Op zoek naar de essentie #4 – Kan het een onsje minder met die volgepropte programma’s?
7 June 2023Na vier jaar zijn studenten nog geen experts en dat hoeft ook niet. Als ze de essentie maar in de vingers hebben. Als docenten van een opleiding die duidelijk hebben kunnen ze gaan schrappen, betoogt Mark Smit in zijn vierde blog.
Aan grote ambities in het onderwijs geen gebrek. De beroepen waar we voor opleiden zijn ingewikkeld en gevarieerd. De wereld waarin onze afgestudeerden terechtkomen is complex en onvoorspelbaar. Er moet dus ontzettend veel geleerd worden, voordat we onze studenten aan de buitenwereld kunnen toevertrouwen. Ze moeten ten slotte op alles voorbereid zijn, en het zal maar gebeuren dat een student de arbeidsmarkt betreedt met een stukje ontbrekende kennis. Maak een rondje beroepenveld en je komt zo thuis met een lange lijst met onderwerpen ‘die echt meer aandacht moeten krijgen in het programma’.
Maar hoe realistisch is het om te verwachten dat studenten in vier jaar klaar zijn voor de volle breedte van de arbeidsmarkt? Competent en deskundig? En dan ook nog sociaal vaardig, kritisch informatiebekwaam, ethisch handelend en maatschappijbewust?
Niet dus. We zullen moeten accepteren dat studenten na vier jaar niet volledig volgroeid zijn op alle aspecten die in onze eindtermen staan. Gelukkig hebben ze nog zo’n veertig jaar om door te leren en te groeien, dus dat zouden we moeten kunnen accepteren.
Maar waarom lezen dan zoveel afstudeercriteria als beschrijvingen van een expert met tien jaar werkervaring? En waarom verwachten we dan ook nog eens dat elk criterium bewezen voldoende is?
Daar komt nog eens bij dat we veel dingen die we vragen in het afstuderen niet eerder met studenten hebben geoefend. Een samenhangende scriptie van tachtig pagina’s schrijven. Zelfstandig een groot project of onderzoek uitvoeren in de buitenwereld. Een presentatie of een ‘verdediging’ houden voor een meerkoppige commissie…
En dan de inhoud van veel studieprogramma’s: vol ingewikkelde onderwerpen die maar één keer worden aangeboden en getoetst en die met grote waarschijnlijkheid niet meer terugkomen in een vervolgvak of in het afstuderen. En misschien niet eens in de hele toekomstige carrière van de afgestudeerde. Kan het misschien een onsje minder?
Het streven naar doordachte eenvoud dwingt ons om keuzes te maken. Als we dat verstandig en onderbouwd willen doen zonder ellenlange discussie over elk detail, zullen we vooraf kraakhelder moeten hebben wat de essentie is. Wat is de kern van het beroep? Wat doet elke afgestudeerde in de praktijk en wat doet maar een enkeling? Wat maakt dat een opdracht op niveau is – dus niet te ingewikkeld maar zeker ook niet te complex voor een beginnend beroepsbeoefenaar? Schrappen kost tijd. Maar het betaalt zich terug in kwaliteit.
En dan het scheermes erover. Als een student een essentiële beroepstaak ‘gewoon’ goed heeft uitgevoerd – een professional ziet dat meteen, moet je dan nog met allerlei deelcriteria aan de slag om je oordeel te onderbouwen? Moet een student dan echt nog een lijst verbeterpunten toegeworpen krijgen? Of is oké gewoon oké en laat je het aan de student of die nog tips wil?
Vaak worden onderwerpen ook gewoon te vroeg aangeboden. Het lastigste rekenvak meteen in het eerste jaar, want dat zou selecterend zijn … onzin! Het is demotiverend en het leidt af van de essentie. En als het al selecteert, dan is dat op volstrekt onbewezen gevolgtrekkingen over het toekomstige vermogen van een student.
De lat iets lager leggen en het programma iets minder volproppen aan het begin kan ervoor zorgen dat studenten veel verder komen in dingen die relevant zijn voor de essentie van het beroep. Liever daar nog een keer extra mee oefenen dan meteen de diepte in met kennis die studenten later in het programma waarschijnlijk veel makkelijker kunnen aanleren. Omdat dan hun leergedrag is ontwikkeld en omdat ze het geheel al beter overzien.
