzet tijdens het strijken. En als ik klaar ben, hang ik de hemden buiten want daar gaan ze zo lekker van ruiken. Echt, dan ben ik een gelukkig man.’

Gelukkig heb je daar vanaf september nog meer tijd om te strijken. Of heb je andere plannen?  

‘Om te beginnen ben ik beschikbaar om alle complexe dossiers goed over te dragen aan mijn opvolger. Dat vind ik belangrijk en heb ik met mijn Raad van Toezicht afgesproken. Daarnaast heb ik heel veel plannen! Ik heb me de afgelopen jaren ingespannen voor studenten die uit Caribisch Nederland naar Nederland komen om te studeren en dat zal ik blijven doen. Er is geen categorie studenten die we het leven zuurder maken dan deze, terwijl we samen met hen het Koninkrijk vormen. De vraagstukken rondom het studiesucces van deze jonge mensen hebben mijn hart gestolen. Deze studenten hebben er soms eerder last van dat hun geboortegrond onderdeel is van het Koninkrijk dan dat ze er voordeel van hebben. Ze mogen bijvoorbeeld wel met Europese subsidie in Vlaanderen studeren, maar niet in Nederland. 

‘In opdracht van de vier betrokken onderwijsministers is de Strategic Education Alliance (SEA) opgezet, ik ben daar samen met de rector van de universiteit van Curaçao voorzitter van. Er komt vanuit de Ministeries van Onderwijs geld om die studenten een alternatief te bieden. Ze kunnen daarmee ook naar Nederland reizen, maar ook naar de andere eilanden om daar kennis op te doen en te delen. De eerste beurzen worden dit jaar uitgereikt.

‘En ik heb het idee van een schakeljaar nog niet losgelaten. Er wordt gewerkt aan een pre-academic programme op locatie zodat studenten beter voorbereid zijn op hun studie in Nederland. Curaçao en Aruba hebben daar al ervaring mee en dat willen we verder uitbouwen. Daarnaast moet de opvang hier verbeterd worden.

‘Ik denk dat er meer betekenisvol werk op m’n pad gaat komen. Ik wil jonge mensen helpen met onderwijs en coaching en daarnaast wil ik heel graag een boek schrijven waarin ik reflecteer op veertig jaar hoger onderwijs. Ik ben nog een beetje aan het bedenken wat voor vorm dat moet krijgen en voor wie het is. M’n vrouw vroeg laatst: wie denk je dat dat wil lezen? Dat vond ik een wat confronterende maar goede vraag. Voor dat antwoord ga ik eens uitgebreid de tijd nemen de komende maanden.’

Tekst: Tosca Sel
Animatie: Demian Janssen
Foto 2023: Darice de Cuba

Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief!


Reacties

Laat een reactie achter

One Response to Het grote afscheidsinterview met Ron Bormans

  1. Zoo mooi man en zo herkenbaar
    Gaan we ook nog een plan maken om meer mensen enthousiast en bekwaam te maken voor het vak van leraar ?? Waren we ooit van plan .. mooi ook je inspanning voor onze Caribische studenten .. ( ik heb zelfs klein kinderen van de eilanden )
    Wanneer is je afscheid ?
    Vr gr bernard ( fransen )

Spelregels

De redactie waardeert het als je onder je eigen naam reageert.

  1. Comments worden door de redactie gemodereerd. 's Avonds en in het weekend gebeurt dat niet standaard, en kan het dus langer duren voor je opmerking online komt.
  2. Houd het netjes, beschaafd, vriendelijk en respectvol. Niet vloeken of schelden.
  3. Dwaal niet af van het onderwerp (blijf ‘on topic’).
  4. Wees kort, duidelijk en maak een punt.
  5. Gebruik argumenten, geen uitroepen.
  6. Geen commerciële boodschappen.
  7. Niet op de persoon spelen.
  8. Niet discrimineren, aanzetten tot haat of oproepen tot geweld (ook niet voor de grap).
  9. Van bezoekers die een reactie achterlaten op de site wordt automatisch het IP-adres opgeslagen.
  10. De redactie geeft reacties die dreigende taal bevatten door aan de veiligheidscoördinator van de Hogeschool Rotterdam.

Lees hier alle details over onze spelregels.

Back to Top