Je zult verbaasd zijn over het versnellingsvermogen in de laatste jaren van studenten met een solide basis in ‘slechts’ de essentie van het vak en een gezonde, niet primair op het volgende tentamen gerichte studiehouding.
Ieder kwartaal opruimen: Marie Kondo bij maritiem
‘Heb je een nieuw curriculum ingevoerd, dan komen er in de jaren daarna altijd dingen bij; zelden gaat er iets af. Daarom zijn we bij maritieme techniek eind vorig studiejaar begonnen met het opruimen van het curriculum. Wat is het doel van dit vak en wat kan weg? Een vak van drie studiepunten had bijvoorbeeld twintig leerdoelen. Een ander vak kostte studenten bijna drie keer meer uren dan er voor het vak stonden. Niet alleen de essentie, ook de studeerbaarheid is soms uit het oog verloren. Ook wij docenten gaan helaas vaak ten onder aan onze te grote ambitie. Bij maritieme techniek hebben wij ervoor gekozen om een studiejaar lang elke teamdag samen structureel ons onderwijsprogramma kritisch onder de loep te nemen om op te ruimen. Wildgroei wegsnoeien, terug naar de essentie, het onderwijsprogramma doceerbaar houden voor docenten en studeerbaar voor studenten, daar ging het om. En ja, dit kan zonder dat je de kwaliteit, de complexiteit of het niveau tenietdoet.’
Marleen ter Huurne, hogeschooldocent maritieme techniek
Onzekere toekomst vraagt om handzaam gereedschap
‘De commissie Veerman liet ons in 2010 al weten dat hogescholen (en dus opleidingen) een scherpe focus op regionale uitdagingen moeten hebben. Sindsdien zijn er veel rapporten bijgekomen die reppen over snel veranderende beroepscontexten. Het dilemma voor curriculumcommissies is hoe ze om moeten gaan met een beroepscontext waarin vaak nog wel een heldere “kern” en “waarden” zichtbaar zijn, maar waarvan de context en nuances in de toekomst onzeker zijn. Een goed curriculum is als MacGyvers zakmes. Met de juiste gereedschappen, kennis en talent kun je die bom onschadelijk maken, maar hij moet wel in je zak passen.’
Ernst Phaff, hogeschooldocent HRBS
Meer blogs van Mark Smit
- Op zoek naar de essentie #1 – Te veel studenten zakken door onze angst dat ze onterecht slagen
- Op zoek naar de essentie #2 – Als een vak niet past, moet je het schrappen
- Op zoek naar de essentie #3 – Mag onderwijs soms ook leuk zijn?
- Op zoek naar de essentie #4 – Kan het een onsje minder met die volgepropte programma’s?
- Op zoek naar de essentie #5 – Waarom laten we studenten van die lange verslagen schrijven?
- Op zoek naar de essentie #6: Leerdoelenjungle en rubrics-terreur, wie snapt het nog?
- Op zoek naar de essentie #7: Hoeveel dwangmatige feedback kan een mens verwerken?
- Op zoek naar de essentie #8: Wie leest die giga-cursuswijzers eigenlijk?
- Op zoek naar de essentie #9: Laat roostersysteem en LMS niet het onderwijs dicteren
- Op zoek naar de essentie #10: Vind je het gek dat studenten zoveel moeten herkansen?
- Op zoek naar de essentie #11: Hoe zou je het zelf vinden om op al je werk schriftelijk te reflecteren?
- Op zoek naar de essentie #12: Je mag meer dan je denkt!
- Op zoek naar de essentie #13: Blind volgen van methodes is garantie voor tegenvaller
- Op zoek naar de essentie #14: Overbodige centralisatie – kunnen we niet beter zelf leren sturen?
- Op zoek naar de essentie #15: Grote cursussen maken het onderwijs ingewikkelder
- Op zoek naar de essentie #16: Hoe kwetsbaar kun je een programma maken?
Tekst: Mark Smit
Illustratie: Marit Breuker
Redactie & reacties: Olmo Linthorst
Ik ben zo blij met dit stuk. Rustig aan beginnen. Tijd geven om de basis te leren en je ertoe te verhouden. Herhalen. En er op vertrouwen dat ze het op een gegeven moment echt wel zelf oppakken.